Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Dirk Gillissen (UvA)
wetenschap

Hoogleraar Nederlandse geschiedenis: ‘Racisme werd in 19e eeuw wetenschappelijk gefundeerd’

Sija van den Beukel,
28 juni 2023 - 16:24

De gretigheid van de westerse wetenschap in de negentiende eeuw om de hele wereld in kaart te brengen legde het fundament voor de westerse overheersing. Dat verhaal is terug te brengen tot één moment in de geschiedenis, stelt hoogleraar Nederlandse geschiedenis Remieg Aerts in zijn afscheidscollege Lalla Rookh, of de waan van de wetenschap.

Remieg Aerts, een geboren en getogen Amsterdammer, werd pas richting het eind van zijn carrière hoogleraar aan de UvA. Als geschiedkundige werd Aerts gevormd in de jaren tachtig, waar het deconstrueren van verhalen en het maken van kritische analyses hoogtij vierden.

 

Toch wist hij woensdagmiddag de spanning van zijn afscheidscollege juist op te bouwen door het te vertellen aan de hand van een verhaal: dat van Lalla Rookh, die in 1876 overleed in de Tasmaanse hoofdstad Hobart. ‘Bezoekers van het afscheidscollege speculeerden al op voorhand wie zij zou kunnen zijn.’

 

Wie was Lalla Rookh?

‘Die naam werd door de Britse kolonisator gegeven aan de laatste vrouw van de inheemse bevolking van Tasmanië. Lalla Rookh betekent “tulpenwangetje” en is de naam van een Indiaas-Perzische prinses uit een romantisch gedicht van de Ier George Moore uit 1817. Toen Lalla Rookh – niet haar echte naam – in 1876 overleed, organiseerde de Britse kolonisator een soort staatsbegrafenis met de bedoeling de “schone lei” te markeren: Tasmanië was leeg en de Engelse beschaving kon beginnen. Lalla Rookh had nadrukkelijk laten vastleggen dat ze na haar dood gecremeerd wilde worden, maar desondanks werd haar skelet tot na de Tweede Wereldoorlog tentoongesteld in een museum in Hobart.’

CV Remieg Aerts

2022 boek Denkend aan Nederland. Over geschiedenis, nationaliteit en politiek

2018 boek Thorbecke wil het. Biografie van een staatsman

2017 hoogleraar Nederlandse geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam

2013 boek Land van kleine gebaren

2011 lid van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW)

2003 hoogleraar politieke geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen

1997 promotie aan de Rijksuniversiteit Groningen op de 150-jarige geschiedenis van het literaire tijdschrift De Gids

1957 geboren te Amsterdam

Wat wilt u met dat verhaal vertellen?

‘Het persoonlijke verhaal van Lalla Rookh is een momentopname van allerlei gebeurtenissen. Aan de ene kant het kolonisatieproces dat op Tasmanië plaatsvond en vanaf 1804 binnen enkele decennia de hele inheemse Tasmaanse bevolking uitroeide. Aan de andere kant de gretigheid van de wetenschap om alles in kaart te brengen. Waar kwam die enorme interesse in de zogenaamd “laatste Tasmaanse bewoner” vandaan?’

 

‘Als je die vraag stelt ontvouwt zich een wonderlijk verhaal over een wereldwijde schedel- en skelettenroof, wat ook Lalla Rookh gebeurde. In de 19de eeuw dachten wetenschappers de intelligentie en ontwikkeling van mensen af te kunnen lezen aan hun schedels. Deze wetenschap van de schedelmeting zou bovendien ook inzicht kunnen bieden in de hiërarchie van volken en rassen ten opzichte van elkaar. Zo ontstond er een wedloop om menselijke schedels en skeletten van over de hele wereld te verzamelen. Duizenden, zo niet tienduizenden schedels en skeletten worden op de meest absurde manier ontvreemd om de collecties van natuurhistorische musea compleet te maken.’

 

‘Het natuurwetenschappelijke onderzoek naar volken en rassen ging zich vermengen met het historisch en etnologisch onderzoek. Dat leverde destijds twee verhalen op. Een over hoe de mens zich verhoudt tot uitgestorven soorten zoals de Neanderthalers en de Javamens. En een over de ontwikkeling van de geschiedenis: welke volken staan aan de basis van de geschiedenis en welke volken zijn bestemd om te verdwijnen? Als je kunt bewijzen welke volken tot oudere tijden behoren en geen bestaansrecht meer hebben, is dat een legitimatie om ze te doen verdwijnen. Dat gold ook voor de inheemse bevolking van Tasmanië.’

 

Er was toch al veel eerder dan 1876 sprake van westerse overheersing?

‘Niet op zo’n systematische manier. Eerder was er al sprake van kolonisatie, moordpartijen en ingebouwd racisme. Maar pas in de achttiende en negentiende eeuw werd racisme systematisch en wetenschappelijk gefundeerd. Het begrip “ras” betekent tot de achtiende eeuw niet veel meer dan “soort”. Pas in de negentiende eeuw wordt ras biomedisch gedefinieerd en gaat ook racistische theorie een rol spelen. De verwetenschappelijking van ras is een negentiende-eeuwse uitvinding, vaak met de beste bedoelingen.’

‘Wat we vanuit het Westen zijn gaan doen is het kennissysteem van de wereld bepalen met technologie’

Is de wetenschap sindsdien veranderd?

‘Deels, de wetenschap heeft veel negentiende-eeuwse praktijken achter zich gelaten. Maar het westerse model van ordenen en systematiseren is wereldwijd nog steeds de norm. Er zijn geen wezenlijk alternatieve modellen voor de exacte wetenschappen die zo ijverig bezig zijn met verzamelen, wegen, beschrijven, tellen, meten en catalogiseren, zoals het ook in de negentiende eeuw gebeurde.’

 

‘Waar ik op wil wijzen is dat diezelfde wetenschap nog steeds notoir slecht is in het nadenken over de eigen aannames en ingebouwde vooroordelen. Die gevaren zie je bijvoorbeeld in de manier waarop we nu kunstmatige intelligentie trainen. Je kunt wel een heel tekstcorpus aan AI voeden, maar dan train je het algoritme juist met de vooroordelen die in de teksten zitten. Dat zie je ook aan de toeslagenaffaire waar algoritmen discriminerend werkten. Of aan sociale media waar een algoritme bepaalt wat we wel en niet zien. Daar wil ik in mijn afscheidscollege voor waarschuwen.’

 

Zouden we over tweehonderd jaar op deze periode terugkijken en concluderen dat de westerse wetenschap dezelfde fouten maakt met AI als in de negentiende eeuw

‘Ik ben bang van wel ja. Er zit zoveel belang achter technologie: financieel, organisatorisch, macht… De behoefte om daar onder de motorkap te laten kijken is nooit zo heel erg groot. Maar technologie is geen glanzende weg naar de toekomst. Het is onderdeel van machtposities en belangen waar je heel goed over moet nadenken. Kennis is macht en wie het kennissysteem beheerst heeft de macht.’

 

‘Wat we vanuit het Westen zijn gaan doen is het kennissysteem van de wereld bepalen met technologie. Daarom heeft de westerse wetenschap en technologie meer macht dan alle anderen landen, omdat technologie erin geslaagd is het enige “ware” kennissysteem te worden. Als historicus schat ik in dat we ons wel vaker verbijsterd af zullen vragen hoe de wetenschap dit heeft kunnen toelaten.’

‘Om in het kader van sociale veiligheid je omgeving te steriliseren, lijkt me in geen enkel opzicht verstandig’
Podcast Historici.nl

Remieg Aerts is ook te horen in een onlangs verschenen podcast van Historici.nl, het open platform van het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap en het Huygensinstituut. Daar gaat hij in gesprek met UvA’er Hanco Jürgens van het Duitsland Instituut Amsterdam over zijn drijfveren als historicus, over zijn werk en over de vraag: hoe schrijf ik een goed boek? De aflevering is hier te beluisteren.

In het Bushuis herinnert veel aan het koloniale verleden van Nederland. Sommige studenten vragen om een reconstructie van het gebouw. Hoe moeten we met dit soort kwesties omgaan?

‘Kritische reflectie op het verleden, met name het koloniale verleden, is zeer verstandig. Het is goed dat we daar nu al die aandacht voor hebben. Dat betekent niet dat het altijd bij voorbaat in veroordelende zin moet gebeuren of dat de universiteit een plaats zou moeten worden waar geen enkele vorm van controverse of kwetsende of nare gevoelens meer moet kunnen voorkomen. Wanneer je de universiteit tot een totaal veilige plaats gaat maken dan is het geen universiteit meer, want dan vindt er geen spanning, wisseling van standpunten, kritiek, discussie of debat meer plaats. Om in het kader van sociale veiligheid je omgeving te steriliseren, lijkt me in geen enkel opzicht verstandig.’

 

Hoe kijkt u naar de enorme aandacht voor de geschiedenis van de koloniale tijd aan de UvA?

‘Het is een inhaalslag denk ik, hè. Op een gegeven moment is er een nieuwe agenda - mede bepaald door maatschappelijke vragen – die een aantal jaren de thema’s van onderzoek en onderwijs bepaalt. Niet volledig, er gebeurt nog veel meer onderzoek dat niets met de koloniale geschiedenis te maken heeft. Maar thema’s als sociale veiligheid en woke hebben nu relatief veel nadruk, ook aan de Universiteit van Amsterdam.’

 

Wat is voor u de belangrijkste les uit de geschiedenis?

‘Wat ik altijd heb proberen over te dragen op studenten is dat geschiedenis een ironisch proces is waarin alles altijd anders uitpakt. Lalla Rookh heeft nu een standbeeld in Tasmanië en is een belangrijke Australische persoonlijkheid geworden. De geschiedenis maakt groot wie klein was en klein wie groot was. In die ironische uitleg van de geschiedenis is ook ruimte voor mededogen met het menselijke falen. Het is allemaal maar een hoop gepruts, gezoek en gedoe waarmee we het maar moeten rooien. Zo zit de geschiedenis in elkaar, die is niet overzichtelijker dan onze huidige maatschappij.’