Verrekijker in de aanslag, blik strak op de lucht gericht – een groep UvA-studenten staat midden in de Diemervijfhoek, vol verwachting. Ze doen mee aan een potje vogelbingo, maar dit is meer dan een spelletje: het is onderdeel van het nieuwe vak Birds – Our Shared History, Habitats and Future, waarin studenten leren vogelen én hun band met de natuur herontdekken. Het vak is zó populair dat er zelfs een wachtlijst voor was.
Het blijkt nog niet mee te vallen om de vogelspotters tot een antwoord te verleiden. Zo gefocust turen ze naar de lucht – de zeearend is namelijk gespot. ‘Wow, vet!’ roept UvA-docent Joris Buis enthousiast. ‘De vliegende deur! Dat is zijn bijnaam omdat het dier een spanwijdte van wel 2,5 meter heeft,’ legt docent Elias den Otter uit aan de studenten, kijkend door zijn verrekijker naar de enorme roofvogel die overvliegt. ‘Het is nu al een topdag. De buit is binnen,’ zegt Den Otter. De vraag die in hun enthousiasme volledig aan ze voorbijging: waarom staan studenten hier te leren over hoe ze vogels moeten spotten?
Vogelen als vak
We staan in het natuurgebied de Diemervijfhoek, een voormalige baggerplek van een nabije energiecentrale, maar nu een oase van natuur dicht bij de stad. En ja hoor, de hele groep studenten draait zich om, verrekijkers in de aanslag om de zeearend te spotten. Voor psychologiestudent Djura Plakman was het haar doel om vandaag de zeearend te spotten. Met een brede glimlach kijkt zij vol verwondering door haar verrekijker. Het is typerend voor het vak ‘Birds - Our Shared History, Habitats and Future’, waarin het observeren van vogels niet alleen als educatief wordt gepresenteerd, maar ook als iets bijna verhevens. Iedere poging om te reflecteren over dit natuurvak wordt overschreeuwd door de natuur zelf.
Vogelen – het observeren en herkennen van vogels – is niet meer alleen een hobby voor vaak gepensioneerde mannen, maar is de laatste jaren sterk gegroeid in populariteit, zegt Buis. Samen met zijn vogelmaatje Den Otter deden ze een voorstel voor het vak bij het Instituut voor Interdisciplinaire Studies (IIS), dat het idee inmiddels heeft omarmd, waarschijnlijk door de groeiende belangstelling, denkt Buis. In dit zes EC-vak wordt theorie afgewisseld met vogelexcursies en schrijven studenten een reflectieverslag over hoe hun persoonlijke band met vogels, en de natuur, is veranderd.
Vogelen als academisch vak lijkt op het eerste gezicht misschien vergezocht, maar het biedt studenten juist iets wat in veel andere vakken ontbreekt: een directe, zintuiglijke ervaring met de wereld buiten de collegezaal. Den Otter noemt dit een ‘trendbreuk’ met het gros aan universiteitsvakken. ‘Universiteitsvakken zijn doorgaans honderd procent rationeel, helemaal theoretisch, en eindigen daardoor op de grote stapel. Dat slaat je lam.’ In plaats van alleen theorie te stapelen, worden studenten hier ondergedompeld in een ander leerproces. Ze voelen de wind, ruiken het bos en horen het verschil tussen een tjiftjaf en een winterkoning. Dat raakt iets diepers dan alleen het hoofd; het raakt het gevoelsleven. ‘De wereld kan niet gevat worden in droge definities of cijfers – het moet ervaren worden,’ zegt Den Otter.
Bewustzijn voor de natuur
‘Onderwijs moet geen vat vullen, maar een vlam ontsteken,’ citeert Buis van filosoof Plutarchus. Door de studenten bijvoorbeeld uit te dagen met een competitie vogels herkennen - wie als eerste honderd vogelsoorten heeft gezien, wint - zullen ze meer willen leren en ontdekken van de wereld om hen heen. Den Otter hoorde eerst de winterkoning niet eens, en nu herkent hij het geluid feilloos op momenten dat hij zich er niet eens op focust. Zo'n ervaring is transformerend: het scherpt je bewustzijn van de wereld om je heen. ‘Dit is wat woke zijn betekent,’ zegt Den Otter.
Terwijl de studenten in groepjes dieper de Diemervijfhoek intrekken om ‘vogelbingo’ te spelen, ontwikkelen ze het ‘hogere bewustzijn’-beeld dat de docenten voor hen schetsen. Wolf Dekker, geneeskundestudent, herkent direct het geluid van de pimpelmees. ‘Je denkt nooit echt na over wat je allemaal hoort en ziet op een dag, maar dit vak dwingt je om stil te staan bij die details. Als ik nu op de fiets zit en ik hoor een vogel, dan stop ik, en luister ik om de vogel te herkennen.’ De excursies halen hem uit zijn ‘stadse bubbel’, zoals hij het noemt. ‘Mensen in de stad zitten vaak te veel in zichzelf, dit vak helpt je om weer naar de wereld te kijken.’
Roots
Wat voor Dekker begon als een keuzevak, heeft een persoonlijke snaar geraakt. ‘Als kind was ik altijd buiten, maar tijdens mijn tienerjaren verloor ik dat een beetje.’ Nu is die vonk terug. ‘Er was zelfs een wachtrij voor dit vak.’ Dekker merkt dat zijn vrienden die op de wachtrij bleven steken jaloers zijn en vertelt hun wat hij allemaal leert. ‘Je wordt hier gewoon enthousiast van — zeker als je ziet hoe gek de docenten doen als er iets bijzonders overvliegt.’
Alessandro Scagnolari, een Italiaanse student Economics and Business, fronst even als hem gevraagd wordt waarom hij het vak koos en zegt lachend: ‘Je leidt me af, ik probeer me te concentreren op het geluid van de tjiftjaf.’ ‘Eerlijk gezegd was ik nooit geïnteresseerd in vogels,’ zegt Scagnolari. Het vak voelt voor hem als een manier om even los te komen van zijn rationeel ingestelde studie. ‘Economics draait om het maximaliseren van alles, dit vak juist níet. Ik zie het als een kans om weer in contact te komen met mijn roots, met de natuur. Ik snapte eerst niet waarom je verrekijkers ooit mee zou nemen, maar nu wel.’
Band met de natuur
Voor Scagnolari begon het als een spontane keuze voor dit vak om de natuur van Nederland te zien, maar inmiddels is het uitgegroeid tot iets dat verder reikt. Wat hem vooral raakt, is hoe bevlogen mensen over natuurbescherming praten. ‘Het is inspirerend, omdat je dan beseft: het is makkelijk om er niet over na te denken, maar net zo makkelijk om er wél iets aan te doen.’ Buis noemt een voorbeeld dat studenten filmpjes kunnen maken over natuur voor sociale media om bij te dragen aan bewustwording en natuurbescherming op een manier die bij hun vaardigheden past.
Het vak zou dus uiteindelijk de studenten kunnen inspireren om zich in te zetten voor natuurbescherming, zegt docent Buis. Uiteindelijk gaat het vak niet alleen over vogels leren herkennen, maar over iets groters: hoe we ons als mens tot de natuur verhouden. ‘Het is onze missie, op maatschappelijk niveau maar ook op persoonlijk niveau om mensen te helpen erachter te komen wat hun band is met de natuur.’
De Finse student Emily Koskinen zegt dat haar band met de natuur inderdaad is veranderd sinds ze aan het vak deelnam. Terwijl ze met haar verrekijker over het water tuurt vertelt ze me: ‘Ik zie vogels nu overal, ze voelen als mijn metgezellen. Wij zijn allemaal natuur: mensen zijn ook dieren en maken deel uit van dezelfde natuur als vogels.’
De studenten en docenten lopen met z’n allen het natuurgebied uit. Niemand heeft de bingo gewonnen omdat er niet genoeg vogels gezien zijn, maar toch voelt het dat de studenten allemaal iets anders gewonnen hebben: een hernieuwde verbinding met onze gedeelde natuur.