Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Jorn van Eck (UvA)
opinie

‘Starters- en stimuleringsbeurzen bieden universiteiten nauwelijks verlichting’

Matthijs Engelberts,
23 december 2022 - 08:11

Het kabinet trekt volgend jaar 300 miljoen uit voor starters- en stimuleringsbeurzen aan universiteiten – iets waarvan slechts een klein percentage beginnende UD’ers profiteert, schrijft docent Franse taal en cultuur Matthijs Engelberts. ‘Voor de meeste medewerkers met onderzoek verandert er weinig, voor docenten zonder onderzoek is er ook nauwelijks verandering in perspectief.’ 

Er gloort hoop aan de horizon. In China heeft de regering uiteindelijk het beleid omgegooid na de protesten tegen de covidlockdown. Voorzichtige protesten, waarbij witte papieren als spandoeken dienden, want leuzen bij manifestaties zijn in China verboden – als ze tegen het vastgestelde beleid ingaan. President Xi loven als ‘Supreme Leader’, dat mag.

‘Extra financiering wordt ingezet voor een geheel ander doel dan was aangegeven door alle partijen die gewezen hadden op de onderfinanciering’

Nu Nederland nog. ‘Wij’ kijken in het westen soms bevreemd naar de huidige situatie in China, Rusland of Noord-Korea, waar Xi, Poetin en ‘Briljante Kameraad’ Kim Jong-un het zich meestal kunnen veroorloven om hun beleid door te zetten tegen de belangen van het volk. Toch lijkt het gevaarlijk om te denken dat dergelijke situaties op geen enkele wijze voorkomen in het ‘westen’. Een voorbeeld op kleine schaal lijkt de extra financiering die deze zomer is toegekend aan de universiteiten.

 

Jarenlang is door groepen medewerkers, door de bonden, door onderzoeksbureaus materiaal aangedragen waaruit bleek dat de financiering per student sterk gedaald was over een periode van meerdere decennia. Dat de werkdruk en interne concurrentie was toegenomen, onder andere door schaarse beurzen die onderzoekers moeten aanvragen om hun ruimte voor onderzoek op peil te houden. Dat er daarnaast een categorie docenten was gekomen die geen onderzoek kan doen, wegens gebrek aan geld, maar wel universitair onderwijs geeft. Vaak tot een derde van de medewerkers die lesgeven – en ze geven dan ook veel meer dan een derde van het onderwijs, want deze docenten krijgen immers geen tijd voor universitair onderzoek. Zelfs accountants- en adviesbureau PWC constateerde enige jaren geleden dat een miljard ontbrak in de universitaire financiering vanuit de overheid. De voorzitter van universiteitskoepel Universiteiten van Nederland en anderen liepen met toga de hofvijver in, om de ernst van de situatie te onderstrepen.

 

Er was voor de regering geen uitweg meer: op Prinsjesdag blonk een substantiële verhoging op het budget. De besteding werd later onthuld: het grootste bedrag moet naar extra beurzen gaan voor degenen die recent zijn benoemd – op een baan met onderzoek (de ‘UD’s’, universitaire docenten). Dat is mooi voor het zeer kleine percentage beginners die opeens zonder enige selectie en ervaring hetzelfde bedrag in de schoot krijgt geworpen als anderen die na een draconische en betwistbare, ondoenlijke selectie de afgelopen decennia heel af en toe mochten profiteren. Drie ton per net begonnen UD, waarvan het merendeel net zelf een dissertatie heeft afgerond. Voor alle anderen die al decennia te lijden hebben gehad onder de aantoonbare gebrekkige financiering is er nauwelijks verlichting. Want voor de meeste medewerkers met onderzoek verandert er weinig, en blijft het beurzencircus met aanvraagdruk bijvoorbeeld bestaan. Voor alle docenten zonder onderzoek is er ook nauwelijks verandering in het perspectief. Zo blijkt dus dat de extra financiering wordt ingezet voor een geheel ander doel dan was aangegeven door alle partijen die gewezen hadden op de onderfinanciering. 

‘Het ministerie hoopt wellicht het aantal ‘vernieuwende’ publicaties nog wat op te krikken, alsof vooruitgang in kwaliteit van kennis te meten is aan de enorm toegenomen publicatiestroom’

Decennialang hebben docenten en onderzoekers geld ontbeerd dat niet is geherinvesteerd in de universiteit, en dat nu in een paar jaar wordt uitgegeven door enkelen die hier geen bijdrage aan hebben geleverd extra ruimte te geven. Welke briljante logica zou hieraan ten grondslag liggen? Er mag dan een heus ‘bestuursakkoord’ ten grondslag liggen aan dit beleid, maar dat maakt het helaas nog niet minder tegenstrijdig.

 

Het ministerie hoopt wellicht het – reeds zeer hoge – aantal ‘vernieuwende’ publicaties nog weer wat op te krikken, alsof vooruitgang in kwaliteit van kennis te meten is aan de enorm toegenomen publicatiestroom, waar velen vraagtekens bij zetten. Het is misschien geen slecht idee dat het ministerie een kader geeft voor de besteding van het extra geld. Maar als dat kader zo in tegenspraak is met de aangetoonde noden van de universiteiten, laat die dan maar zelf bepalen hoe ze het achterstallig toebedeelde geld gaan besteden. 

 

Op de meeste universiteiten zijn de besturen nu naarstig bezig met het ontwerpen van plannen die de richtlijnen volgen, en hier en daar de weinige ruimte creatief in te vullen om het oorspronkelijke doel nog net niet helemaal uit het oog te verliezen. Kritiek op de in het oog springende kloof tussen de onderfinanciering en de genomen maatregelen heeft tot nu toe weinig effect gehad. 

 

De vergelijking met dictaturen wekt misschien een doorgeslagen indruk. Maar enige overdrijving lijkt nodig te zijn. Er zijn al veel redelijke analyses geweest van het probleem. NRC Handelsblad sprak al in september van een “heilloze exercitie”. Tot nu toe heeft dat weinig verandering mogen brengen. Je kunt de huidige politieke regimes ook gewoon laten voor wat ze zijn, en kijken naar de antieke mythes, in de hoop dat onze ogen uiteindelijk de werkelijkheid durven te aanschouwen.

 

In de tragedie Koning Oedipus toont Sophocles de problemen die ontstaan als een machthebber de werkelijkheid niet wil of kan erkennen. Eerst moet Tiresias, de blinde ziener, vertellen wat er mis is, met enige tegenzin. Oedipus interpreteert deze waarheid als een complot – een nog steeds actuele tactiek, na meer dan twee millennia. Een bode laat nogmaals zien waar het wringt, maar pas als een herder die alles heeft meegemaakt bang zijn verhaal openbaart, blijkt definitief wat er mis is gegaan. Het vergt nogal wat om ingeslagen beleid dat helaas geen doel treft recht te zetten. Het vergt veel van de onderdanen, en het vergt veel van de bestuurders. Universiteiten én ministerie, toon moed. De huidige plannen zijn onlogisch en onproductief als je naar de analyses kijkt op grond waarvan ze zijn opgesteld. Gooi het over een andere boeg. Het kan nu nog. En een coronagolf hoeven we bij een verandering van het beleid niet te verwachten.

Lees meer over