Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Keenan Constance / Unsplash
wetenschap

Deze UvA'er kan je bloedgroep en leefstijl afleiden uit jouw vingerafdruk

Laura ter Steege,
27 november 2020 - 09:25

UvA’er Annemieke van Dam doet al tien jaar onderzoek naar vingerafdrukken en de informatie die daarin te vinden is. Deze maand ontving ze een Veni-subsidieDe NWO heeft Veni-, Vidi- en Vici-beurzen. De bedragen die aangevraagd kunnen worden variëren van maximaal 250.000 voor Veni, 800.000 voor Vidi en voor Vici 1,5 miljoen euro. van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). ‘Toen ik ontdekte dat je bloedgroepen kunt achterhalen via een vingerafdruk, ging een wereld voor me open.’

Vingerafdrukken zijn uniek – elke persoon en vinger heeft zijn eigen patroon. Daarom zijn ze van grote waarde voor forensisch onderzoek. Maar niet iedere afdruk is intact of te vinden in de database. Toch kan zo’n afdruk informatie prijsgeven over de persoon die hem achterliet. ‘Iemands geslacht, DNA, bloedgroep en leefgewoonten zijn te achterhalen op basis van vingerafdrukken,’ aldus Van Dam.

 

Een vingerafdruk is een mengelmoes van allerlei vetten, eiwitten, aminozuren en DNA. Maar ook alles wat je hebt aangeraakt – van voedsel tot cosmetica – kan in de afdruk te vinden zijn. De samenstelling van de afdruk varieert per moment. Wie net zijn of haar handen heeft gewassen zal minder vetten achterlaten. Heb je net je mond aangeraakt? Dan kunnen speekselcellen zorgen voor extra DNA in de afdruk.

‘Ook alles wat je hebt aangeraakt – van voedsel tot cosmetica – kan in de afdruk te vinden zijn.’

Afdrukken optimaliseren

‘We kunnen veel onderzoeken aan een vingerafdruk, maar voor de politie is vooral het lijnenpatroon van belang,’ vertelt Van Dam. De politie komt regelmatig afdrukken tegen die zijn dichtgeslibd, waardoor de afzonderlijke lijnen niet goed zichtbaar zijn. Van Dam ontwikkelde een nieuwe detectiemethode die gebruik maakt van fluorescente moleculen, die enkel aan een specifiek eiwit in de vingerafdruk blijven plakken. ‘Zo wordt het profiel van de vingerafdruk beter zichtbaar.’

Foto: Bart Erkamp
Annemieke van Dam

Als vingerafdrukken niet in de database staan kan aanvullend onderzoek worden gedaan. ‘Door bijvoorbeeld te kijken naar geslachtsspecifieke eiwitten, DNA en drugssporen kan informatie over een verdachte worden verzameld.’

 

Samenwerking politie

Om te testen of technieken waardevol zijn bij forensisch onderzoek werkt Van Dam samen met het politielab in Zoetermeer en het Nederlands Forensisch Instituut. Hierbij worden geen afdrukken uit strafrechtelijke zaken gedeeld. ‘Voor de integriteit van het onderzoek is het belangrijk om goed na te gaan waar bewijsmateriaal naartoe gaat. Vingerafdrukken kunnen enkel via de rechtbank en officier van justitie worden opgestuurd naar geaccrediteerde labs. Terwijl hier bij het AMC iedereen naar binnen kan lopen.’ 

 

Daarom maken ze gebruik van vingerafdrukken van vrijwilligers. De informatie wordt anoniem verzameld, maar zowel het lijnenpatroon als het DNA kan worden herleid naar een individu. Daarom kunnen proefpersonen zelf aangeven of het lijnenpatroon zichtbaar mag zijn en of DNA uit de afdruk mag worden gehaald. ‘Wij zijn vooral geïnteresseerd of de informatie uit de vingerafdruk overeenkomt met het lijstje dat is opgegeven door de proefpersoon. Kunnen we in de afdruk zien dat iemand gisteren alcohol heeft gedronken?’

 

Draagbaar apparaat

De komende jaren wil Van Dam met haar Veni-subsidie een draagbaar apparaat ontwikkelen voor de analyse van vingerafdrukken. ‘Op de plaats delict wordt de afdruk dan eerst zichtbaar gemaakt voor een foto. Als het lijnenpatroon niet in de vingerafdrukkendatabase staat of er snel extra informatie over een verdacht nodig is, kan de afdruk verder worden geanalyseerd. En dat op de plaats delict met een klein apparaatje – directe analyse,’ vertelt ze enthousiast. In eerste instantie moet de bloedgroep, het geslacht en de leeftijd van de afdruk kunnen worden vastgesteld. ‘Als dat lukt wil ik ook drugs- en voedselsporen ter plekke kunnen detecteren.’