De val van Bashar al-Assad in Syrië leidde kortstondig tot vreugde, want de dagen die volgden waren gevuld met angst voor deze Syrische UvA-studenten en hun families. ‘Sommige landen zullen er alles aan doen om de rebellengroep als engelen neer te zetten, maar niets is minder waar. Niemand is echt bevrijd.’
Toen Omar na zijn bacheloropleiding in het buitenland terugging naar de stad Aleppo in 2011, merkten hij en zijn vrouw al snel dat er iets niet helemaal in orde was. Hun huis werd afgesloten van elektriciteit en gas om op te koken werd schaars. Aleppo veranderde in een spookstad. Miljoenen mensen woonden daar op enkele vierkante meters en zonder (straat)verlichting ontstonden enorm onveilige situaties. Het was het begin van de Syrische revolutie in Aleppo, ingeluid door de Arabische Lente, met massale protesten en opstanden aangevoerd door verschillende oppositiepartijen tegen dictator Bashar al-Assad die afgelopen week ten val werd gebracht door rebellengroep Hay’at Tahrir al-Sham (HTS).
De Arabische Lente verwijst naar een reeks massale protesten, opstanden en revoluties in verschillende Arabische landen die begon eind 2010 en zich voortzette in 2011 en daarna. Deze bewegingen ontstonden uit onvrede over politieke corruptie, onderdrukking, economische ongelijkheid, werkloosheid en gebrek aan democratische vrijheden.
Deze ontwikkelingen luidde de Syrische revolutie in. Syrië werd gekleurd door politie- en militair geweld, massale arrestaties en een meedogenloos optreden van het Assad-regime, wat resulteerde in een burgeroorlog met honderdduizenden doden en tienduizenden gewonden.
Tijdens de Syrische revolutie ontstonden enkele terreurgroepen, waaronder de Islamitische Staat (IS), die een ‘kalifaat’ stichtte met extreme gewelddadigheid en mondiale aanslagen, en Jabhat al-Nusra, een Al Qaida-gelieerde organisatie met jihadistische ambities, waar Hay'at Tahrir al-Sham (HTS) van afstamt.
Sinds de zomer van 2012 werden de straatgevechten langzaam maar zeker de dagelijkse realiteit in Aleppo. Maar door signalen als verslechterde veiligheid, tekort aan gas, elektriciteit, brandstof en ontvoering van kinderen, vluchtten Omar en zijn vrouw eerder in 2012 naar een grensdorp in Turkije en later naar Nederland. ‘De wijk waarin we woonden, is voor een groot deel gebombardeerd. Ik heb geen idee of ons huis nog bestaat. Mijn gehele familie is ontheemd. Mijn ouders zijn allebei overleden, aan een natuurlijke dood gelukkig.’
Omar studeert aan de Business School van de UvA, waar hij een master in Leadership and Management volgt. Daarnaast werkt hij op afstand voor een bedrijf in Syrië dat investeert in de infrastructuur op plekken in Syrië waar het Assad-regime geen invloed had. Bij het horen van de val van Assad was Omar voor heel even heel blij. ‘Assad heeft een miljoen mensen vermoord en miljoenen zijn op de vlucht geslagen. Mijn Koerdische gemeenschap ziet de val van Assad als een kleine verlossing.’
Voor Omar kwam het als een enorme verassing dat het regime van Assad viel. ‘Zelfs Rusland greep niet in, dé bondgenoot van Assad. Ze probeerden het niet eens. De afgelopen tien jaar heb ik nog nooit zoiets als dit gezien. Voor deze “bevrijding” is amper gevochten, het heeft eerder iets weg van een overgave en een overeenkomst tussen de rebellen en Assad, maar dat is speculeren. Nú breekt er een tijd aan van enorme onzekerheid. Er zijn vele oppositiepartijen, maar op de een of andere manier is iemand die verbonden is met Al Qaida verkozen om controle over te nemen in Syrië. Ik ben daar totaal niet gerust op.’
Omar slaapt al dagen niet meer, eet weinig, en kan zich niet goed focussen. Dat geldt ook voor Yusuf, student aan de Faculteit der Geesteswetenschappen. In 2017 vertrok hij naar Nederland uit de westelijke havenstad Latakia, waar Israël de afgelopen dagen een Syrische vloot bombardeerde. Hij en zijn familie zijn onderdeel van een etnische minderheid. ‘Veel minderheden worden al decennia lang klein gehouden; we mogen niets zeggen, niets bekritiseren, overal moeten we toestemming voor vragen. En bij de miniemste ongehoorzaamheid wordt er met brute kracht op gereageerd. Iedereen die ik ken is opgegroeid in onderdrukking.’ Yusuf was tijdens de burgeroorlog veel bezig met metal muziek en maakte er artikelen en documentaires over. ‘Door die hobby werd ik op een zeker moment in verband gebracht met duivelvereringen, satanisme. Toen werd het link en moest ik vluchten. Onder het Assad-regime is er een gezegde: je zonden zijn tien keer heviger onder zijn regime. Koerden, Alawieten, Christen, Druzen of welke bevolkingsgroep dan ook, niemand was vrij. De val van Assad verandert daar niets aan.’
Yusuf is niet gerust op de interim overheid die enkele dagen geleden is verkozen door de rebellengroep HTS na de val van Assad in de politieke hoofdstad Damascus. ‘Alles wat we zien in de media zijn mensen in Syrië die vieren dat Assad-regime is gevallen en blij zijn. De Syrische bevolking is enorm emotioneel en ziet daardoor niet goed meer wat er nu gebeurt. Mohammed al-Jolani, de leider van de rebellengroep Hayat Tahrir al-Sham (HTS) oogt gematigd met een getrimde baard en een verwesterde look. Maar in mijn ogen is het een wolf in schaapskleren. Hij is in het verleden sterk verbonden geweest met Al Qaida, zegt daar afstand van te hebben genomen, maar ondertussen laat hij bij controles mensen zich identificeren op basis van hun geloof en is zijn vorm van vervolging niet de rechtsgang maar een kogel door het hoofd. Ik begrijp het optimisme niet.’
‘We hebben dictator Bashar al-Assad vervangen door iemand van Al Qaida, een crimineel is vervangen door een crimineel. Bij het nieuws rende mijn bijna zeventig jaar oude vader naar de keuken en gooide elke fles alcohol weg. Hij was doodsbang omdat deze mensen je ter plekke zouden executeren vanwege alcohol in je huis. Bovendien, denk jij dat ik terug kan naar Syrië en alles kan zeggen over Jolani wat ik wil? Want dat is wat vrijheid is. Daarnaast zijn alle gevangenen vrijgelaten, daar zitten ook oorlogsmisdadigers tussen. Natuurlijk ben ik enorm blij voor het gros van de gevangenen en is dat ook een goede reden om blij te zijn. Maar tegelijkertijd hangt er nog steeds een grote, donkere wolk boven Syrië.’
Ook Omar is de wanhoop nabij. ‘Op dit moment zou er een overgangsregering moeten zijn toch? Jolani bracht dezelfde groep uit Idlib, een salafistische tegenregering ten tijde van Assad, met dezelfde ideologie als van Al Qaida aan tafel. Ze willen de Koran strikt volgen. En als je dat doet, roept het op om ongelovigen te doden. De Christenen noemen ze ongelovigen, de Joden zijn ongelovigen. De Alawieten, sommigen noemen hen moslims, maar in principe worden ze ongelovigen genoemd. De Koerden, wij zijn moslims en de meesten van ons zijn soennitische moslims, maar zelfs wij worden ongelovigen genoemd omdat we hun versie van de islam niet volgen. Ze willen dit model opleggen, dat al problematisch was in een klein deel van de Syrische provincie Idlib.’
‘Ik ben enorm bang dat ze nu opnieuw hun ideologie willen opleggen aan heel Syrië, een land met veel verschillende christelijke sekten: Druzen, Koerden, en Alawieten. Syrië is van nature een zeer divers land, en geen enkele groep zou de macht moeten hebben om iedereen te controleren en hen te dwingen hun leven op hun manier te leiden. De Syrische bevolking kijkt al tien jaar naar Jolani en zijn rebellengroepering, daar is voor ons niets hoopvols aan. Natuurlijk zullen sommige landen ze als engelen voorstellen, of wie deze groep dan ook aan de macht probeert te brengen. Maar dit verandert niets aan de feiten. Deze mensen zijn slecht en zullen dat blijven. De situatie in Syrië wordt bepaald door machtige landen zoals Iran, Turkije, de VS en Rusland. Als zij chaos willen, blijft Syrië een chaos. Het regime heeft vijftig jaar geprobeerd het volk te verdelen, waardoor haat tussen etnische groepen groeide. Slechts enkelen streven naar een verenigd Syrië. Op hen vestig ik mijn hoop.’
Omwille van de veiligheid van de Syrische UvA-studenten zijn de namen in het stuk fictief. De echte namen zijn bekend bij de redactie.