In sportcentrum Universum op Science Park slapen al de hele week honderden eerstejaars in de grote sportzalen. Hoe gaat het met hen? En hebben ze nog een beetje energie voor het eindfeest? We namen een kijkje. ‘O, laat dat plasje daar alsjeblieft geen kots zijn!’
Twee leden van commissie Intree staan buiten bij het USC. Ze zijn aan het wachten totdat ze de eerstejaars in de sporthallen wakker mogen maken. Dat doen ze deze hele week precies om negen uur. Zelf sliepen ze afgelopen dagen ook in het sportcentrum. ‘Vannacht hebben we echt een goede nacht gemaakt,’ vertelt Vera. ‘We hebben wel zeven uur geslapen. Dat is toch heel wat meer dan het kwartier slaap van de nacht daarvoor.’ Laura: ‘Ja, je moet als commissielid tot laat afbouwen en weer vroeg beginnen. Maar vanavond op het eindfeest mogen wij ook los, want dan zijn we geen commissie meer.’
Hallo wereld
Vera en Laura lopen naar binnen, naar het omroepsysteem van het sportcentrum. Niet veel later schalt ‘Hallo wereld’ van Kinderen voor Kinderen door de luidsprekers van de sporthallen. Ondertussen lopen al wat eerstejaars met grote tassen en koffers naar buiten, op weg naar huis. Voor hen is het mooi geweest. Een aantal andere studenten komt in pyjama de trappen af, met een handdoek in de hand. Zij gaan voor de drukte douchen. Maar de meesten eerstejaars liggen nog lekker in hun slaapzak in de sporthallen waar het nog donker is. Het is er verder stil, en het stinkt.
Plasje kots
‘O, laat dat plasje daar alsjeblieft geen kots zijn!,’ zegt Vera. Ze gaat erheen met de zaklamp van haar mobiel. ‘Gelukkig, het is gewoon water.’ Daarna loopt ze samen met Laura naar het ontbijt in de Oerknal. Daar zitten nog maar tien studenten, waaronder Liselotte (18, universitaire pabo). ‘Ik ben echt heel moe en ik heb dikke ogen. Vanavond ga ik ook niet meer naar het eindfeest, want ik heb morgenvroeg een voetbalwedstrijd. Ik ga wel zo naar Artis, lekker aapjes kijken.’
Koud en lawaaiig
Stella (19, Engelse taal & cultuur) en Emil (19, PPLE) hebben ook niet lekker geslapen. ‘Het was zo koud vannacht,’ zegt Stella. ‘Eigenlijk was het elke nacht koud. Maar ik ga zo lekker naar mijn nieuwe kamer. Ik kan daar vandaag intrekken.’ Emil: ‘Als je vroeg in de sporthal ligt, word je de hele tijd wakker gemaakt door mensen die later binnenkomen. Er is veel lawaai. Ik ga ook niet naar het eindfeest, maar terug naar Duitsland, want ik kan pas zondag mijn appartement in.’
Geen stem
Lynnia uit Zweden (19, European Studies) heeft bijna geen stem meer door al het feesten. ‘Ik heb echt een goede nacht gehad. De eerste nacht hier slapen dacht ik wel: OMG, maar nu ben ik eraan gewend. Het is hartstikke leuk! Vanavond slaap ik bij een vriend, maar ik weet nog niet zo goed hoe ik mijn grote tas op de fiets ga meenemen. Anders neem ik wel een tram of zo.’
Iedereen moe
James (18, PPLE), Stéphanie (19, theaterwetenschappen) en Delaja (19, theaterwetenschappen) zeggen alle drie tegelijkertijd dat ze heel moe zijn. ‘Maar Delaja en ik gingen vannacht ook pas om vier uur naar het sportcentrum,’ vertelt Stéphanie. Delaja: ‘We gaan lekker naar huis vandaag.’ James: ‘Ik moet hier vanavond wel weer slapen, want anders moet ik na het eindfeest wachten op de trein naar Heerlen die pas om zes uur ’s ochtends gaat.’
Het is inmiddels half tien en de lichten in de sporthallen gaan aan. Er komt wat meer beweging en dat moet ook wel. Om half elf moeten de studenten al hun spullen opgeruimd hebben, zodat er weer gesport kan worden. Bovendien wacht de laatste Intreeweek-dag.