Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

‘De ontruiming van Roeterseiland legt een dieperliggend conflict bloot’

Josef Früchtl,
20 juni 2018 - 15:11

De manier waarop het UvA-bestuur omging met de studenten op het grasveldje van Roeterseiland laat een dieper conflict aan de UvA zien, betoogt hoogleraar Josef Früchtl. ‘Dit conflict gaat over het principe van de universitas: gezamenlijke reflectie’.

Een uitgestoken hand is een mooi gebaar. Na de gewelddadige politieactie tegen protesterende studenten op het Roeterseiland, hebben dezelfde studenten in een open brief uiting gegeven aan hun blik op de zaken en, ondanks de harde ervaringen, de hand uitgestoken voor verdere discussie met het CvB. Het college heeft dit gebaar gehonoreerd en hun positie enigszins toegelicht in een brief aan de circa 150 docenten die recentelijk een protestbrief hebben getekend.

 

Maar deze brief heeft een bittere nasmaak. Want nog een keer herhalen de vertegenwoordigers van het CvB dat ze zelf geen fout hebben gemaakt. De schuld ligt bij de anderen: de studenten. Excuses van door het CvB zijn er dus helemaal niet nodig. Men toont zich zelfingenomen: wat ben ik blij dat ik niet zo erg ben als de anderen.

‘Wat verhinderde het bestuur om op die vrijdagavond een heldere afspraak met de studenten te maken?’

Veiligheid

Als men even kort naar de argumenten voor de ontruiming kijkt, is de eerste formulering meteen opvallend: ‘De UvA-gebouwen en -terreinen zijn er voor de gehele academische gemeenschap, waarbij iedereen zich (sociaal) veilig moet voelen.’ Wil het CvB hier zeggen dat de circa 30.000 studenten van de UvA zich niet meer veilig konden voelen vanwege de drie tentjes die het groepje van circa 30 studenten op een klein grasveldje op de Roeterseilandcampus neerzette? Hier lijken de relaties verward. Of wil het CvB zeggen dat ze fysiek geweld door dit groepje verwachtte? Zo ja, dan is dat een veronderstelling en zelfs een stigmatisering.

 

Men zou zich trouwens ook moeten afvragen, hoe het andersom zit met de veiligheid van de studenten die op disproportionele manier door de politie zijn bejegend. Men mag niet aannemen dat het CvB hieromtrent een paternalistische positie inneemt, de houding van ouders die hun kinderen klappen geven omdat ze, zo zeggen de ouders, het beste voor de kinderen willen.

 

Heldere afspraken

Het CvB benadrukt ten tweede dat een claim van een groep op een ruimte of gebied niet mag ‘zonder heldere afspraken’. Maar wat verhinderde het om zo’n afspraak ad hoc, dus op die vrijdagavond te maken toen de studenten met hun sit-in-campingactie waren begonnen?

‘Waar is de zelfreflectie van het CvB?’

Tot slot komt er nog het bekende argument bij dat het terrein op Roeterseiland beschikbaar moest zijn voor de Universiteitsdag. Maar ‘het terrein’ is hier niet de correcte bewoording. De UvA had niet het gehele grasveld, maar een klein gedeelte, precies 3 bij 3 meter nodig, om kinderen de mogelijkheid te geven een spelletje te spelen.

 

Principes

Overtuigend zijn deze argumenten dus niet. Het principe achter de ontruimingsactie noemt het CvB pas later: ‘blokkeren en bezetten kunnen we niet toestaan’. En juist omdat het hier om een principe gaat, om een axiomatisch of systematisch grondbeginsel, herinneren de schrijvers en ondertekenaars van de protestbrief het CvB aan een alternatief: de onderzoekende houding, het stellen van vragen, argumenteren, reflecteren.

 

Waar is de zelfreflectie van het CvB? Als hun argumenten zwak zijn, zo zwak dat je ze met drie zinnetjes kunt weerleggen, dan moet je vermoeden dat er een dieper en achtergehouden conflict gaande is. Dit conflict gaat over het principe van de universitas: gezamenlijke reflectie. En hieromtrent kan men maar beter herhalen dat politie op de campus en politiegeweld zeker niet bij dit principe horen.

 

Josef Früchtl is hoogleraar filosofie van kunst en cultuur aan de UvA.

 

Heb je hier ook een mening over? Reageer hieronder of schrijf een opinieartikel.

Lees meer over