Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Jeroen Oerlemans
opinie

Willemijn van Dolen | Lang Leve(n) Spullen!

Willemijn van Dolen,
8 februari 2024 - 12:20

Wat?! Dat kan niet kloppen. We zijn toch juist te materialistisch? In media, debatten en gesprekken lijkt de teneur dat veel van onze consumptie slecht is. We hebben te veel spullen, hebben een hedonistische levensstijl, en dat is slecht voor het milieu en het klimaat, en trouwens ook voor ons welzijn. Toch?

Het verband tussen materialisme – het belang dat je hecht aan het kopen en hebben van spullen – en welzijn is nog onduidelijk. Veel wetenschappelijke studies vinden een negatief verband – materialisten zijn minder gelukkig – maar een recente longitudinale studie toont aan dat het effect van materialisme op welzijn niet causaal is. De onderzoekers vinden wel een causaal verband de andere kant op, van welzijn naar materialisme: mensen die minder tevreden zijn over hun leven, denken dat meer spullen kopen en hebben ze gelukkiger maakt. Retail therapy, anyone? Ander onderzoek suggereert een positief in plaats van negatief verband tussen materialisme en welzijn.

 

Nu hanteren onderzoekers verschillende definities van materialisme en verschillende schalen voor het meten van welzijn, dus deze puzzel is voorlopig nog niet definitief gelegd.

 

Maar terug naar de spullen… we hebben er veel van en ze vervullen verschillende functies. Ten eerste, spullen die we gebruiken in ons dagelijks leven: pannen, koffiezetapparaat, laptop, telefoon, tandenborstel, tafel, bed, bank en ga zo maar door. Kijk eens om je heen en stel je een kamer voor zonder spullen, dan heb je meteen door hoe verweven ons dagelijks leven is met spullen. Ten tweede, spullen die we gebruiken om onze identiteit uit te drukken. Sommigen van ons doen dat met kleding, anderen met piercings, sieraden, tatoeages, horloges, een tas of een fiets. Ten derde, spullen die ons verbinden met anderen - als herinnering, de klok van oma, het lievelingsboek van vroeger, en als onderdeel van sociale activiteiten, de voetbal voor een wekelijks potje voetballen met vrienden, de slingers voor een feestje, kampeerspullen.

 

Al met al levert dat een hele verzameling aan spullen op. In zijn boek Empire of Things schat historicus Frank Trentmann dat de gemiddelde Duitser zo’n 10.000 spullen heeft. Dat zal voor Nederland niet veel anders zijn.

‘Mensen die minder tevreden zijn over hun leven, denken dat meer spullen kopen ze gelukkiger maakt. Retail therapy, anyone?’

Spullen zijn essentieel in ons leven en hebben ons welvaart gebracht. Maar de productie en het gebruik ervan gaan ook met vervuiling en uitstoot gepaard. Onderzoeksbureau CE-delft komt tot de conclusie dat ‘spullen’ de grootste milieu-impact hebben voor de gemiddelde Nederlandse consument.

 

We hebben dus een probleem, voor veel mensen een dilemma: we houden van spullen en ze maken ons gelukkig, maar de productie en consumptie zijn slecht voor klimaat en milieu, en daar maken we ons ook zorgen om.

 

Een manier om dit probleem aan te pakken is iets dat recent appreciative materialism wordt genoemd. Het idee is: als we ons beter realiseren hoe essentieel spullen zijn in ons dagelijks leven, voor het uiten van onze identiteit en in onze relatie tot anderen, dan gaan we spullen misschien weer meer waarderen. Waardoor we minder gericht zijn op het kopen van nieuwe spullen en meer waarde hechten aan de spullen die we hebben.

 

Appreciative materialism dus: meer liefde voor spullen. Die kapotte laptop niet weggooien, maar laten repareren. Geen fast fashion, maar een kast met kleren die langer mooi blijven. Kortom, dierbare spullen die langer meegaan en weer te repareren zijn. Bedrijfsleven en overheid kunnen hier een grote bijdrage leveren. Met het recente ‘recht op reparatie’ maakt de EU een goed begin.

 

Lang leve(n) spullen! Het klimaat zul je er niet mee redden, en je portemonnee ook niet, maar alle kleine beetjes helpen, mét een kans dat je er ook nog gelukkiger van wordt.

Lees meer over