‘UvA-bestuur moet schending mensenrechten door Huawei erkennen en veroordelen’
De centrale studentenraad en centrale ondernemingsraad van de UvA zijn kritisch over de samenwerking die de kunstmatige intelligentie-afdelingen van UvA en VU gaan opzetten met het Chinese telecombedrijf Huawei. Ze willen dat een procedure over zo’n gevoelige samenwerking in de toekomst anders gaat.
De studenten en medewerkers vragen niet om het stopzetten van de samenwerking tussen Huawei en de wetenschappers van UvA en VU. ‘De studentenraad wil wel dat het bestuur van de UvA de mensenrechtenschendingen die Huawei direct of indirect begaat openlijk erkent en veroordeelt,’ zegt Nina Hol, de rechtenstudent die voorzitter is van de Centrale Studentenraad.
‘Het is bovendien raar dat niemand iets te zeggen heeft over dit soort contracten,’ zegt Hol, ‘te meer omdat in het verleden is gebleken dat Huawei kunstmatige intelligentie gebruikt om bevolkingsgroepen te onderdrukken.’ Daarom stelt, ze in navolging van de Centrale Ondernemingsraad, dat er in de toekomst een commissie moet komen die dit soort contracten toetst.
Ethische commissie
De Centrale Ondernemingsraad (COR), die de medewerkers van de UvA vertegenwoordigt, schreef vorige week al een kritisch statement over de samenwerking tussen de UvA, de VU en Huawei. De raad betitelt de samenwerking als ‘ethisch discutabel’. Hij pleit er eveneens voor dat ‘een universiteitbrede ethische commissie zich vooraf publiekelijk moet uitspreken over samenwerking’. Daarna zouden het bestuur de ondernemingsraad en de studentenraad erover moeten discussiëren, vindt de COR.
Bovendien stelt de COR dat hij niet zeker is over of er genoeg waarborgen zijn tegen het malicieus gebruik van de resultaten. ‘De resultaten uit het onderzoek worden open gedeeld, zodat verzekerd wordt dat niet alleen de Chinese overheid met de resulterende technologie zal werken,’ staat in het statement. ‘Is dat genoeg om de kwalijke rol van de sponsor elders te compenseren?’
