Hoe werd Amsterdam de stad die het is? Dat legt de Canon van Amsterdam uit in verhalen en gebeurtenissen. Ter gelegenheid van 750 jaar Amsterdam ging de canon op de schop. Welke verhalen bleven, welke kwamen erbij en waarom? Een commissie van experts onder leiding van UvA-historicus Paul Knevel bemoeide zich ermee.
Paul, wat is een canon volgens jou?
‘Een canon is een van de vele vormen om na te denken over de geschiedenis. Het is geen totaalgeschiedenis maar een overzichtelijke vorm: in vijftig korte hoofdstukken, ookwel “vensters” genoemd, nodigt het de lezer uit om na te denken over een gebeurtenis of plek in de geschiedenis, en hoe dat de keuzes beïnvloedt die we vandaag de dag maken.’
De introductie van de Canon van Nederland, de allereerste canon die in 2006 werd gemaakt door historisch letterkundige Frits van Oostrom, bracht een soort canonziekte in het land teweeg. Alle provincies, gemeentes, verenigingen en steden gingen hun eigen canon maken en Amsterdam kon niet achterblijven.
Sinds 2008 heeft Amsterdam dus haar eigen canon. Een kleine twintig jaar later is de canon in de vergetelheid geraakt. Bovendien vonden critici de canon te deftig: er worden keurige gebeurtenissen beschreven zonder straatrumoer of tegengeluid. Bovendien is er sinds 2008 op vrijwel alle thema’s nieuw historisch onderzoek gedaan.
Ter ere van 750-jaar Amsterdam boog een commissie van negen leden zich over een nieuwe canon, onder wie Paul Knevel (publieksgeschiedenis) en UvA-hoogleraren Bart Wallet (Joodse studies) en Geertje Mak (Gendergeschiedenis). Sinds 6 november is de vernieuwde canon digitaal beschikbaar en vanaf 14 november verschijnen er stickers op allerlei plekken in de stad met QR-codes naar de podcast van de canon.
‘Wij zien de canon als een muziekstuk met meerdere stemmen die elkaar kunnen versterken en uitdagen. We denken dat de canon – als je hem niet in steen beitelt en zegt ‘dit moet u uit uw hoofd leren’ – een hele mooie uitnodiging kan zijn om na te denken over wie en wat Amsterdam heeft gemaakt tot wat het is. Mede daarom laten we het vijftigste venster open voor de Amsterdammers zelf om in te vullen. Een canon in de 21ste eeuw is namelijk geen museumstuk maar werk in uitvoering.’
De canon van Amsterdam ging flink op de schop. Er kwamen 27 nieuwe vensters. Het Athenaeum Illustre (de voorloper van de UvA), de moord op Theo van Gogh en Johan Cruijff maakten plaats voor koloniale stad, Rembrandtstad en Dolle Mina. Hoe kwam de commissie tot deze keuzes?
‘Er zijn geen keiharde criteria voor dat soort dingen, maar we hebben een aantal zaken die we belangrijk vonden mee laten wegen. Ten eerste wilden we dat de canon recht deed aan nieuwe perspectieven in het onderzoek. Daarnaast hebben we de geschiedenis bekeken vanuit vier dimensies. Leven in de stad, en dan ook de niet-menselijke kanten, zoals water en ecologie. Macht, en het tegengeluid daarvan: protest en burgerinitiatieven. In- en uitsluitingsmechanismes. En als de vierde dimensie: Amsterdam en de buitenwereld. Ook wilden we de lange termijn laten zien en hebben we vier vensters toegevoegd over water, ecologie, de dood en de gebouwde omgeving.’
Hoort ecologie wel thuis in een canon of is het een manier om klimaat te agenderen?
‘Nee, agenderen klinkt erg dwingend. Wel hopen we zo te laten zien dat de menselijke omgang met ecologie ook een geschiedenis kent, zelfs als mensen er niet over nadachten. Heel lang stond natuur in dienst van de mens. Er werden bomen aan de grachten gepland als sieraad, maar er zat meteen ook een gedachte achter dat de bomen akelige geuren konden compenseren. Natuurlijk kiezen wij onderwerpen die belangrijk zijn, maar uiteindelijk oordeelt de gebruiker daar zelf over.’
Op welke manier besteed de nieuwe canon aandacht aan het koloniale verleden?
‘We wilden laten zien hoe de koloniale geschiedenis is verweven met de stad Amsterdam. In de oude canon ging één venster over de VOC, alsof het een aparte pagina in de geschiedenis van de stad was. Wij willen laten zien dat de koloniale wereld in alle zaken van de stad doorsijpelt. Vandaar dat we niet de oprichting van de VOC als venster hebben gekozen maar het Oost-Indisch Huis. Maar je ziet de verwevenheid ook aan de gebouwen als de Bazel en het Koloniaal Instituut (nu het Wereldmuseum red.), aan gevelstenen, de werkgelegenheid en de vele suikerraffinaderijen in de stad.’
De commissie koos ervoor om geen personen uit te lichten maar een breder verhaal te vertellen. Is dat wel aansprekend?
‘Dat vind ik moeilijk om in te schatten. Ik snap dat het makkelijker is om te zeggen: dit zijn de helden. Maar dat is nu precies het soort canon dat we niet wilden maken. Mensen kunnen een belangrijke rol spelen in de geschiedenis, maar dat doen ze nooit helemaal alleen, en hun optreden is altijd verbonden met een breder thema. Op het moment dat je iemand op een voetstuk plaatst werk je vooral verering in de hand.’
Dus geen Johan Cruijff maar Ajax in de canon? Een wijziging waar een Parool-journalist over viel.
‘Cruijff is ontzettend belangrijk geweest voor het voetbal in Amsterdam en daarbuiten. Maar hij deed dat niet alleen. Het mooie van Ajax is dat Ajax groter is dan Cruijff alleen. Het is een Amsterdamse voetbalclub en daarmee een afspiegeling van Amsterdam. Dus op het moment dat je zegt, Ajax is Cruijff, sluit je ook al die generaties uit die daarvoor en daarna komen. Terwijl andere spelers ook een hele inspirerende rol kunnen spelen. Dat is een keuze waar ongetwijfeld kritiek op komt.’
Over welke keuzes was er discussie?
‘We hebben veel gediscussieerd maar in grote lijnen waren we het binnen de commissie eigenlijk wel eens: de discussie ging vooral over accenten en details. Ik denk dat de discussie nu op gang moet komen. Er zijn al wat negatieve reacties, maar die hebben een hoog gehalte van dit is eruit en dat is schandelijk genoeg erin gekomen. Maar er zijn ook al tal van opbouwende suggesties gedaan voor het vijftigste venster. Dat is wat we beogen: een discussie op basis van de inhoud. Op straat, aan de keukentafel, en in het buurthuis.”
Is er met het schrappen van het Athenaeum Illustre genoeg aandacht voor de rol van de UvA in Amsterdam?
‘De UvA speelt zeker een grote rol in Amsterdam en is ook verweven met het koloniale verleden. De kennis die de VOC en de WIC opdoen in de koloniën wordt aan de voorloper van de universiteit verzameld, gepubliceerd en onderwezen. Barlaeus, een van de eerste hoogleraren aan het Athenaeum Illustre schreef een pleidooi voor de verovering van Brazilië.’
‘Ook is Amsterdam na de Tweede Wereldoorlog een studentenstad geworden. Studenten speelden een belangrijke rol in de cultuur van de jaren en zestig en zeventig en dat werkt door tot de dag van vandaag. Dat zou er dus nog best wat steviger in kunnen. Dat vijftigste venster kan dus zeker gevuld worden met verhalen over de UvA.’