Het allereerste college Oekraïens aan de UvA kan rekenen op veel animo. Ook de studenten zelf zijn enthousiast. ‘Oekraïens staat dichter bij de Slavische brontaal, vanuit dat punt is het leuk om verschillende Slavische talen te begrijpen.’
Veertig geschiedenisboeken, een voor elke nieuwe student Oekraïens, dat is het cadeau van de ambassadeur van Oekraïne op een snikhete maandagmorgen in de Oudemanhuispoort. Een goed gevulde collegezaal maakt zich op voor het allereerste college Oekraïense taal en cultuur aan de Universiteit van Amsterdam.
Sinds het begin van de Russische invasie staat de Oekraïense taal en cultuur onder druk. Daarom vindt docent Oksana Kononchuk het zo belangrijk dat er meer aandacht komt voor deze Slavische taal. Op de UvA vond ze hier ruimte voor.
Kononchuk vluchtte in 2022 naar Nederland. Samen met haar twaalfjarige dochter woont ze nu in Amsterdam. Kononchuk komt uit een Oekraïens gezin, waarin Oekraïens gesproken wordt. Dat laatste is geen vanzelfsprekendheid in Oekraïne, zegt ze. De afgelopen vierhonderd jaar is de Oekraïense taal in totaal meer dan honderddertig keer verboden, vertelt ze in het college.
Veel studenten blijken al een relatie te hebben met Oekraïne. Ze hebben vrienden, spreken een andere Slavische taal, en sommigen volgen de minor ter support voor Oekraïne.
Een van die studenten is de Nederlandse Lucas Bakker (21), student Russisch met een voorliefde voor Slavische talen. Zo heeft hij eerder een minor Bosnisch/Servisch/Kroatisch gevolgd aan de UvA en start hij nu met de minor Oekraïense taal en cultuur. ‘Oekraïens staat dichter bij de Slavische brontaal, vanuit dat punt is het leuk om verschillende Slavische talen te begrijpen.’
De Duitse Mira Nerpel (21), student politicologie, heeft een aantal vrienden uit Oekraïne die de taal spreken. Nerpel benadrukt de schoonheid van de taal en heeft de ambitie om diplomaat te worden. Ze denkt dat Oekraïners in de toekomst een grotere rol gaan op het politiek wereldtoneel. ‘Het is daarom goed om over hun taal en cultuur te leren, en ik ben daarom erg blij dat de UvA dit programma aanbiedt.’
Ambassadeur van Oekraïne, Z.E. Oleksandr Karasevych, hield voor de start van het college een korte speech. Hij bedankt een ieder in de zaal voor hun aanwezigheid en gaat in op hoe belangrijk de Oekraïense taal is. ‘Het leren van de taal helpt je om jezelf te weren tegen Russische propaganda.’ Daarnaast verlaagt het volgens hem de drempel tot sociaal contact. ‘Je helpt niet alleen jezelf maar ook Oekraïense mensen.’
Kononchuk is inmiddels haar eerste les, ogenschijnlijk lichtelijk gespannen, begonnen. ‘Ondanks de geschiedenis heeft de taal het toch overleefd.’ Ze vertelt verhalen waaruit blijkt dat het spreken van de taal gevaarlijk kan zijn. ‘Veel mensen zijn gemarteld, vervolgd of vermoord alleen al door de taal te spreken.’ Dat heeft geleid tot verregaande gebeurtenissen zoals een man die zichzelf in 1978 in brand stak uit protest tegen Russische overheersing.
De minor Oekraïense taal en cultuur is tot stand gekomen door de European Partnership for Innovative Campus Unifying Regions (EPICUR)-alliantie, waarin de Universiteit van Amsterdam (UvA) deelnemer is. Directe financiering vanuit de UvA was niet mogelijk.
En dat terwijl er genoeg animo bleek voor een minor als deze, vertelt Ellen Rutten, hoogleraar Slavische literatuur en cultuur aan de UvA. 'Met het oog op precedentwerking bleek financiering niet mogelijk door de faculteit Geesteswetenschappen, maar gelukkig hebben ze ons goed geholpen met de EPICUR-subsidie.'
Na afloop van het college zegt Kononchuk dankbaar te zijn. ‘Ik ben erg blij dat ik deze kans heb gekregen om Oekraïens te geven hier aan de UvA. Het is een grote eer en grote verantwoordelijkheid.’ Ook Eric Metz, docent vertaalwetenschap en Tsjechische letterkunde, is blij met de minor. ‘Het is ook een samenwerking met andere Europese universiteiten. Ook kunnen studenten in het buitenland de cursus online volgen.’
De studenten hebben hun eerste opdracht vóór het college moeten voorbereiden; hun naam schrijven in het Oekraïens. Kononchuk haalt de naambordjes stuk voor stuk op. Niet alleen om haar studenten te leren kennen, maar ook de aanwezigheid te controleren. Het eerste college Oekraïense taal en cultuur is daarmee een feit. Op naar woensdag, naar college twee.