Centrale Studentenraad legt strijdbijl met UvA-bestuur neer
De Centrale Studentenraad heeft na een interne stemming besloten om de motie van wantrouwen tegen het College van Bestuur (CvB) in te trekken. De CSR laat wel weten dat deze stemming ‘niet het einde betekent van een strijd voor structurele verandering binnen de medezeggenschap van de UvA’.
De Centrale Studentraad (CSR) heeft na verschillende interne vergaderingen besloten de formele communicatie met het College van Bestuur te herstellen. De communicatie werd afgelopen voorjaar door de CSR verbroken nadat de raad een motie van wantrouwen had aangenomen tegen het UvA-bestuur, dat een veel te hoog instellingscollegegeld zou hebben gevraagd aan internationale studenten. Een kwestie overigens die door de UvA werd betwist.
Er werd een mediation traject in gang gezet om het vertrouwen te herstellen. ‘Het punt van het instellingscollegegeld werd daarbij aan de orde gesteld en afgedaan,’ zegt CSR-voorzitter Stefana Feciuc. ‘Toch bleef de onderliggende zorg van de CSR bestaan: we merkten dat kwesties niet met de nodige ernst werden behandeld en dat er pas zinvolle actie werd ondernomen nadat de situatie was geëscaleerd tot een motie van wantrouwen.’ Het wantrouwen van de CSR jegens het CvB werd kort daarop opnieuw bevestigd, aldus Feciuc, naar aanleiding van ‘de gewelddadige ontruiming’ van de (tenten)kampen op REC en het Universiteitskwartier (BG4). Het ging de CSR uiteindelijk niet alleen om de kwestie rond het instellingscollegegeld, maar ook om de samenwerking van de UvA met Israëlische universiteiten, het demonstratierecht en de veiligheid van studenten daarbij.
De-escalatiemechanisme
Er zijn nu afspraken gemaakt tussen de CSR en het CvB rond verschillende kwesties. Zo krijgt de CSR onder meer instemmingsrecht op de nieuwe huisregels en adviesrecht op het ethisch kader voor samenwerkingsverbanden met derden en op inspraak in de processen van crisisbeleid.
Om problemen in de toekomst te voorkomen hebben CSR en CvB bovendien afgesproken samen te werken aan een de-escalatiemechanisme. Dat wil zeggen: ze willen een systeem opzetten waarbij de CSR bij problemen niet zijn toevlucht hoeft te zoeken in een motie van wantrouwen.
Instellingstoets
Dat er nu een streep wordt gezet onder het wantrouwen betekent dat de CSR en het CvB weer gezamenlijk vooruit kunnen. Dat is wel nodig ook, want op korte termijn moet de gezamenlijke medezeggenschap van medewerkers en studenten adviseren over en instemmen met de UvA Begroting 2025. Begin volgend jaar staat de UvA bovendien de periodieke Instellingstoets Kwaliteitszorg te wachten. Deze externe en onafhankelijke beoordeling van de interne kwaliteitszorg zou ernstig vertraagd worden bij een niet of half functionerende medezeggenschap.
Collegevoorzitter Edith Hooge is blij met de goede afloop. ‘Ik ben blij met het besluit van de CSR om het formele overleg weer te hervatten. Dit biedt een goede basis voor professionele medezeggenschap. De UvA heeft een goed werkende medezeggenschap nodig; inbreng en adviezen van studenten horen bij goed bestuur van de universiteit, zeker de komende tijd: de UvA staat voor mogelijk grote bezuinigingen, de conceptbegroting is net gemaakt en de instellingstoets kwaliteitszorg komt eraan. Dat zijn onderwerpen waar wij ook het geluid van studenten bij nodig hebben.’
