Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

Stella’s waslijst | ‘Ik besloot extra hard mijn best te doen om niets te plannen’

Stella Vrijmoed,
7 januari 2020 - 11:45

Faalangst, prestatiedruk en keuzestress: hoe leuk is studeren nog? En dan heb je ook nog eens een waslijst aan praktische dingen te leren op weg naar die verdomde volwassenheid. Stella en Eva schrijven het om en om van zich af. Dit keer: de agendahedonist.

‘Triest volk’, een ‘horrorlevensstijl’ en ‘medelijden met zo’n soort mens’. Even beging ik vlak voor de jaarwisseling een grote fout en liet ik mij meeslepen door de teneur van de reacties bij een krantenartikel op Facebook. Door de ogen van deze reaguurders was de levensstijl die het artikel beschrijft – leven met een propvolle vrijetijdsagenda – iets om van te gruwelen. Daar schrok ik enorm van. Het artikel was voor mij akelig herkenbaar, wat betekent dat mijn keiharde realiteit blijkbaar iemands anders nachtmerrie is.

 

Het betreffende artikel uit Het Parool kwam bovendien als kers op de taart van een al langere periode waarin ik angstvallig meer tijd probeerde in te ruimen voor spontaniteit. Ik was het namelijk zat om bij het gros van mijn afspraken op hete kolen te zitten omdat ik alweer door moest naar mijn volgende afspraak. Slecht planwerk, of gewoon te veel planwerk.

‘Zou ik niet liever veel vrijer willen leven, minder berekenend en meer denkend aan anderen?’

Schrijver van het artikel Tom Grosfeld beschreef dit als ‘agendahedonisme’: je vrije tijd – ofwel je genotsmomenten – strak inplannen en vaak ook nog met een doel. Als medewerker van je eigen bedrijf moet elke ontmoeting of activiteit een bepaalde waarde hebben, anders kom je niet verder, ontwikkel je je niet. In mijn geval: ik spreek met inspirerende mensen af om inzichten op te doen en mijn brein uit te dagen, ga naar salsales, -trainingen en -feestjes om een betere danseres te worden en lees boeken of maak puzzels om mijn woordenschat uit te breiden. Maar dit alles doe ik ook om te ontspannen, en dat noemt Grosfeld nu precies het geplande genieten, of zelfs gepland escapisme: ‘nu mag ik even compleet de controle verliezen, straks weer aan de slag’.

 

Hoe ben ik in dit al zo ver gevorderde stadium van de volplanziekte terechtgekomen en waarom ben ik zo opportunistisch, en misschien zelfs egoïstisch? Zou ik niet liever veel vrijer willen leven, minder berekenend en meer denkend aan anderen?

‘Is een nieuwsgierig, leergierig en levenslustig persoon dan nog steeds iemand om medelijden mee te hebben?’

Ik besloot na het lezen van het artikel daarom gelijk extra hard mijn best gaan doen om niets te plannen, alleen maar activiteiten te doen waar ik op dat moment zin in had, en me vooral niet af te vragen of dat wat ik deed enig nut had voor de toekomst.

 

Maar na twee weken onbezorgd ingewikkelde woordpuzzels maken met mijn mede-taalliefhebbende familieleden op de bank, mikado spelen met mijn neefjes en nichtjes, tot drie keer toe mijn favoriete opera bekijken en uren gamen op mijn Nintendo (ja, ik heb een Switch), miste ik toch echt mijn danslessen en kreeg ik gewoonweg zin om weer aan het werk en aan mijn scriptie te gaan. Hoe zeer ik ook van het samenzijn met familie had genoten, ik kon niet wachten om weer mijn eigen volgeplande leventje in te duiken.

 

Ik hou namelijk zo van dat leventje. Er is zo veel wat ik wil doen, er zijn zo veel mensen met wie ik wil chillen en er is zo veel wat ik wil leren. Daar moet gewoon een beetje slimme planning bij komen kijken. Is dat dan triest? Is een nieuwsgierig, leergierig en levenslustig persoon dan nog steeds iemand om medelijden mee te hebben? Bij nader inzien vind ik dat helemaal niet.

 

Dus gooide ik mijn goede voornemen al in de eerste week van januari over de boeg en zat mijn afgelopen weekend weer volgepland met koffie, bier, salsa, familie en zélfs een spontane chillsessie. En stiekem heb ik in deze column een woord gebruikt dat ik tijdens het puzzelen tegenkwam. Efficiënt, niet?

Lees meer over