Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Wat maakt akkers weer geschikt voor natuurlijke plaagbestrijding? UvA-biologen zochten het uit
Foto: Paul van Rijn
wetenschap

Wat maakt akkers weer geschikt voor natuurlijke plaagbestrijding? UvA-biologen zochten het uit

Sija van den Beukel Sija van den Beukel,
25 oktober 2024 - 15:18

Zweefvliegen en andere natuurlijke plaagbestrijders kunnen landbouwgewassen beschermen tegen bladluizen als alternatief voor pesticiden, mits er voldoende bosjes, heggen en bloemenranden staan rondom akkers. Dat tonen UvA-biologen aan met een wiskundig model. ‘Hiermee kunnen we het vage begrip “biodiversiteit” functioneel maken voor de landbouw.’

Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn veel heggen, bosschages en bloemrijk grasland uit landbouwgebieden verdwenen. Roofinsecten zoals de zweefvlieg kunnen er daarom niet goed meer overleven, waardoor gewassen steeds afhankelijker zijn geworden van chemische plaagbestrijding.

 

Chemische bestrijdingsmiddelen boden soelaas – met de bijkomende nadelen – maar  nu er langzamerhand meer pesticiden worden afgeschaft in de EU worden alternatieven steeds belangrijker. Onderzoeker Paul van Rijn en promovendus Laura Mansier (IBED) berekenden met een wiskundig model wat ervoor nodig is om natuurlijke plaagbestrijding weer effectief te maken in de landbouw.

Scaeva, familie van de zweefvlieg foerageert op margriet.
Foto: Paul van Rijn
Scaeva, familie van de zweefvlieg foerageert op margriet.

Waarom hebben jullie ervoor gekozen om de zweefvlieg te bestuderen?

PvR: ‘Zweefvlieg zijn een hele belangrijke natuurlijke vijand van plagen in gewassen als tarwe, aardappel, suikerbiet en ui, die veel voorkomen in Nederland.’

 

LM: ‘En de zweefvlieg speelt een belangrijke rol om bladluis populaties in toom te houden, die voor veel gewassen een plaag vormen.’

 

Wat hebben zweefvliegen minimaal nodig om het hele jaar te kunnen overleven?

PvR: ‘In de studie laten we zien dat er minimaal vier landschapselementen nodig zijn voor de zweefvlieg. Dat zijn in ons model bloemenranden en houtige elementen, zoals heggen en bomen. En daarnaast twee landbouwgewassen die op een vroeg en een laat moment in het seizoen groeien, bijvoorbeeld wintertarwe en aardappels. Als alle vier de habitats aanwezig zijn dan kan de zweefvlieg de bladluisdichtheid veel verder verlagen dan wanneer een element ontbreekt, tot wel 95 procent.’

 

Maar helemaal verdwijnen doet de bladluis niet?

LM: ‘Nee, en dat is ook niet ideaal, want dan stort ook de populatie van de zweefvlieg in waardoor de bladluis op een naburig gewas juist weer uitbreekt. Juist een lage hoeveelheid bladluis op je gewassen zorgt ervoor dat je over meerdere jaren de zweefvliegpopulatie in stand houdt en daarmee op meerdere gewassen een lage populatie bladluis hebt die geen schade aanricht. Een kleine hoeveelheid plaaginsecten is dus beter dan niets.’

‘Een van de voorwaarden voor effectieve natuurlijke plaagbestrijding is dat je geen pesticiden spuit’

Onder ecologen is al veel langer bekend dat een biodivers landschap plagen kan voorkomen. Waarom is daar een wiskundig model voor nodig?

LM: ‘Dat is een goeie vraag. Je zou zeggen dat je ook het veld in kunt gaan en de bladluizen en zweefvliegen in de bosjes, heggen en bloemenranden kunt tellen, maar dat valt tegen.’

 

PvR: ‘In het veld worden soms twee, drie keer per jaar tellingen gedaan van het roofinsect en de prooi, maar de populatiedynamica door het jaar heen is daarmee moeilijk in kaart te brengen. Met het wiskundige model konden we dat wel doen. Daarmee zagen wij dat gedurende het jaar bladluisdichtheden in een habitat sneller omlaagging dan eerder gedacht. Met als gevolg dat de zweefvliegpopulatie in gevaar komt. Met het model kunnen we zien dat er zowel een laat als een vroeg gewas nodig is om de zweefvlieg het hele jaar van prooi te voorzien.’  

 

Hoe ingrijpend is het voor boeren om over te stappen op natuurlijke plaagbestrijding?

PvR: ‘Een van de voorwaarden voor effectieve natuurlijke plaagbestrijding is dat je geen pesticiden spuit. En soms duurt het een aantal jaar voordat de natuurlijke vijanden voldoende zijn hersteld van pesticidegebruik voordat de natuurlijke plaagbestrijding optimaal functioneert. Dus dat vraagt wel geduld van een boer, en een goede monitoring van plaag en natuurlijke vijand.’

‘Steeds meer boeren raken overtuigd van duurzame bestrijdingsmiddelen, omdat ze zien dat het werkt’

‘Wel merk ik toenemende interesse voor duurzame bestrijdingsmiddelen, ook omdat pesticiden ooit verboden gaan worden. In de Hoeksche Waard, waar biologen al sinds 2005 onderzoek doen naar hoe landschapselementen natuurlijke plaagbestrijding stimuleren, raken steeds meer boeren overtuigd van het belang van bloemenranden en stoppen ze met spuiten. Daar hebben we laten zien dat het werkt, en dan zijn ze bereid om het te accepteren. Maar op heel veel plekken zijn we nog niet zo ver.’

 

LM: ‘Er is vaak ook de angst dat bloemenranden weer nieuwe plagen veroorzaken. Maar dat is niet nodig, de bladluizen in de bloemenranden zijn namelijk meestal weer andere soorten dan in de gewassen. Dat kun je sturen door de juiste mengsels in te zaaien. Aan de andere kant tonen boeren ook interesse wanneer we onze resultaten delen. Dan vragen ze om lijstjes van bloemen die ze het beste kunnen plaatsen om roofinsecten voor hun gewassen te ondersteunen. Daar is inmiddels ook een handige tool voor.’

 

Het gebruik van pesticiden in de EU is vooralsnog niet afgeschaft. Gaat jullie model daarbij helpen?

PvR: ‘In eerste instantie verwacht ik niet dat het veel invloed heeft, omdat de beschikbaarheid van goede alternatieven nu nog niet gebruikt wordt als argument  voor het afschaffen van pesticiden. Maar ik hoop wel dat het invloed heeft op het gebruik in de praktijk, gewoon omdat de boeren zien dat het werkt.’

 

‘Tegelijkertijd is dit onderzoek nog maar een heel klein stapje van een groter project. Wij hebben nu in Nederland voor wintertarwe en aardappelen wel helder onder welke omstandigheden natuurlijke plaagbestrijding effectief is. Maar dat moet voor andere gewassen ook gebeuren. Op die manier kun je het “vage” idee van biodiversiteit functioneel maken voor de landbouw. Dus niet: we gaan het landschap diverser maken want dan gaat de plaagbestrijding vast beter. Maar: welke eisen stellen natuurlijke vijanden aan en hoe kun je die omgeving het beste inrichten? Dat vereist ook diversiteit in soorten maar die is niet “random”. Ik kan me voorstellen dat veel boeren dat eerst willen afwachten voordat ze de overstap maken.’

website loading