Studenten met een fysieke of mentale beperking voelen zich het minst thuis op de UvA, op de voet gevolgd door studenten met ouders van niet-westerse afkomst. Dat blijkt uit een onderzoek van studentenunie Asva, dat dinsdagavond wordt gepresenteerd in Crea. Hoofdonderzoeker Lisanne Wichgers licht alvast een tipje van de sluier.
Wat hebben jullie precies onderzocht?
‘We hebben gekeken hoe er momenteel wordt omgegaan met diversiteit binnen de UvA en hoe studenten hierover denken. Daarbij waren we vooral benieuwd naar de mening van studenten die zich niet hebben laten horen in de discussie die vorig jaar is ontstaan - zowel studenten die tot een minderheidVoor de categorieën ‘eerste generatie niet-westerse allochtoon’ en ‘transgender/transseksueel’ was het aantal respondenten te laag, ze werden daarom niet meegenomen in de analyse. behoren als studenten die behoren tot de “meerderheidsgroepering”.
We hebben gepraat met mensen van de platforms Amsterdam United en University of Colour die zich inzetten voor veranderingen op het gebied van diversiteit en met medewerkers van de UvA. Daarnaast hebben we een enquête gehouden onder studenten, die door 150 mensen volledig werd ingevuld. Dat zijn er niet heel veel maar we denken toch dat we hieruit voorzichtige conclusies kunnen trekken.’
Waarom was dit onderzoek nodig?
‘Tijdens en na de bezetting van het Maagdenhuis vorig jaar kwam in discussies en debatten steeds vaker naar voren dat niet iedereen blij is met de manier waarop de UvA omgaat met minderheden, dus met studenten die afwijken van de norm van de westerse, blanke, heteroman.
Uit onderzoek blijkt dat studenten die zich niet thuis voelen aan de universiteit minder goed presteren en vaker hun studie afbreken. De UvA hanteert nu geen diversiteitsbeleid omdat ze ervan uitgaat dat je alle studenten hetzelfde moet behandelen, maar volgens sommigen ontken je daarmee de ongelijke mogelijkheden en kansen van verschillende groepen studenten.’
Er komt toch al een commissie diversiteit die onderzoek gaat doen?
‘We zijn hiermee in juli begonnen, toen was nog niet bekend dat er een aparte commissie voor diversiteit zou komen. De commissie heeft laten weten dat ze ons rapport meenemen in hun eigen onderzoek, dus het kan een mooie aanvulling zijn.’
Wat is de opvallendste uitkomst?
‘Ten eerste dat je minderheden niet op één hoop mag gooien. Bepaalde groepen zoals vrouwenHoewel vrouwen aan de UvA in de meerderheid zijn, rekent de Asva ze tot minderheid. en homoseksuele studenten lijken minder last te hebben van het feit dat ze een minderheid zijn dan andere groepen en een overkoepelende term als “allochtone studenten” is vrij zinloos.
Verder valt op dat tweede generatie niet-westerse studenten Studenten van wie één van de ouders in een niet-westers land is geboren. en studenten met een fysieke of mentale beperking zich relatief gezien het minst geaccepteerd voelen aan de UvA. We hebben ze gevraagd in hoeverre ze het eens zijn met de stelling “Ik voel mij geaccepteerd op de UvA” waarbij 1 staat voor “volledig mee oneens” en 5 voor “volledig mee eens”. De meerderheid was het er met een 4,1 behoorlijk eens met deze stelling. Tweedegeneratiestudenten van niet-westerse afkomst en studenten met een beperkingDe UvA en HvA scoren jaar op jaar slecht in de studentenenquête als het gaat om voorzieningen voor studenten met een beperking. gaven respectievelijk een 3,69 en een 3,43; ze voelen zich dus niet níet geaccepteerd aan de universiteit, maar wel een stuk minder dan de gemiddelde student.
Hetzelfde geldt voor de stelling “Ik voel mij thuis op de UvA”. Daar lag het gemiddelde bij een 4,29, voor tweedegeneratiestudenten van niet-westerse afkomst bij een 3,25 en voor studenten met een beperking bij een 3.’
Wat zijn jullie aanbevelingen?
‘De UvA zou serieus moeten uitzoeken of een diversiteitsbeleid nodig is en hoe dat eruit zou kunnen zien. Je ziet nu dat ze wel stappen zetten. Er komt een stilteruimte - al laat die lang op zich wachten - en natuurlijk de commissie diversiteit, maar persoonlijk heb ik het gevoel dat de UvA dit vooral doet om de discussie niet nog groter te laten worden. Het is een persoonlijke indruk, maar volgens mij moet er bij de UvA toch echt nog een knopje om om in te zien dat er echt verandering nodig is en vooral, dat dit juist heel positief kan zijn.’
Wat kunnen studenten zelf beter doen?
‘Dat is een beetje dubbel. Aan de ene kant zijn de studenten het over het algemeen eens met de stelling dat de UvA een diversiteitsbeleid zou moeten voeren; aan de andere kant denken ze niet dat studenten die tot een minderheid behoren anders worden behandeld dan anderen. Dus ik denk dat een stukje bewustwoording de eerste stap is, bij de UvA maar dus ook bij de studenten. Daarover gaan we het vanavond ook hebben in het debat.’
De presentatie begint vanmiddag om 17.00 uur in Crea.