Folia bestaat komend najaar 75 jaar. De redactie blikt dagelijks met een (deel van een) artikel of video letterlijk terug op elk van die jaren en telt zo af naar 13 oktober, de dag dat ‘het mededelingenblad voor de civitas’ precies 75 jaar bestaat. Vandaag deel 46: 2 december 1994.
De twee ex-studenten communicatiewetenschap wier doctorandustitel ongeldig is verklaard, lopen het risico hun baan te verliezen. Dat blijkt uit hun beroepsschrift bij het College van Beroep voor de Examens.
De twee studenten, en niet studentes zoals Folia vorige week schreef, is hun titel ontnomen omdat zij zonder bronvermelding delen van een Rotterdamse scriptie hebben overgeschreven. Zij vinden dat de examencommissie communicatiewetenschap hen in de gelegenheid had moeten stellen hun scriptie opnieuw te schrijven. In plaats daarvan heeft de examencommissie, na vaststelling van de fraude, hun tentamenbriefje direct ingetrokken. Dit gebeurde met het argument dat een voorstel tot overdoen niet opportuun was, omdat de twee het overschrijven ontkennen.
Door het intrekken van het tentamenbriefje voor de scriptie is hun doctorandustitel ongeldig geworden. De fraude kwam aan het licht toen een oplettende student tijdens een literatuuronderzoek de overeenkomst tussen beide scripties opmerkte en aan de bel trok.
Ex-doctorandi
Tegen de beslissing van de examencommissie zijn de ex-studenten in beroep gegaan bij het College van Beroep voor de Examens. Dit is de centrale instantie van de Universiteit van Amsterdam die erop toeziet dat facultaire examencommissies handelen in overeenstemming met de wet. Anderhalve week geleden heeft dit college het beroep verworpen. Uit het beroepsschrift van hun advocate blijkt dat beide ex-doctorandi inmiddels ‘een maatschappelijke positie hebben die zij zonder hun opleiding niet zouden hebben verworven. Het ongeldig worden van het doctoraal-examen heeft daarom zware consequenties’.
In het betoog van de advocate wordt dit argument als laatste in stelling gebracht. In de eerste plaats wordt het overschrijven van de Rotterdamse scriptie ontkend. Volgens de ex-studenten gaat het in alle passages om modellen of een weergave van theorieën. ‘Aannemelijk is dat de studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam dezelfde bronnen hebben geraadpleegd als appellanten (de ex-studenten) waardoor bepaalde zinnen overeenkomen,’ stelt de advocate in het beroepsschrift.
Dit is een fragment uit het artikel ‘Scriptiefraudeurs vrezen baan te verliezen’, door Joris Luyendijk. Folia, 2-12-1994.