Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Marc Kolle
wetenschap

Vertrouwen in wetenschap? Wel in neurowetenschappers, minder in politicologen

Sija van den Beukel,
25 april 2024 - 12:40

Mensen hebben meer vertrouwen in neurowetenschappers en virologen dan in economen en politicologen, blijkt uit onderzoek van UvA-psychologen. En ook meteorologen en voedselwetenschappers scoren niet zo hoog. ‘Een weersvoorspelling is natuurlijk lastig om te maken en op langere termijn niet zo betrouwbaar.’ 

UvA-psychologen publiceerden de resultaten van het onderzoek in vakblad PLOS ONE. Hoe zijn de verschillen tussen de wetenschappers te verklaren? Folia vroeg het aan promovendus en eerste auteur Vukašin Gligorić.

 

Vertrouwen in de wetenschap verschilt per wetenschappers. Toch geen verrassing?
‘Nee, maar het was niet eerder aangetoond. Het meeste onderzoek naar vertrouwen in de wetenschap gooit alle wetenschappers op één hoop terwijl men wel degelijk onderscheid maakt tussen wetenschappers. Zo denken mensen dat neurowetenschappers competenter zijn dan sociologen en dat marinebiologen warmer en integerder zijn dan andere wetenschappers. Wij wilden onderzoeken of deze verschillen ook van toepassing waren voor vertrouwen. In de studie onderscheiden we 45 typen wetenschappers en vroegen we aan bijna drieduizend Amerikanen om hun vertrouwen per type wetenschapper aan te geven van een schaal van 1 op 7.’

 

Epidemiologen, virologen, medisch onderzoekers, immunologen, milieu- en datawetenschappers scoren hoog, terwijl economen en politicologen juist laag scoren op vertrouwen. Hoe kun je dat verklaren?
‘Misschien is het goed om eerst te vertellen dat de verschillen in vertrouwen tussen wetenschappers niet zó groot zijn en dat alle wetenschappers vrij hoog scoorden. Bovendien verschilt de mate van vertrouwen meer per deelnemer dan per wetenschapper: deelnemers die weinig vertrouwen hadden in één type wetenschapper, hadden ook minder vertrouwen in andere typen.’

 

‘Wat opviel is dat politicologen en economen op het minst vertrouwen konden rekenen. Dat heeft waarschijnlijk te maken met stereotypen over onderzoekers en politieke ideologie: ik denk dat mensen over het algemeen niet blij zijn met het huidige politieke- en economische systeem en dat draagt ook niet bij aan het vertrouwen.’

Foto: Vukašin Gligorić

Welke invloed had corona op het vertrouwen in de wetenschap?
‘Dat verschilde per land, in sommige landen, zoals de Verenigde Staten, Frankrijk en Italië nam het vertrouwen in de wetenschappers juist af, terwijl in andere landen het vertrouwen juist toenam. Ik denk dat dat samenhangt met hoe de overheid omging met de input van wetenschappers. Maar er zijn geen drastische veranderingen te zien. Tijdens covid werden onderzoekers zowel vereerd als helden en als mikpunt gezien voor doodsbedreigingen. Wel kan het zo zijn dat virologen en medisch onderzoekers in dit onderzoek uit 2022 iets positiever uit de bus kwamen, omdat corona nog vers in het geheugen stond.’

 

Daarnaast is het vertrouwen in meteorologen en voedselwetenschappers ook lager dan gemiddeld, blijkt uit het onderzoek.
‘Dat is speculeren, maar weersvoorspelling is natuurlijk lastig om te maken en op langere termijn niet zo betrouwbaar. En voor voedselwetenschappers zou het te maken kunnen hebben met genetisch gemodificeerd voedsel (GMOs), het minst vertrouwde domein van de wetenschap. Mensen hebben daar sterke meningen over.’

‘Moraliteit is in het bijzonder belangrijk voor wetenschappers die werken aan gepolariseerde onderwerpen zoals klimaatverandering en corona’

Wat zijn belangrijke voorspellers van vertrouwen?
‘We hebben naar vier eigenschappen gekeken die belangrijk zijn in hoe mensen naar andere groepen kijken. Competentie (intelligentie en vaardigheid), assertiviteit (doorzettingsvermogen), moraliteit (eerlijk, integer) en warmte (vriendelijk, extravert). Vertrouw je wetenschappers omdat ze eerlijk zijn? Of slim? Of integer? We ontdekten dat moraliteit de belangrijkste voorspeller was, gevolgd door competentie.’

 

En verschilt dat ook per wetenschapper?
‘Ja, moraliteit is in het bijzonder belangrijk voor wetenschappers die werken aan gepolariseerde onderwerpen zoals klimaatverandering en corona. Het publiek vertrouwt klimaatwetenschappers en virologen pas als ze eerlijk en integer overkomen. Voor archeologen speelt moraliteit als voorspeller voor vertrouwen een veel kleinere rol.’

 

Wat kan een wetenschapper doen om moralistisch over te komen?
‘Mensen wantrouwen onderzoekers die in commerciële bedrijven werken of een eigen bedrijf hebben. Onderzoek laat ook zien dat belangenverstrengeling minder betrouwbare onderzoeksresultaten oplevert. Klimaatactivisme kan juist helpen om moraliteit te verhogen: doordat onderzoekers zich uitspreken tegen bedrijven die de wereld vervuilen. Algemener, als je als wetenschapper de kapitalistische structuren bestrijdt word je gezien als moralistischer. Al hangt dat ook af van de politieke voorkeur van de deelnemers: zo hebben de conservatieven minder vertrouwen in onderzoekers dan progressieven.’

 

Wat kunnen we nu met deze resultaten?
‘Ik denk dat onderzoek meer inzicht geeft in vertrouwen in de wetenschap en wetenschappers van handvaten voorziet om meer publiek steun te krijgen en betrouwbaarder over te komen. Uiteindelijk hebben we het vertrouwen in de wetenschap nodig om wetenschappers in de positie te brengen om maatschappelijke problemen op te kunnen lossen.’