Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: © BioNTech SE 2021
wetenschap

Eredoctoraat voor ontwikkelaars coronavaccin: ‘Kanker is veel complexer’

Sija van den Beukel,
13 januari 2022 - 11:19

Op de diesviering van afgelopen maandag reikte de UvA twee eredoctoraten uit aan vaccinontwikkelaars en echtgenoten Uğur Şahin en Özlem Türeci voor ‘hun cruciale rol in het onderzoek naar de ontwikkeling van mRNA-vaccins’. Folia sprak hen over het succes van hun bedrijf BioNTech, een eerlijke verdeling van vaccins en over omikron. 

De Turks-Duitse immunologen wisten voor corona nog weinig van virussen. Wel waren ze expert op het gebied van het messenger-RNA (mRNA), de instabiele boodschapper die codes van DNA kan omzetten in eiwitten. Deze techniek gebruikten Şahin en Türeci bij hun onderzoek naar een vaccin tegen kanker: mRNA-vaccins hebben namelijk als voordeel dat ze binnen de kortst mogelijke tijd ontwikkeld kunnen worden en een sterke immuunrespons opwekken.  

 

Toen de eerste papers over Wuhan verschenen, in januari 2020, doken Şahin en Türeci in de literatuur. ‘We zijn geen virologen. We lazen in één weekend bijna honderd papers om het virus te begrijpen’, vertelt Türeci in een eerder interview met EW. Toen de genetische code van Sars-CoV-2 bekend werd, kon project ‘lightspeed’ van start: een 24/7-programma om een mRNA-vaccin tegen Covid-19 te maken. Farmaceut Pfizer werd partner om te helpen bij het uitvoeren van de laatste klinische studie, en ondersteunde bij productie en regelgeving op wereldwijde schaal. In september 2020 bouwde Şahins bedrijf BioNTech een eigen fabriek voor de productie van het Covid-19 vaccin. In november 2020 werd het eerste Pfizer-BioNTech coronavaccin goedgekeurd voor gebruik.

‘De opbrengsten van het Covid-19-vaccin kunnen we nu investeren om de samenleving een dienst te bewijzen’

U hebt bewezen dat mRNA-technologie werkt en de technologie is wereldwijd bekend geworden. Wat betekent dit voor BioNTech?

Türeci: ‘Sinds de oprichting van ons bedrijf is het onze visie om te voorzien in hoge medische behoeften. Wij zijn artsen in de oncologie: een van de gebieden met de hoogste medische behoefte. De opbrengsten van het Covid-19-vaccin kunnen we nu investeren om de samenleving een dienst te bewijzen door verder onderzoek. Onze plicht is breder en globaler geworden: we werken niet alleen aan kankertherapieën maar ook op andere therapeutische vlakken. We werken ook aan een vaccin tegen een pandemie, dus dat gaat over preventie in plaats van over behandeling.’

 

Het hoofddoel van BioNTech is het ontwikkelen van immunotherapieën tegen kanker. Wat maakt het ontwikkelen van kankermedicijnen met mRNA-technologie zo ingewikkeld in vergelijking met vaccins?

Türeci: ‘Kanker is veel complexer. Ten eerste gaat het om behandeling, de kanker is al aanwezig wanneer je een vaccin toedient. Er is al een leger van miljarden cellen die je moet bestrijden. Je begint vanuit een heel andere situatie. Bovendien is kanker individueel, elke patiënt heeft een andere mix van cellen en elke cel kan aan de behandeling ontsnappen. Als het gaat om eenvoudige operationele aspecten, duren klinische testen met kanker veel langer. Daarom kunnen virusvaccins in lightspeed worden geproduceerd en kankertherapieën niet.’

‘Het eredoctoraat van de UvA is speciaal omdat we in ons hart nog steeds academici zijn’

Vorig jaar, in 2021, heeft u veel prijzen ontvangen, ook het eredoctoraat van de Universiteit van Keulen. Wat betekent het eredoctoraat van de Universiteit van Amsterdam voor u?

Türeci: ‘Het is voor ons een grote eer en genoegen. Elke prijs en onderscheiding is speciaal, maar deze is speciaal omdat we in ons hart nog steeds academici zijn. We zijn opgegroeid in de academische wereld en de Universiteit van Amsterdam heeft een lange traditie als academische instelling. De opzet van onderzoek en klinieken weerspiegelt veel van de aspecten van onze universiteit, onze alma mater hier in Mainz. We weten hoe uitdagend het is om een infrastructuur op te zetten, instituten, crossfunctionele en crossdisciplinaire eenheden, om ervoor te zorgen dat aan de hoogste academische en klinische praktijkstandaarden wordt voldaan. Dit is wat we zo leuk vinden aan de Universiteit van Amsterdam en daarom is dit eredoctoraat speciaal.’

In een eerder interview zei u (Ugur Sahin) dat ‘internationale samenwerking en gelijke verdeling’ de sleutel is om uit de pandemie te komen. Die gelijke verdeling is nog niet gerealiseerd. Hoe zorgen we ervoor dat de hele wereld – inclusief Afrika – tegelijkertijd wordt gevaccineerd?

Şahin: ‘We doen op dit moment drie dingen – dat zeg ik echt uit het diepst van ons hart – om te zorgen voor gelijke verdeling. Het eerste onderdeel is het vergroten van het wereldwijde aanbod van mRNA-vaccins. Samen met dertig partners hebben we in 2021 meer dan 1,1 miljard doses verscheept naar lage- en middeninkomenslanden en eind 2022 zal dat aantal 2 miljard zijn. De tweede aanpak is de ontwikkeling van geneesmiddelen die relevant zijn voor deze landen. We werken hard aan malariavaccins, tuberculosevaccins en we hebben een hiv-programma dat heel belangrijk is voor Afrika, India en andere regio’s waar mensen een grote behoefte aan geneesmiddelen hebben. De derde benadering is de toegang tot innovatie. Wij geloven dat het belangrijk is om mensen te leren hoe zij hun eigen mRNA-vaccins kunnen maken. We zijn in Afrika samenwerkingen begonnen met Senegal en Rwanda om vanaf dit jaar fabrieken te bouwen in Afrika. We willen de technologie overdragen, zodat deze regio echt onafhankelijk kan worden op een gekwalificeerde manier, zodat we dezelfde kwaliteit van vaccins hebben als in Duitsland en in de rest van Europa.’

 

De donderdag voor de diesviering is een open brief gepubliceerd door Artsen zonder Grenzen waarin staat dat BioNTech een gelijke verdeling van vaccinaties in de weg staat. Wat is uw reactie op deze brief?

Şahin: ‘We zijn op de hoogte van open brieven van meerdere organisaties en we begrijpen hun standpunt. We geven geen commentaar op elk van die brieven omdat we van mening zijn dat het veel belangrijker is om te handelen en resultaten te laten zien. Daadkracht is de beste manier om te bewijzen dat we menen wat we zeggen. En dat is wat we van plan zijn te doen met onze samenwerking met onze Afrikaanse partners.’

‘Een patent voor een mRNA-vaccin is niet alleen een protocol dat je overdraagt, het zijn veertigduizend stappen, honderden analyses’

Wat is de reden voor het niet-vrijgeven van de patentrechten van de Covid-19-vaccins?

Şahin: ‘Het vrijgeven van patentrechten alleen zal niet helpen, het zal niet voldoende zijn. Patenten zijn niet de beperkende factor om meer doses te produceren. Mensen willen hetzelfde, maar de moeilijkheid is vaak een gebrek aan organisatie. Het echte probleem is niet de intentie, maar de uitvoering. De uitvoering is zo complex, als je een mRNA-vaccin hebt, is het niet alleen een protocol of een recept dat je overdraagt. Het zijn veertigduizend stappen, het zijn honderden analyses, het gaat om onderwijs, kennisoverdracht... We zullen dat doen, maar het kost tijd, en het zal niet van vandaag op morgen gebeuren. Maar in de komende twee jaar staat er in Afrika in ieder geval een fabriek en zijn de eerste doses geproduceerd. En de mensen zullen trots zijn omdat het hun eigen vaccin is van hun eigen fabriek.’
Türeci: ‘Als mensen honger hebben, helpt het ze niet dat je ze een tekening van een vis geeft. Je moet ze leren hoe ze vis moeten vangen en ze het materiaal geven om het te doen, zelfs de meest basale apparatuur is buiten de Verenigde Staten en Europa nog niet aanwezig. Dit is waar het hier om gaat, waarom we het doen zoals we het doen.’

‘Als mensen honger hebben, help je ze niet door ze een tekening van een vis te geven’

U werkt aan een nieuw vaccin tegen de omikronvariant. Hoe ver is de ontwikkeling en wanneer is dit vaccin klaar?

Şahin: ‘We hebben het vaccin al geproduceerd voor klinische testen en beginnen daarmee eind deze maand. We moeten kijken of het aangepaste vaccin beter werkt dan het bestaande vaccin. De bestaande vaccins zijn op dit moment goed in staat om ernstige ziekte te voorkomen. De vraag is of we het beter kunnen doen, door een vaccin te ontwikkelen dat ziekte of infectie voorkomt. Tegelijkertijd moeten we ons ervan bewust zijn dat omikron niet de laatste variant is. We mikken op maart voor de commerciële productie, dat lukt uiteraard alleen als we de goedkeuring krijgen van de regelgevende instanties.’