Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: UvA Beeldbank/Maartje Strijbis
opinie

De universiteit is een diplomafabriek, maar het tij kan nog gekeerd worden

Titus van der Valk,
19 april 2024 - 14:17

Hoe ziet het onderwijs aan de UvA er anno 2024 uit en hoe zou het eruit moeten zien? Student Titus van der Valk vraagt het zich af in onderstaande beschouwing. ‘Aan de hand van je muisbewegingen wordt gemeten of je stukken wel echt hebt gelezen.’

Het onderwijsregime op de UvA, anno 2024. Aanwezigheid bij werkgroepen is verplicht. De meeste studenten om me heen zijn niet bij de werkgroep om te leren, maar omdat ze er moeten zijn. Bij communicatiewetenschap krijgen studenten tegenwoordig een geautomatiseerde bedreiging die ze informeert dat ze worden uitgeschreven voor het vak als ze nog een werkgroep missen. Veel vakken kennen verplichte tussendeadlines en voortgangsopdrachten. Studenten werken ook tijdens hun weekend als deadlines staan op maandagochtend, dus zetten opleidingen deadlines op maandagochtend. Eerstejaars worden met het bsa extra hard gepakt.

 

Als je om een vak te halen een stuk moet schrijven en een tentamen moet maken, en alle werkgroepen moet bijwonen, en de voortgangsopdrachten op tijd moet inleveren, maar het tentamen toch best moeilijk was, of je hebt een deelopdracht gemist, mag je volgend jaar het hele vak opnieuw doen. Dit bevordert het constante ‘nu of nooit’ gevoel van UvA-studenten. Ik hoor zelfs geruchten over mouse-tracking-software in de opleiding politicologie, die meet of je de stukken wel echt hebt gelezen, aan de hand van je muisbewegingen. De mate waarin je de stukken hebt gelezen draagt bij aan je eindcijfer. In veel bachelorstudies mag je tegenwoordig niet eens meer zelf het onderwerp van je scriptie kiezen. De student mag kiezen uit een lijstje van voorgekauwde onderzoeksvragen.

 

Een vriendin van me had voor haar scriptie vierhonderd woorden te weinig gebruikt: meer zeggen met minder woorden is blijkbaar niet mogelijk. Dus nu wordt de scriptie niet nagekeken en mag ze nog een jaartje doorstuderen. Als dit niet voor je werkt en je een uitzondering nodig hebt, mag je een verzoek indienen bij de examencommissie die reageert over zes weken. En die wijst je verzoek waarschijnlijk af maar je kan het altijd proberen. Studeren is nou eenmaal niet leuk. De examencommissies geven zo min mogelijk uitzonderingen: dit is oneerlijk naar andere studenten. Onderwijs gaat over voldoen aan de gestelde eisen, niet over bezig zijn met leren.

‘Als we niet willen dat studenten zich gedragen als schapen, dan moeten we ze misschien ook niet zo behandelen’

Overregulering

Ons onderwijs is steeds meer op een diplomafabriek gaan lijken. Menig student wordt knettergek van alle overregulering. Toch zijn hier volgens de UvA goede redenen voor: studeren is duur, ook voor de samenleving. De universiteit wil daarom dat studenten snel slagen. Maatregelen als aanwezigheidsplicht zorgen ervoor dat studenten sneller hun diploma hebben. Als we studenten te vrij laten in hun onderwijsproces raken ze afgeleid door feestjes, liggen ze langer in bed liggen, lezen ze misschien maar één artikel per week, en als dan het tentamen om de hoek komt kijken zijn ze nog bij lange na niet voorbereid. Dit is niet eerlijk naar studenten: als we onderwijs aanbieden is het ook de bedoeling dat de meeste het halen. Bovendien: sommige vakken zijn wel belangrijk maar niet super leuk, dus hebben studenten extra druk nodig.

 

Daarnaast is de hoop dat zolang studenten maar actief deelnemen aan het onderwijs, hun interesse in het vakgebied vanzelf groeit. En kansengelijkheid speelt een rol: Leerlingen die van huis uit niet voldoende schoolse vaardigheden hebben meegekregen zullen naar verluid meer moeite hebben met gedijen in een vrij en open leerklimaat. Ten slotte wordt onderwijs door de overheid grotendeels gefinancierd per afgeleverd diploma.

 

Eigenaarschap

De conclusie: onderwijsefficiëntie door middel van controle en disciplinering. Maar wat zijn de effecten hiervan? Het onderwijs is misschien wel heel efficiënt, maar efficiënt waarin precies? Studenten zijn vooral bezig met door het hoepeltje springen. Veel aspecten van het onderwijs die belangrijk zijn, maar moeilijk te meten, komen zo in de knel. Strenge regels zijn dodelijk voor intrinsieke motivatie. Als een student geen lol heeft in een vak maar vooral bezig is om zo precies mogelijk aan de opgestelde voorwaarde te voldoen is er geen ruimte meer om zelf na te denken. Ons eigenaarschap over kennis wordt zo van ons afgepakt. Er is een stuk minder ruimte voor creativiteit, kritisch denken, experiment en passie.

 

Alles draait alleen nog maar om de directe nutfunctie, maar bedrijven bijvoorbeeld klagen steeds vaker over net afgestudeerden die niet meer in staat zijn om kritisch en onderzoekend na te denken en initiatief te nemen. Zelden spreken ze met passie over hun vakgebied en over wat ze hebben geleerd op de universiteit.

 

Er zijn zeker docenten die inzien dat je goed onderwijs niet kan afdwingen, maar hun vakken en vrije lesmethodes houden het vaak niet lang vol. Studenten zijn zo getraind om door het hoepeltje te springen dat wanneer er opeens geen duidelijk hoepeltje meer is, maar ruimte om jezelf academisch te ontdekken, ze geen flauw idee hebben wat ze hier mee aan moeten. Studenten blijken dan prioriteit te geven aan vakken waar wel druk op staat. Omdat sommige vakken streng zijn, moeten alle vakken streng worden om te concurreren, en zo word de docent langzaam gedegradeerd tot politieagent.

 

Wat voor samenleving creëren we op deze manier? Moeten wij als academie deze consumptieve houding tegenover wetenschappelijk onderwijs accepteren? Moeten we als universiteit, die oplossingen zou moeten bieden voor grote maatschappelijke uitdagingen, niet juist autonome denkers opleiden? Competente rebellen, die sterk in hun schoenen staan en kritisch, creatief en weerbaar zijn tegen de uitdagingen van het heden en de toekomst. Samengevat: als we niet willen dat studenten zich gedragen als schapen, dan moeten we ze misschien ook niet zo behandelen.

‘In plaats van dwang moeten studenten begeleid worden bij het ontwikkelen van zelfsturing’

Ontdekken onder begeleiding

Daarnaast leidt overmatige disciplinering tot uitbuiting. Je moet je diploma halen, want anders heb je een torenhoge studieschuld zonder carrièreperspectief. Met dwang dwingen wij af dat studenten hun tijd en energie steken in hun studie. Maar die tijd en energie komt ergens vandaan. Dit leid tot uitbuiting van fysieke, mentale, financiële en sociale gezondheid én belemmert de identiteitsontwikkeling. Creëren we op deze manier niet meer problemen dan we oplossen?

 

Mijn alternatief: de academische speeltuin: ontdekken onder begeleiding. Het leerproces niet afdwingen, maar faciliteren. Hoe doen we dit? Het is belangrijk dat we inzien dat autonomie en structuur elkaar niet uitsluiten, maar elkaar juist ondersteunen. Structuur moeten we wel aanbieden, maar niet afdwingen. Een duwtje in de rug hier en daar hoeven we niet te schuwen, maar meer moet het niet worden. In plaats van dwang moeten studenten begeleid worden bij het ontwikkelen van zelfsturing.

 

Voor goed onderwijs moeten we een centrale rol geven aan motivatie. Motivatie zou een collectieve verantwoordelijkheid moeten zijn in plaats van een individuele. Daarnaast kunnen opleidingen meer aandacht geven aan het emotionele aspect van het leerproces, is het belangrijk dat we stevig inzetten op community, en moeten we expliciet ruimte geven aan experimenten. Falen mag weer. En: less is more. Door minder te willen bereiken, kunnen we juist meer uit onderwijs halen. Studenten, en ook docenten, hebben dan écht tijd en ruimte hebben zich volledig in de stof te verdiepen.

 

Democratie

De beste manier om deze inzichten te vertalen naar de praktijk van het academisch onderwijs is door democratie ook in het onderwijs te integreren. Docenten en studenten die samen praten en beslissen over inhoud, proces en context van het onderwijs. Een voorwaarde voor betrokkenheid is eigenaarschap, en dat betekent dat je ook als beginnend wetenschapper mag meepraten en meebeslissen over je eigen onderwijs.

 

Titus van der Valk is bachelorstudent onderwijswetenschappen en vicevoorzitter van de Centrale studentenraad. Dit is een licht bewerkte en ingekorte versie van een voordracht die hij deze week hield tijdens het Universiteitsforum.