Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
actueel

‘De FMG heeft geen revolutie nodig’

Dirk Wolthekker,
1 september 2016 - 10:49

Vandaag begint epidemioloog en voedingswetenschapper Hans Brug in zijn nieuwe functie als decaan van de Faculteit der Maatschappij- & Gedragswetenschappen (FMG). Hij heeft daarmee de VU verlaten, waar hij decaan was van het VUmc. Wie is de nieuwe baas van de FMG? ‘Ik heb geen pokerface. Je kunt aan mij zien dat ik blij ben of juist chagrijnig.’

U hebt een ongebruikelijke overstap gemaakt van hoogleraar epidemiologie en decaan geneeskunde naar decaan maatschappij & gedrag.

‘Dat lijkt inderdaad ongebruikelijk, maar is het niet. Ik studeerde voedingswetenschappen en epidemiologie en promoveerde als gezondheidswetenschapper, maar ik heb altijd gewerkt op het snijvlak van sociale wetenschappen, gedragswetenschappen en gezondheidszorg. Aan de FMG vragen sommigen zich misschien af: wat komt die dokter hier doen? Maar toen ik decaan werd bij VUmc hoorde ik geregeld: wat moet een sociaal wetenschapper hier? Ik denk dat er heel veel raakvlakken zijn tussen de gezondheidszorg en de sociale wetenschappen. Eigenlijk vind ik dat de geneeskunde veel meer gebruik zou moeten maken van de sociale wetenschappen. Vergeet niet dat veel problemen in de gezondheidszorg te maken hebben met maatschappelijke factoren en gedrag.’

‘Ik wil kennismakings- gesprekken houden, gezamenlijke lunches organiseren en de faculteit grondig leren kennen’

Wat is uw eerste indruk van de UvA?

‘Ik kende de UvA al een beetje via allerlei samenwerkingsverbanden tussen UvA en VU en tussen VUmc en AMC. Als collega-decaan heb ik bovendien veel te maken gehad met Karen Maex en dat gaf mij voldoende vertrouwen om “ja” te zeggen tegen de functie waar ik vandaag aan begin. Na alle onrust en de bestuurscrisis aan de UvA werd mij de afgelopen tijd weleens gevraagd: waar begin je aan? Maar intussen zit er een nieuw college van bestuur en de FMG is volgens mij een supertanker die goed op koers ligt.’

 

Vertel.

‘De faculteit heeft een indrukwekkend trackrecord op onderzoeksgebied en ziet er organisatorisch en financieel goed uit. Het lijkt me een faculteit die geen revolutie nodig heeft, maar een evolutionaire ontwikkeling lijkt me nuttig en nodig. Veel meer wil ik er nog niet over zeggen, want ik wil niet te veel blaten voordat ik recht van spreken heb.’

 

De studentenaantallen kunnen wel een flinke evolutie in opwaartse zin gebruiken. Die zijn, vooral in de bachelorfase, fors gekelderd. Hoe gaat u het tij keren?

‘De faculteit is al druk doende om dit tij te keren; de verschillende domeinen hebben dit cruciale issue in overleg met mijn voorganger – Eric Fischer – de afgelopen maanden intensief opgepakt. Binnenkort weten we beter of dat al zijn uitwerking heeft; de komende weken praat ik vanzelfsprekend met alle afdelingen, laat ik mij eerst beter informeren om dan samen te zien of meer actie en/of extra maatregelen nuttig en nodig zijn.’

 

U zegt dat de faculteit er financieel goed uit ziet. De problemen die begin dit jaar opdoemden – een daling van het onderwijsbudget met bijna tien miljoen tot 2019 – zijn dus opgelost?

‘Wat ik bedoel is dat ik de faculteit niet aantref met bijvoorbeeld een ernstig financieel tekort. Maar dat wil niet zeggen dat de financiën geen issue zijn en blijven, zeker gezien de dalende trends in studentenaantallen de afgelopen jaren. ‘We’ – kan ik vanaf vandaag zeggen – zijn daar druk doende mee.

Foto: Daniël Rommens

Heeft de faculteit nog een decaan nodig, nu decentralisatie in de mode is?

‘Die discussie ken ik natuurlijk. Mijn standpunt is: decentraliseren waar het kan, centraal waar het moet. Het is goed dat daarover een discussie wordt gevoerd, maar het betekent natuurlijk niet dat er geen decaan nodig is. De FMG is een hele grote faculteit. Dat boven en tussen de vakgebieden iemand nodig is voor samenwerking en afstemming, en als liaison naar het college van bestuur, lijkt mij evident.’

 

Wat voor soort leider bent u?

‘Ik wil dienstbaar zijn aan de organisatie, maar ik ben geen bedienend leider: mensen zullen dingen ook zelf moeten doen. Ik help waar ik kan om het primair proces van onderwijs en onderzoek vooruit te helpen. Dienen betekent voor mij ook: open en direct communiceren met iedereen, informatie zo veel mogelijk delen en als het kan de deur open, zodat mensen naar binnen kunnen lopen. Ik heb geen pokerface. Je kunt aan mij zien dat ik blij ben of juist chagrijnig.’

 

VUmc en AMC gaan praatsessies voor medewerkers organiseren om de cultuurkloof tussen beide instellingen te overbruggen. Goed idee voor uw faculteit?

‘Een cultuurkloof zit vaak meer in de hoofden van de mensen dan dat het realiteit is. Op het moment dat je echt met elkaar in gesprek gaat blijkt vaak dat de cultuurkloof niet zo groot is als gedacht. Over elkaar praten maakt de cultuurverschillen vaak groter, met elkaar praten juist kleiner. Dat wil ik de komende maanden ook bij de FMG gaan doen: ik wil kennismakingsgesprekken houden, gezamenlijke lunches organiseren en de faculteit grondig leren kennen.’