Binnen de Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) is nu eindelijk, en op de valreep, een overeenkomst bereikt over de nieuwe Onderwijs- en Examenregeling (OER) voor de bachelor opleidingen 2012-2013.
Het eerdere voorgestelde ontwerp van de OER, dat door het Faculteitsbestuur was opgesteld, was door de Facultaire Studentenraad afgekeurd. Het Faculteitsbestuur is hierna naar de Landelijke Commissie Geschillen Medezeggenschap voor Hoger Onderwijs gestapt maar kreeg geen gelijk.
De Facultaire Studentenraad was blij met deze uitslag en samen met het Faculteitsbestuur en de ondernemingsraad is er een nieuwe OER opgesteld. De meest omstreden punten in de regeling zijn er uit gehaald. Zo hoeft de student, volgens de nieuwe regeling, bijvoorbeeld niet meer in het eerste semester een cluster van 12 of 18 EC te halen om door te mogen gaan met het tweede semester. Ook de mogelijkheid om tussen vakken te compenseren in het eerste semester is er uit gehaald.
De geldigheidsduur van propedeuseonderdelen worden wel beperkt tot twee jaar. Studenten moeten hun propedeuse dus in twee jaar afronden. Met deze regeling wordt invulling gegeven aan de door het ministerie van OCW opgelegde prestatieafspraken.
Decaan Frank van Vree schrijft in een mail aan de medewerkers van de faculteit dat er met deze overeenkomst ‘een einde is gekomen aan een aanhoudend en ernstig meningsverschil. Partijen hebben de intentie uitgesproken te proberen dergelijke conflicten in de toekomst te voorkomen.’
Het eerdere voorgestelde ontwerp van de OER, dat door het Faculteitsbestuur was opgesteld, was door de Facultaire Studentenraad afgekeurd. Het Faculteitsbestuur is hierna naar de Landelijke Commissie Geschillen Medezeggenschap voor Hoger Onderwijs gestapt maar kreeg geen gelijk.
De Facultaire Studentenraad was blij met deze uitslag en samen met het Faculteitsbestuur en de ondernemingsraad is er een nieuwe OER opgesteld. De meest omstreden punten in de regeling zijn er uit gehaald. Zo hoeft de student, volgens de nieuwe regeling, bijvoorbeeld niet meer in het eerste semester een cluster van 12 of 18 EC te halen om door te mogen gaan met het tweede semester. Ook de mogelijkheid om tussen vakken te compenseren in het eerste semester is er uit gehaald.
De geldigheidsduur van propedeuseonderdelen worden wel beperkt tot twee jaar. Studenten moeten hun propedeuse dus in twee jaar afronden. Met deze regeling wordt invulling gegeven aan de door het ministerie van OCW opgelegde prestatieafspraken.
Decaan Frank van Vree schrijft in een mail aan de medewerkers van de faculteit dat er met deze overeenkomst ‘een einde is gekomen aan een aanhoudend en ernstig meningsverschil. Partijen hebben de intentie uitgesproken te proberen dergelijke conflicten in de toekomst te voorkomen.’
