Dat er gelekt is in de benoemingsprocedure voor een nieuwe collegevoorzitter en een nieuwe rector magnificus is zo goed als zeker. Maar hoe is Hans Amman zo plotseling aan zijn bestuurlijk einde gekomen?
Het volkomen onverwachte vertrek van Hans Amman als vicevoorzitter van het college van bestuur is bij nadere beschouwing toch niet zo onverwacht als vandaag werd aangekondigd in NRC Handelsblad. Het broeide al langer tussen Amman en de voorzitter van de raden van toezicht van UvA en HvA, Atzo Nicolaï. Daarbij ging het vooral om ‘het dossier UvA-HvA’ en hoe er door moest worden gegaan met de bestuurlijke samenwerking tussen de twee instellingen. In die kwestie had Amman een andere mening dan Nicolaï.
Twee Colleges van Bestuur
Amman heeft afgelopen jaar op diverse manieren – ook aan Folia – laten weten een voorstander te zijn van opsplitsing van UvA en HvA, waarbij beide instellingen weer een eigen college van bestuur zouden krijgen. Volgens Amman - en overigens ook sommige decanen - is die samenwerking bestuurlijk veel te ingewikkeld om er nog langer mee door gaan en zou het de (bestuurlijke) kwaliteit van beide instellingen niet (meer) ten goede komen.
De zoektocht naar een nieuwe collegevoorzitter en een nieuwe rector magnificus zou volgens Amman een goed moment zijn om die opsplitsing te realiseren. Hij zou in vergaderingen van de raden van toezicht meerdere malen hebben aangegeven weinig heil te zien in voortzetting van de huidige bestuursconstellatie en informeel met zijn portefeuille hebben gezwaaid. Toezichthouder Nicolaï daarentegen is en van zo'n opsplitsing van beide instellingen niet overtuigd en heeft daar de afgelopen maanden ook geen geheim van gemaakt.
Climax
De zaak kwam tot een climax tijdens een vergadering vorige week vrijdag van de beide sollicitatiecommissies voor de nieuwe CvB-leden. Daar werd ook gesproken over de draagvlakgesprekken die de huidige leden van het CvB – onder wie Amman – met de nieuwe CvB-leden zouden moeten voeren. Bronnen bevestigen dat Nicolaï daar plompverloren heeft gezegd ‘dat het niet nodig is’ om voor de nieuwe CvB-leden ook draagvlak te zoeken bij Hans Amman ‘want die vertrekt’. Waarschijnlijk is toen door een lid of leden van de commissies gedacht dat de namen van Ten Dam en Maex wel naar buiten konden komen en is er gelekt.
Of bestuurlijke naïviteit ten grondslag heeft gelegen aan Nicolaïs uitlating tijdens de vergadering is niet zeker: Nicolaï zou ook een strategisch voordeel gehad kunnen hebben bij de aankondiging van Ammans vertrek. Dat zou op die manier een self-fullfilling prophecy kunnen worden, waarbij een criticaster van de UvA-HvA-samenwerking in een hoek werd gezet. Een bestuurlijke blunder kan Nicolaï zich in ieder geval niet veroorloven: zijn termijn loopt komende zomer af en hij wil graag herbenoemd worden. Althans, tegen Folia zei hij eerder over zijn mogelijke herbenoeming: ‘Laat ik daar eens niets over zeggen, want de minister gaat daar over. Wat ik wel kan zeggen is dat het voorzitterschap van de RvT mij bijzonder goed bevalt.’
Bussemaker
Het is heel wel mogelijk dat de herbenoeming van Nicolaï (VVD) – waar minister Bussemaker (PvdA) over gaat – ook een rol heeft gespeeld bij het naar voren schuiven van de onderwijskundige Geert ten Dam. Ten Dam is een kandidaat die Bussemaker zeker graag aan het hoofd van UvA-HvA ziet staan. Niet alleen omdat ze elkaar kennen uit hun gezamenlijke UvA-HvA tijd en het wereldje van onderwijsbestuurdersBussemaker was in een vorig leven rector van de HvA en Ten Dam was voorzitter van de Onderwijsraad toen Bussemaker minister was., maar ook omdat de samenwerking tussen UvA en HvA met de benoeming van onderwijskundige Ten Dam geborgd lijkt.
Ook de kandidaat-rector magnificus – die eerder het rectoraat in Leuven misliep – zal de samenwerking met de hogeschool geen probleem vinden; ze heeft als hoogleraar in Leuven als eens flink aan de weg getimmerd met het doen samenwerken van wetenschappelijke en beroepsopleidingen en heeft eerder aangegeven dat ze van de UvA-HvA samengeen geen halszaak maakt. En zo lijkt in de nieuwe constellatie de UvA-HvA-samenwerking verzekerd, al moeten de nieuwe bestuurders, maar dat is pro forma, ‘bestaande samenwerkingen’ volgens de vacaturetekst evalueren. Dat geldt ook voor de samenwerking met de VU, waar Maex nu nog mededecaan is.
‘Ik ga voor die tent’
Terug naar het vertrek van Amman: UvA en HvA verliezen in hem een volgens velen kundig bestuurder, al wordt daar door actiegroepen als DNU en ReThink anders over gedacht. Vorig jaar werd hij afgeschilderd als ‘Hans de vastgoedman’, een kwalificatie die hem veel pijn deed, juist omdat hij een jaar eerder was binnengehaald als zeer professioneel bestuurder en financieel expert. Eerder werkte hij in Eindhoven (TU/e) en Utrecht (UU). De UU liet hem twee jaar geleden met pijn in het hart vertrekken, maar Amsterdammer Amman zei bij zijn aantreden en tot aan de dag van vandaag in onvervalst Jordanees: ‘Ik ga voor die tent.’ Het mocht niet zo zijn, al behoudt hij zijn hoogleraarschap aan de Faculteit Economie en Bedrijfskunde.
Inmiddels moet er voor de zoveelste maal een profiel worden opgesteld voor een nieuw te benoemen collegelid. Wie dat zal worden is onbekend. Wel bekend is dat voorafgaand aan de benoeming van Amman ook de naam van het Eerste Kamerlid André Postema (PvdA) circuleerde. Toenmalig collegevoorzitter Louise Gunning had hem in gedachten, maar de RvT koos voor Amman. Postema was toen vicevoorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Maastricht en inmiddels voorzitter van het college van bestuur van het Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO)
Misschien kan Postema het nog een keer proberen. Per slot van rekening weet ook Maex nu: de aanhouder wint. Alhoewel, zeker is dat nog niet. De benoeming van Maex en Ten Dam is nog niet rond en nu hun namen toch bekend zijn kunnen ze misschien eerst nog een openbare presentatie geven, een wens die door veel leden van DNU en ReThink meermaals is geuit. Dan komt er wellicht toch nog eerst een instemming van de hele academische gemeenschap.
Update 15 maart 2016 15:50 uur
Lees hier wat UvA-rector magnificus en waarnemend collegevoorzitter van UvA en HvA zegt over de rol die de Raad van Toezicht en de samenwerking tussen UvA en HvA speelde bij het vertrek van Hans Amman.