Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
wetenschap

Marjolijn Februari: 'Ik weet niets van homo's – of van seks'

Bob van Toor,
22 september 2011 - 17:07

‘De discussie over homoseksualiteit, zeker in Nederland, is vooral een sociologisch verschijnsel. Wij gaan, is mijn stellige overtuiging, aan sociologie ten onder.’ Dat zei publicist en jurist Marjolijn Februari gisteren tijdens de tiende Mosse-lezing, die jaarlijks georganiseerd wordt door het Mosse Fonds ter bevordering van homo en lesbische studies aan de UvA. Dit jaar hield Marjolijn Februari de lezing in de OBA onder de titel ‘Wat is seks eigenlijk?’

Tegenover de ‘onzin van de sociologie’ plaatste Februari de zin van het recht. ‘Je hoeft binnen het recht niet elk gedrag te bespreken, alleen dat gedrag dat problemen oplevert. Het recht beschrijft dat gedrag en maakt taalcategorieën, bijvoorbeeld een beschrijving van een relatie en een categorie “huwelijk”. We hebben nu de beschrijving van een relatie aangepast, waardoor ook een relatie tussen twee personen van hetzelfde geslacht in de categorie “huwelijk” past. Die taalcategorieën zijn bruikbaar.’

Lesbische seks is geen seks
Na de aankondiging door Gert Hekma, docent homo- en lesbische studies aan de UvA, liet Februari meteen weten dat ze er zelf nooit op zou zijn gekomen een lezing te geven over seks, tot ze het verzoek daartoe kreeg van de UvA ‘die op het idee was gekomen om mij, als prominente lesbienne, te vragen wat je nou rechtsfilosofisch eigenlijk met seks aan moet’. Op Hekma’s voorzetje dat het voor mannen toch interessant zou kunnen zijn te weten hoe het nu zit met de ‘seksuele wereld van de lesbiennes’, zei ze : ‘Lesbische seks, en dat weet u zelf het beste, is eigenlijk geen seks.’ Februari beschouwde zichzelf daarbij niet als een expert. ‘Ik weet in theorie niets van homo’s, of van seks.’

Na de voorgaande Mosse-lezingen moest ze tot de conclusie komen dat mannelijke homoseksuelen en lesbiennes volstrekt niet hetzelfde over seks en sekse denken. ‘Voor mannen is het probleem altijd het onderscheid “wel of geen homo”. Voor vrouwen is het onderscheid “mannelijkheid” en “vrouwelijkheid”. Alle vrouwen verhouden zich tot de mannelijkheid, mannen hebben dat andersom totaal niet. Er is niet één man die in deze lezingenreeks heeft gesproken over vrouwelijkheid.’ Dit leidde tot enig protest van mannelijke vragenstellers uit het publiek, maar Februari bleef bij haar standpunten, zowel wat betreft de bruikbaarheid van het recht als mannelijkheid en vrouwelijkheid.

Genoeg materiaal om op voort te borduren voor de spreker van volgend jaar: schrijver-tekenaar Ted van Lieshout.