Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Marc Kolle
actueel

Torenhoge studentenaantallen – had de UvA dat niet kunnen voorzien?

Sterre van der Hee,
11 november 2021 - 10:00

De UvA groeide dit jaar naar ruim veertigduizend studenten – een stijging die bijna volledig werd veroorzaakt door internationals. UvA-bestuursvoorzitter Geert ten Dam luidde de noodklok en vroeg Den Haag om instrumenten om de instroom te beheersen. Maar had de universiteit zelf niet iets kunnen doen? ‘Als we nu alle internationale opleidingen opheffen zou dat doodzonde zijn van alle voordelen.’

Tijdens het herontwerp van de bachelors economie en bedrijfskunde in 2017 was de overgang naar de Engelse taal een van de belangrijke veranderingen. Een internationale bachelor moest bijdragen aan betere loopbaanperspectieven voor studenten, en de international classroom met verschillende culturen zou bijdragen aan hun persoonlijke ontwikkeling, zo was de gedachte. Bovendien zijn economie en bedrijfskunde internationale wetenschapsgebieden ‘die een internationale oriëntatie vereisen’, aldus onderwijsdirecteur Peter van Baalen. ‘Het was onderdeel van onze nadruk op kwaliteit, niet op kwantitatieve groei.’

‘We wisten niet hoeveel mensen daadwerkelijk zouden komen’

Het gevolg: een explosie van studenten, vooral bij bedrijfskunde. Voor het eropvolgende collegejaar meldden bijna drieduizend mensen zich aan. Tweederde was internationale student. ‘We hadden die populariteit op geen enkele manier verwacht’, zegt Van Baalen. ‘Achteraf kun je zeggen: je had het kunnen voorzien, de opleiding stond nu open voor buitenlandse studenten. Maar we wisten niet hoeveel mensen daadwerkelijk zouden komen. Niet alle studenten die zich aanmelden starten uiteindelijk ook met de opleiding.’ 

 

Er komen steeds meer internationals naar Nederlandse universiteiten. De UvA groeide dit jaar naar ruim veertigduizend studenten, een recordaantal voor de universiteit. De laatste vijf jaar groeide het totale aantal eerstejaars met 46 procent, en dat was met name te danken aan internationals. Het aantal internationals groeide in die tijd van 831 naar 3.241 studenten – bijna een viervoudiging. UvA-bestuursvoorzitter Geert ten Dam trok onlangs aan de bel: volgens haar is ‘een grens gepasseerd’ waardoor medewerkers ‘onaanvaardbaar hoge werkdruk’ ervaren’. Ze roept op tot ‘instrumenten’ uit Den Haag om de instroom te sturen. ‘De UvA kan dit niet meer aan’, zei ze. ‘Den Haag moet ons helpen.’

 

Maar had de UvA deze groei niet kunnen voorzien? De laatste jaren is fors ingezet op internationalisering: zo startte een tweetalige psychologiebachelor en twee Engelstalige bachelors op de economiefaculteit, en werden verschillende opleidingen bij geesteswetenschappen verengelst. Daarbij komt dat de UvA al jarenlang aantrekkelijk is voor internationals: Amsterdam heeft aantrekkingskracht en allure, de universiteit staat internationaal goed aangeschreven, het collegegeld voor buitenlandse studenten is relatief laag en in veel studieprogramma’s wordt Engels gesproken.

 

Foto: Sander Nieuwenhuys

Europees beleid
Volgens Ingmar Visser, onderwijsdirecteur bij psychologie, is de verengelsing van opleidingen een verstandige keuze geweest. ‘Het is ook in lijn met Europees beleid’, zegt hij. ‘Er is afgesproken dat we hoger onderwijs over en weer toegankelijk willen maken en uitwisseling van wetenschap en studenten willen stimuleren. Mede daarom hebben we aan de UvA veel internationale staf. Die kunnen we alleen inzetten bij een internationaal programma.’ Bij psychologie is ook te zien dat Nederlandse studenten de wens hebben om Engelstalige opgeleid te worden. ‘Sinds de psychologieopleiding een internationale track heeft is het aantal aanmeldingen van Nederlandse studenten meer dan verdubbeld.’
 

De UvA heeft enkele jaren geleden al geanticipeerd op de toestroom, aldus Visser. De universiteit begon enkele jaren geleden met de Vereniging van Universiteiten al een lobby richting de Tweede Kamer om instroom van internationals te beheersen, zegt hij. ‘We zeiden: we willen internationaliseren, het heeft allerlei voordelen, maar geef ons instrumenten om het te beheersen. Groei is oké, maar de verhouding tussen het aantal internationale en Nederlandse studenten moet wel in balans blijven. Er zou aan gewerkt worden, maar die instrumenten zijn er nog steeds niet.’

 

De minister kwam in 2018 met het idee van een numerus fixus voor Engelstalige tracks, wat zou betekenen dat universiteiten een studentenstop zouden kunnen invoeren voor internationale studenten. Nederlandse studenten zouden dan gewoon worden toegelaten. Maar het voorstel is in de ijskast gezet toen het kabinet dit jaar viel. ‘In een column in de Volkskrant werd gesuggereerd dat we dit over onszelf hebben afgeroepen’, zegt Visser. ‘Dat is echt te kort door de bocht. Moeten we dan nu alle internationale opleidingen maar opheffen? Dat is doodzonde van alle voordelen, en er zou een enorme verandering in de organisatie moeten plaatsvinden.’

‘Groei is oké, maar de verhouding tussen het aantal internationale en Nederlandse studenten moet wel in balans blijven’

Sneeuwbaleffect
Manish Jhinkoe-Rai, voorzitter van de Centrale Studentenraad, vindt dat de UvA eerst had moeten kijken wat ze zelf kon doen, voor ze ‘naar Den Haag wees’. ‘De UvA heeft de universiteit in het verleden gepromoot’, zegt hij. ‘Ze hebben een internationaal balletje opgeworpen, en dat heeft een sneeuwbaleffect gehad. Nu zitten we ermee.’ Hij vindt het te makkelijk om de minister te vragen om een instrument om de stroom aan internationals in te dammen. ‘Dit probleem bestaat vandaag, Den Haag heeft morgen nog geen antwoord. Het College van Bestuur is het dagelijks bestuur van de UvA, zij moeten actie ondernemen en niet afwachten tot politici iets gaan zeggen.’  

CSR-voorzitter Manish Jhinkoe-Rai

Ook vindt hij dat de UvA het ‘eerlijke verhaal’ moet vertellen. ‘Communiceer over het kamerprobleem, over internationals die in Groningen in tenten moeten slapen. We kunnen niet ontkennen dat het aantal studenten volgend jaar weer zal stijgen, dus er moet gewoon meer geld naar huisvesting.’
 

Visser zegt echter nooit te hebben geworven voor de internationale psychologieopleiding – ondanks dat waren er begin dit jaar meer dan tweeduizend internationale aanmeldingen. ‘Zelfs bij niet-werven snelt de reputatie vooruit, dus dat is weinig effectief’, zegt hij. Dat ziet ook Peter van Baalen. ‘Als we bijvoorbeeld meer Nederlandse studenten willen hebben, voeren we de wervingsinspanningen in Nederland op en brengen die elders naar beneden’, zegt hij. ‘Dat is nu ons enige instrument om evenwicht en balans te creëren, maar het is helaas geen nauwkeurige knop waaraan je kunt draaien.’  

 

Verdringing
Ook de tweetalige psychologieopleiding heeft inmiddels een numerus fixus, waardoor medewerkers het werk daar prima aankunnen. ‘Maar je ziet dat internationale studenten de Nederlandse studenten door de numerus fixus verdringen’, zegt Visser. ‘Haal je de numerus fixus eraf, dan loopt het aantal studenten te hard op en heb je geen personeel om onderwijs te geven. Er is echt politieke hulp nodig om hieruit te komen.’

Peter van Baalen

Als het aan Visser ligt mag de numerus fixus voor Engelstalige tracks, zoals eerder voorgesteld door minister Van Engelshoven, worden afgestoft. Liefst begint hij vandaag nog met een pilot zodat de universiteit kan vooruitlopen op officiële wetgeving. ‘Dat kan helpen om richting de Kamer te laten zien dat we het zo kunnen doen, en dat het dan beter behapbaar wordt voor iedereen. De Kamer mag dan concluderen dat het inderdaad zinnig is om dit met een wettelijke basis handen en voeten te geven.’

 

Op de economiefaculteit kan zo’n studentenstop voor internationals op minder enthousiasme rekenen. ‘Persoonlijk geloof ik dat alle studenten hier, ook de Nederlandse, internationale studenten zijn’, zegt Van Baalen. ‘Elke student zou moeten kennismaken met andere culturen, en met een aparte Engelstalige en Nederlandse track kun je dat kwijtraken.’

 

Daarnaast, zegt hij, kan een numerus fixus voor internationals zorgen voor een onevenwichtige verdeling tussen studenten uit verschillende landen. ‘Het instrument is te bot. Ik zien liever iets waarbij je een ratio bepaalt voor studenten uit verschillende landen: zoveel uit Korea, zoveel uit Duitsland. Dat is lastig te verantwoorden, maar het is een discussie die je moet aangaan als je wil dat het kwaliteit en diversiteit ten goede komt.’