Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Fotograafniels.nl (UvA)
actueel

‘Promoveren is meer dan achter je computer zitten en papers schrijven’

Marleen Hoebe,
6 april 2021 - 08:39

Stress is niets nieuws voor promovendi. Maar nu extra zorgen door de coronapandemie daarbovenop komen, bijvoorbeeld door vertragingen in onderzoek, hebben meer jonge wetenschappers last van mentale problemen. ‘Promovendi uit het buitenland kunnen hier sociaal geïsoleerd raken.’

Iedere promovendus beleeft de coronacrisis anders. Sommigen vinden het wel lekker om de hele tijd thuis te zijn, ziet bijvoorbeeld instituutsmanager Marieke Kranenburg van het Korteweg-de Vries Instituut voor Wiskunde (KdVI). ‘We hebben promovendi die opbloeien en als een speer gaan, of die zich gewoon prima redden.’

 

Alleen wonen

Anderen hebben juist veel psychische klachten en moeite om motivatie en concentratie te vinden. Frenk van Harreveld, hoogleraar en onderzoeksdirecteur psychologie, heeft onderzoek gedaan naar psychologisch welzijn tijdens corona. ‘Je ziet dat vooral jonge mensen klachten hebben. Dat is niet gek; ze zijn veel van hun sociale leven kwijtgeraakt. En promovendi wonen vaak alleen of met weinig mensen.’

 

Zij zien hun collega’s meestal via hun beeldscherm, hebben geen fysieke borrels meer, en hun conferenties zijn meestal online. ‘In normale omstandigheden hebben we een aardig rijk sociaal leven,’ vertelt StevenSteven wil niet met zijn achternaam in het artikel. Zijn volledige naam is bij de redactie bekend., een promovendus die hersenonderzoek doet. ‘Net zoals studeren meer is dan boeken lezen en tentamens maken, is promoveren meer dan achter je computer zitten en papers schrijven. De sociale laag en de persoonlijke ontwikkeling zijn volledig weggevallen, en ik en veel collega’s ervaren motivatie- en concentratieproblemen.’

Foto: Michelle Muus
Eva Janssens

Minder netwerken

Die sociale bijeenkomsten zijn ook belangrijk om te netwerken, geeft promovendus Eva Janssens aan. Zij is een van de aanspreekpunten voor promovendi van de Amsterdam School of Economics. ‘Bij de online conferenties die wel hebben plaatsgevonden, was er sprake van vrij beperkte interactie met andere deelnemers. Hierdoor is het moeilijker voor ons als promovendi om te netwerken.’

 

Daarnaast helpt het ook niet dat geplande bezoeken aan buitenlandse universiteiten zijn uitgesteld of gecanceld. ‘Ik zou zelf voor vier maanden naar Philadelphia in de Verenigde Staten gaan voor een zogeheten “research visit”, maar dat is al twee keer verplaatst.’

Hoe helpt de UvA promovendi?

Met online koffiepauzes, workshops, conferenties, spelletjesavonden en buddysystemen. Conferenties komen bijvoorbeeld vaker voor. Sommige promovendi presenteren om de twee weken hun onderzoek aan elkaar. Ook hebben de meesten minimaal een keer per week contact met hun begeleider. En een aantal promovendi, onder anderen wiskundigen en economen, mogen toch af en toe naar hun faculteit komen omdat ze niet altijd goed thuis kunnen werken vanwege een beperkte woonruimte.

Eenzaamheid

Een promotietraject kan zonder de coronapandemie al een beetje eenzaam zijn, zeggen verschillende UvA-promovendi. Janssens: ‘In de economie misschien wel meer dan in andere vakgebieden, omdat samenwerkingen tussen grote groepen coauteurs zelden voorkomen. De verwachting is dat minstens één van je papers in je thesis zonder coauteur geschreven is.’

 

Doordat promovendi nu door de lockdown hun sociale leven grotendeels moeten missen, is de eenzaamheid toegenomen. Lara Solms, promovendus en lid van promovendicommissie psychologie, en instituutsmanager Kranenburg van het KdVI maken zich zorgen over promovendi die pas net gestart zijn.

 

‘Zij hebben velen van hun collega’s nog nooit fysiek gezien,’ zegt Solms. ‘Vaak weten ze daardoor minder goed bij wie ze moeten zijn met hun vragen.’

Giuditta Beretta

Veel vragen

Dat geldt onder meer voor vragen over vertraging. Giuditta Beretta kwam vlak voor de coronacrisis in Nederland terecht voor haar promotietraject bij het Instituut voor Biodiversiteit & Ecosysteem Dynamica. Zij heeft al verlenging aangevraagd omdat ze denkt dat ze met haar onderzoek vier maanden gaat uitlopen. ‘Veel promovendi hebben gevraagd om verlenging, maar we weten dat het best lastig is om die ook te krijgen. Er is niet genoeg geld voor elk project. Promovendi die nu hun promotieonderzoek afronden krijgen voorrang. Pas aan het einde van mijn traject krijg ik te horen of ik mijn aanstelling kan verlengen.’ Dat geeft zorgen en stress.

 

Naast al die vragen en zorgen die eerstejaars promovendi al hebben, ziet Kranenburg nog meer problemen. ‘Het is voor hen heel moeilijk om aansluiting te vinden, en zeker promovendi uit het buitenland kunnen hier ook nog sociaal geïsoleerd raken. Zij kennen hier nog niemand, en hun familie zit in het buitenland.’

‘Ik woon hier in mijn eentje en heb kerst en mijn verjaardag hier in Nederland gevierd, en pasen ook’

Janssens en Elske Gerritsen, hoofd Research Support Office van het Amsterdam Institute for Humanities Research (AIHR), merken inderdaad dat vooral buitenlandse promovendi moeite hebben. Gerritsen: ‘Zij hebben vaak een minder groot vangnet in Nederland en zijn soms bezorgd over familie in het thuisland.’

 

Ver van familie
Beretta is Italiaans en maakt zich veel zorgen over haar ouders, die ze nu weinig ziet. ‘Als ik echt wil, kan ik wel naar huis. Maar mijn ouders zijn niet zo jong meer, dus ik probeer dat niet snel te doen. Ik ben bang dat er straks iets met hen gebeurt. Daarom heb ik kerst en mijn verjaardag hier in Nederland gevierd, en pasen ook. Ik woon hier in mijn eentje. Het is een eng idee dat als ik straks ziek word, mezelf moet redden zonder mijn familie. Ik heb hier wel vrienden en een vriendje, maar dat is toch niet hetzelfde.’

Ben Meylahn met zijn hond

Ben Meylahn is sinds kort promovendus bij het Korteweg-de Vries Instituut voor Wiskunde. Hij komt uit Zuid-Afrika en kon via een omweg toch naar Nederland reizen. Hij maakt zich ook wel zorgen over eenzaamheid maar is nu vooral nog enthousiast. ‘Hoewel alles in Amsterdam gesloten is, voelt het best spannend aan om hier te zijn. Alles is nieuw.’

 

Het lijkt hem wel lastig om alleen maar thuis te werken. ‘Ik hou ervan om een aparte werkplek te hebben. Gelukkig mag ik drie dagen per week op de faculteit werken. Dan kan ik even mijn huis verlaten. En ik ben erg blij dat ik een huisgenoot heb die ook promovendus is. Dan zie ik tenminste nog een persoon per dag. Mijn hond die nog in Zuid-Afrika is, mis ik wel erg.’