Aan de vooravond van de nationale Holocaust-herdenking op 28 januari een gesprek met oud-Niod directeur en emeritus hoogleraar Frank van Vree over zijn nieuwe boek ‘Nederland en de herinnering aan de Jodenvervolging 1945-2024.’ Dreigen we de Jodenvervolging te vergeten? ‘De herinnering aan de Holocaust wordt steeds meer geschiedenis.’
Met de excuses in 2020 van zowel de regering als het koningshuis voor hun rol in de Holocaust, de oprichting van het Namenmonument in 2021 en de aanstaande oprichting van een nieuw Holocaustmuseum, wordt er volgens oud-NIOD-directeur Van Vree meer herdacht dan ooit. Misschien wel het belangrijkste punt van zijn boek: Nederland liep lange tijd voorop als het ging om de herinnering aan de Holocaust.
Bent u het dus oneens met de stelling dat Nederland, zoals de oprichter van het Namenmonument Jacques Grishaver vond, tachtig jaar lang ‘alles wat de Joden is aangedaan, heeft weggeschoven’?
‘Absoluut. Na het enigszins verzwijgen in de eerste naoorlogse jaren, kreeg de Jodenvervolging al vroeg in de jaren zestig en zeventig een centrale plaats in het beeld van de oorlog. Veel eerder dan in landen als Frankrijk en België. Het Nationaal Monument Westerbork, in het voormalige concentratiekamp Westerbork, werd bijvoorbeeld in 1970 door koningin Juliana onthuld. En Jacques Pressers tweedelige werk Ondergang uit 1965 over de Jodenvervolging ging meer dan 140.000 keer over de toonbank. In mijn boek beschrijf ik hoe zijn schrijven een keerpunt in de herinnering betekende.’
‘Voor het eerst koos een auteur volledig voor het perspectief van de Joodse slachtoffers. Daarvoor gebruikt hij in zijn studie ook poëzie, zelfs zijn eigen gedichten. Abram de Swaan – socioloog en zelf ook Joods - vertelde vorige week dat toen hij het boek als jonge wetenschapper las, hij voor het eerst in zijn leven onophoudelijk moest huilen. Dat is wat dat boek met mensen deed.’
Abram de Swaan was kritisch op uw veelvuldige gebruik van de term ‘civic religion’ als beschrijving van de Holocaust-herinnering, omdat de term ‘geloof’ zou impliceren dat de feiten niet vaststaan. Is de herdenking aan de Holocaust in de loop van tijd toch een soort religie geworden?
‘Ik gebruik de term “civic religion” vooral omdat dit kan helpen de samenhang in de herinneringscultuur rond de Holocaust – met haar literatuur, films en rituelen – te begrijpen: van het Namenmonument in Amsterdam tot het uitspreken van “Nooit meer Auschwitz” tijdens officiële herdenkingen door regeringsleiders, inclusief Poetin en Orbán. Dat doet me af en toe toch denken aan de Middeleeuwse koningen die keurig naar de kerk gingen, maar daarna onschuldige burgers afslachten.’
‘De afgelopen decennia ontstond sowieso steeds meer dat bij wereldleiders, maar ook bij burgers, een transnationale herinneringscultuur met een universele boodschap. De nazistische massamoord fungeert dan als een negatieve mythe en als bron voor een universele politiek van mensenrechten, de internationale rechtsorde en de bestrijding van racisme.’
Is het bij het herinneren aan andere oorlogsverschrikkingen moeilijk dat de Holocaust soms, bijvoorbeeld in Israël, als een ‘uitzonderlijke’ genocide in de geschiedenis wordt herdacht?
‘Dat denken zie je vooral bij mensen die niet over andere problemen willen praten. Je ziet dat nu ook in discussies over de oorlog in Gaza. Voor sommigen betekent “Nooit meer Auschwitz” nooit meer een vorm van mensenrechtenschending. Voor anderen betekent “Nooit meer Auschwitz” echter in de eerste plaats nooit meer die specifieke vorm van genocide en dus onvoorwaardelijke steun voor Israël.’
Op zondagochtend 28 februari vanaf 11.00 loopt een stille tocht van het Stadhuis te Amsterdam naar het Wertheimpark in de Plantagebuurt. Vanaf 11.30 vangt de herdenking bij het Nationale Holocaust Monument van Jan Wolkers in het Wertheimpark aan. Daar spreken onder andere minister-president Mark Rutte, burgemeester Femke Halsema, voorzitter van het Auschwitz Comité Jacques Grishaver en VU-student Rebecca van den Hoeven. Het Zigeneurorkest Brandt brengt muziek.
‘Ik had net mijn epiloog af toen de oorlog tussen Hamas en Israël uitbrak. Ik heb op het laatst nog enkele regels aan de recente oorlog gewijd. Maar de aldaar tegengestelde opvattingen over de lessen van de Holocaust, die ik in eerdere hoofdstukken beschrijf, bestaan natuurlijk al veel langer. Denk daarbij aan de Israëlische juristen en activisten die, met een beroep op “Nooit meer Auschwitz”, Palestijnen steunen. Het is tragisch dat die steun na 7 oktober van een steeds kleinere minderheid lijkt te komen.’
Hoe belangrijk is media-aandacht binnen de herinnering aan een genocide als de Holocaust?
‘In de Israëlische rechtszaak tegen nazikopstuk Eichmann in 1961 was media-aandacht bijvoorbeeld essentieel. Eichmann had gezegd: “Het was prachtig zoals de wielen (van de deportatietreinen) in het begin in Nederlanden rolden.” Daarmee doelde hij op de medewerking van Nederlandse organisaties en instanties aan de Jodenvervolging. Een ongemakkelijke waarheid waaraan onder andere De Telegraaf en De Volkskrant geen woord wijdden.
Maar tegelijk werd van de rest van het proces intensief verslag gedaan door een krant als het Algemeen Handelsblad (nu NRC, red.), waardoor de Holocaust een aanzienlijke plaats ging innemen in de Nederlandse herinnering aan de oorlog. Op die manier bepalen media hoe én in welke mate herinneringen aan genocides worden gevormd.’
Moeten we tegelijkertijd vrezen dat een nieuwe generatie de Holocaust dreigt te vergeten?
‘Herinneringen veranderen onvermijdelijk. Ze zijn natuurlijk het sterkst als je ze uit de eerste hand kent: van jezelf, van je vader, van je oma. Mijn zoon kent bijvoorbeeld nog het verhaal van zijn opa die in een Duits werkkamp zat. Dat proces van “sociale herinnering” wordt zwakker, want van de generatie die de oorlog nog heeft gemaakt zijn er nog maar weinig mensen over. Daarmee wordt dit verleden steeds meer echt “geschiedenis”. Tegelijk blijft de Holocaust diep verankerd in de Nederlandse cultuur. Dat zal niet zomaar veranderen.
De UvA heeft echter slechts één kleine plaquette in de Oudemanhuispoort die aan de Jodenvervolging herinnert. Zou de UvA, als universiteit die het meest door de vervolgingen is getroffen, meer moeten doen?
‘Dat lijkt mij vanzelfsprekend.’
Frank van Vree, Nederland en de herinnering aan de Jodenvervolging 1945-2024 (Hilversum, 2024). ISBN: 9789493028777. Prijs: €29,50.