Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Stijn Nieuwendijk (cc, via Flickr)
actueel

Wanneer wordt samenwerken met een bedrijf ethisch onverantwoord?

Dirk Wolthekker,
2 december 2020 - 15:12

Wat zijn de ethische overwegingen en spelregels die de UvA in acht wil of moet nemen bij het aangaan van strategische samenwerkingen met bedrijven en organisaties? Over dat thema sprak het online Universiteitsforum gisteren. De controversiële samenwerking van de UvA met het Chinese hightechconcern Huawei bleef angstvallig achterwege.

Behouden wetenschappers en de universiteit een verantwoordelijkheid over de kennis die zij genereren, ook na verloop van tijd? Hebben ze dus ook de verantwoordelijkheid om te voorkomen dat hun resultaten door derden onethisch worden gebruikt? Moet de universiteit naast wettelijke eisen ook morele eisen stellen aan het ontwikkelen en gebruiken van kennis? Bij wie ligt de verantwoordelijkheid om te bepalen of ethische bezwaren van samenwerking met derden wel of niet te groot zijn? En moet wetenschap gericht zijn op het verbeteren van de wereld?

Het UvA-bestuur werkt aan ‘een werkwijze voor het aangaan en goedkeuren van dergelijke samenwerkingen’

Het waren best ingewikkelde vragen die aan de orde kwamen tijdens de tweede online sessie in coronatijd van het Universiteitsforum. Het thema rond wetenschappelijke ethiek en integriteit was niet helemaal toevallig gekozen: onlangs werd bekend dat de Algemene Instellingsgebonden Ethische Commissie van de UvA al bijna twee jaar op haar gat ligt en dat de strategische samenwerking met het Chinese bedrijf Huawei door velen binnen de UvA als uiterst onwenselijk wordt gezien omdat het bedrijf zou meewerken aan schending van de mensenrechten. Beide kwesties kwamen echter niet expliciet aan de orde.

 

Goedkeuring voor samenwerkingen met bedrijfsleven

Uit notulen van de vergaderingen van het UvA-bestuur is inmiddels wel gebleken dat beide kwesties de aandacht hebben. Zo bleek eind oktober dat er ten aanzien van de Huawei-kwestie ‘een traject wordt ingericht om te komen tot een werkwijze voor het aangaan en goedkeuren van dergelijke samenwerkingen met het bedrijfsleven’.

De UvA kan wellicht leren van Leuven, waar partners worden gescreend op schendingen van de mensenrechten

Begin november stond ethisch handelen ook op de bestuurs-agenda. Toen bleek dat er ‘een eerste voorstel’ in de maak is over dual-use van onderzoeksgegevens. Dual-use gegevens zijn gegevens die zowel goedaardig als kwaadaardig ingezet kunnen worden.

 

Contactpunt Dual Use

Welk traject precies wordt ingericht voor het aangaan van samenwerkingen met bedrijfsleven is nog niet exact bekend, maar de eerste contouren zijn zichtbaar, zo bleek tijdens de bijeenkomst van het forum. Aangeschoven was ook Inge Lerouge, hoofd wetenschappelijke integriteit en ethiek van de Katholieke Universiteit Leuven. Zij hield een inleiding over de zogenoemde ‘DMM’-aspecten van universitair ethisch beleid. Daarbij gaat het om Dual use, Military use en Misuse van onderzoek: gezamenlijk gebruik, militair gebruik en misbruik van onderzoeksresultaten en hoe daar mee om te gaan.

 

Zo raadt de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) Vlaamse universiteiten aan ‘Contactpunt Dual Use’ in te stellen. Dat zou dan bijvoorbeeld een ethische commissie kunnen zijn. Bij defensie-gerelateerd onderzoek houdt men in Leuven het idee aan dat de academische vrijheid ‘niet onbegrensd’ is. ‘Bijvoorbeeld geen onderzoek naar offensieve wapensystemen.’

 

Zware of systematische schendingen

Ten aanzien van mensenrechten geldt in Leuven het beleid dat potentiële onderzoekpartners en daarmee samenhangende activiteiten worden gescreend op schendingen van de mensenrechten. Volgens de Leuvense regeling moet het dan gaan om ‘zware of systematische schendingen’. Het is onduidelijk of een onderzoekspartner als Huawei zich daaraan schuldig maakt. In Leuven heeft men bovendien een ‘laagdrempelig’ contactpunt mensenrechten.

 

Het zijn allemaal opvattingen waar het UvA-bestuur wellicht haar voordeel mee kan doen nu er nieuw ethisch beleid wordt opgetuigd. Uitgangspunt daarbij blijft volgens UvA beleidsmedewerker Academische Zaken Niek Brunsveld dat dat de UvA ‘onethisch gebruik van UvA-onderzoek door derden wil voorkomen en daarbij bovendien de academische vrijheid niet in het geding wil brengen’.

Moeten wetenschappers allemaal wereldverbeteraars zijn bijvoorbeeld? Niet direct

Wereldverbeteraars

Zoals gebruikelijk bij sessies van het Universiteitsforum gingen de leden in break-out rooms aan de slag met de verschillende vragen die aan het begin van de bijeenkomst waren voorgelegd. Moeten wetenschappers allemaal wereldverbeteraars zijn bijvoorbeeld? Niet direct, maar het komt er indirect vaak wel op neer. Consensus bleek eigenlijk te bestaan over het antwoord. ‘Wetenschap gaat in eerste aanleg om het vergaren van kennis,’ zei een van de deelnemers. Dat de wereld daar dan ook beter van wordt, is niet altijd, maar wel vaak het geval, meenden ze.

 

Ook transparantie en het delen van onderzoekdata en -resultaten wordt veelal gezien als noodzakelijke ethisch handelen, maar daar zitten allerlei haken en ogen aan, zo bleek in een van de sessies. Zo kan al te openbaar onderzoek naar bijvoorbeeld vluchtelingenstromen leiden tot grote risico’s voor de vluchtelingen zelf en dat is dan weer onethisch. Problemen kunnen ook ontstaan als een wetenschapper onderzoek doet in een land dat opeens in oorlog raakt. ‘Dan moet je dus heel snel zorgen dat onderzoekdata niet in handen vallen van de verkeerde partij en die data zo snel mogelijk veilig stellen,’ zei een van de deelnemers.

 

De helft

Het waren best ingewikkelde vragen waarover het forum sprak. Evenals bij de vorige sessie op 28 oktober – de eerste online bijeenkomst – waren er aanzienlijk meer deelnemers dan tijdens de fysieke bijeenkomsten: 34, ongeveer de helft van het totaal aantal leden. Wellicht geeft de online variant een boost aan het aantal deelnemers, want gemakkelijk is het wel: inloggen op Zoom (al dan niet met camera), twintig minuten luisteren naar de inleiders, drie kwartier praten, tien minuten conclusie en afzwaaien. ‘Tot de volgende keer.’

 

Die volgende keer is 18 januari. Dan zal overigens niet alleen een inhoudelijke sessie plaatsvinden over een nog te bepalen thema. Ook zal dan de procedure worden bepaald op basis waarvan de leden een voorzitter uit hun midden willen kiezen. Postdoc Eva Reijman is momenteel tijdelijk benoemd voorzitter en zal in februari worden afgelost.