Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Liesbeth Smits
wetenschap

UvA-archeoloog vindt massagraf van opvarenden Batavia

Dirk Wolthekker,
7 december 2017 - 17:06

Op het Australische eiland Beacon Island, voor de kust van West-Australië, is een massagraf gevonden van opvarenden van het VOC-schip Batavia. Het gaat om de lichamelijke resten van minimaal vijf personen. Ook zijn verschillende objecten opgegraven. UvA-archeoloog Liesbeth Smits was ter plekke om mee te graven.

Het vergaan van het Nederlandse VOC-schip Batavia op 4 juni in 1629 op het Morning Reef, vlak voor de kust van West-Australië, werd gevolgd door een  gruwelijk drama op het eilandje Beacon Island. Het schip was op weg van Nederland naar Batavia, het tegenwoordige Jakarta. Het zeilde om Kaap de Goede Hoop heen, over de Indische Oceaan richting het tegenwoordige Indonesië. Westenwinden maakten dat het schip uit koers raakte en schipbreuk leed voor de kust van West-Australië, in de buurt van Beacon Island. Dat is een eilandje dat behoort tot de Houtman Abrolhos-archipel, een eilandengroep bestaande uit 120 mini-eilandjes.

 

(Tekst loopt door onder de kaart)

‘De overlevenden wisten Beacon Island te bereiken en vatten het plan op om zich ter plekke te vestigen, schepen te enteren en hun leven voort te zetten als piraten,’ zegt archeoloog Liesbeth Smits, net terug uit Australië. ‘Dat was echter maar mogelijk voor hooguit veertig mensen. Rond de honderdtwintig mensen moest men kwijt zien te raken. Een deel van hen, stierf al snel uit zichzelf, want er was nauwelijks eten en alleen zout zeewater. Een ander deel moest worden vermoord. Dat gebeurde vaak ‘s nachts en stiekem volgens eigenaardige criteria, zo blijkt uit de scheepsjournalen die zijn overgebleven. Huilende kinderen werden vermoord, vrouwen ook, al bleven sommige in leven als seksslavin. In het project wat we hier uitvoeren proberen we die mensen terug te vinden. Eerder hebben we al eens mensen teruggevonden die overduidelijk vermoord waren, want ze waren gewoon in een graf gedumpt. De vijf mannen die we nu hebben gevonden lagen keurig naast elkaar, dus zijn waarschijnlijk een natuurlijke dood gestorven.’

‘Huilende kinderen werden vermoord, vrouwen ook, al bleven sommige in leven als seksslavin’

Het onderzoek op Beacon Island is onderdeel van het Shipwrecks of the Roaring Forties-project, een archeologische database waarin de University of Western Australia onderzoek opslaat naar en over Australische scheepswrakken. In dit project participeert ook de UvA en daarom was Smits afgelopen maand deelnemer aan het onderzoek. Sinds de zeventiende-eeuwse slachtpartijen wordt het eiland ook wel ‘Murder Island’ genoemd. Het eilandje staat ook wel bekend onder de naam ‘Batavia-kerkhof’.

 

Wat een schril contrast tussen de schoonheid van een tropisch eiland en een slachtpartij.

‘Ja, dat is waar, al verblijven we met de onderzoeksgroep niet op Beacon Island, maar op een van de nabijgelegen Wallibi-eilanden, waar overnachtingsmogelijkheden zijn. We gaan dan steeds met een bootje naar Beacon Island om te graven. Het ziet er inderdaad heel mooi uit, al zijn er geen palmbomen. Maar wel dolfijnen, vliegende vissen en koraalriffen in kristalhelder water. Het is ook oppassen: er zwemt af en toe wel een haai langs.’

Foto: Liesbeth Smits
De vijf lichamen

Er zijn vijf mannen gevonden, dat lijkt me toch geen massagraf?.

‘Het klinkt inderdaad heel wat, maar graven met twee à drie mensen erin noemen we al een massagraf. We zoeken al heel lang naar lichamelijke resten van mensen aan boord van de Batavia. We hebben er nu in totaal zo’n tien gevonden in de drie keer dat ik nu ben mee geweest op een expeditie, dus we hebben wel het idee dat we hier op het echte grafveld zitten. De mensen aan boord van de Batavia kwamen uit verschillende delen van de wereld. We hebben al eerder Scandinaviërs, Engelsen en Fransen gevonden. We gaan nu onderzoeken waar deze vijf mannen vandaan kwamen.’

 

Hoe onderzoekt u de herkomst van de menselijke resten?

‘We verrichten zogenoemd isotopenonderzoek met behulp van tandglazuur. De gebitten zijn veelal in tact gebleven. We slijpen een laagje glazuur van de tanden af. Uit de chemische samenstelling daarvan kunnen we ook geologische conclusies trekken. Het gaat dan in het bijzonder om het scheikundig element strontium. Dat zit overal ter wereld in de bodem en komt via de voeding ook in het lichaam. De analyse daarvan geeft aan op welke ondergrond iemand heeft geleefd. Dat zal nu worden onderzocht in een laboratorium op de VU. Komend voorjaar hoop ik opnieuw naar Beacon Island te gaan om verder te zoeken.’