Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Martijn Beekman (Rijksoverheid)
actueel

Dijkgraaf: UvA wekte ‘schijn van belangenverstrengeling’ in onderhandeling met Netflix

Sterre van der Hee,
7 september 2023 - 18:25

De UvA heeft in onderhandelingen voor een onderzoekssamenwerking met Netflix in 2020 de ‘schijn van belangenverstrengeling’ gewekt, aldus demissionair onderwijsminister Robbert Dijkgraaf. UvA-hoogleraar Dennis Weber, baas van het betrokken onderzoekscentrum, is inmiddels van zijn leidinggevende taken ontheven. 

Het Amsterdam Centre for Tax Law van de UvA (ACTL) zou in 2020 een onderzoekssamenwerking met Netflix hebben voorgesteld waarbij de streamingsdienst invloed zou krijgen op het onderzoek en de verwerking ervan in het onderwijs, zo schreef nieuwssite Follow the Money deze zomer. Uit een memo bleek dat de UvA de streamingsdienst wilde helpen met het ‘uitleggen [aan beleidsmakers etc., red] hoe het specifieke businessmodel van Netflix werkt’ – Netflix lag internationaal onder vuur om agressieve belastingpraktijken. Ook zou Netflix met de samenwerking een stem krijgen ‘in de academische discussies over hoe belastingstelsels aanbieders van online mediadienstverleners moeten reguleren’. Netflix betaalde 557.000 euro voor het onderzoek, dat onderdeel was van een grotere studie naar belastingheffingssystemen voor online diensten. 

Ook UvA-rechtendecaan André Nollkaemper noemt de memo in deze vorm ‘niet passend’ en ‘te ruim geformuleerd’

Kamerlid Pieter Omtzigt stelde Kamervragen: hij vroeg zich af in hoeverre de UvA-onderzoekers met de memo de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit hadden geschonden, ook al waren de genoemde ‘special benefits’ in de memo uiteindelijk niet in het contract met Netflix terechtgekomen. 

 

Demissionair minister Dijkgraaf zegt nu in antwoorden daarop dat de onderzoekers de memo niet in deze vorm had mogen aanbieden, omdat de memo ‘de schijn van afhankelijkheid en belangenverstrengeling’ wekt. Volgens hem maakt het ACTL zich daarmee schuldig aan schending van ‘de reputatie van de specifieke vakgroep, maar ook van het universitaire gebeuren in zijn geheel’. In de uiteindelijke overeenkomst met Netflix is de wetenschappelijke integriteit wel geborgd, benadrukt Dijkgraaf. Desondanks is de minister donderdag met de UvA in gesprek gegaan over wetenschappelijke integriteit. 

 

‘Zorgelijk en niet passend’ 

Ook UvA-rechtendecaan André Nollkaemper noemt de memo in deze vorm ‘niet passend’ en ‘te ruim geformuleerd’. Volgens hem wekken de aangeboden ‘special benefits’ de schijn van vooringenomenheid. ‘Dat staat op gespannen voet met de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit. Een nauwkeurige analyse moet uitwijzen of de code daadwerkelijk geschonden is. Maar dat de schijn wordt gewekt is uitermate ongewenst. Het is van groot belang voor de wetenschap, maar ook naar de samenleving en studenten, om duidelijk te maken dat onderzoek altijd onafhankelijk is.’ 

 

Ook aan consultancyconcern Ernst & Young en advocatenfirma Gatti Pavesi Bianchi Ludovici zouden enkele jaren geleden in onderhandelingen ‘special benefits’ zijn aangeboden. ‘Dit gebeurde in de aanvangsfase van hetzelfde onderzoeksproject’, zegt Nollkaemper. ‘De formuleringen in de memo’s verschillen, maar ook hier kan de schijn worden gewekt dat sprake is van gebrek aan onafhankelijkheid.’ Tot nu toe is melding gemaakt van drie memo’s waarbij dat het geval zou zijn. 

 

De UvA heeft inmiddels een interne evaluatie aangekondigd. De UvA-commissie wetenschappelijke integriteit moet uitzoeken hoe de memo’s tot stand zijn gekomen, wie wat heeft bijgedragen en in hoeverre de memo’s en de onderzoekspraktijken in strijd zijn met de integriteitscode, zegt Nollkaemper. Het onderzoek moet binnen drie maanden zijn afgerond. ACTL-directeur Dennis Weber, een van de opstellers van de Netflix-memo, is ontheven van zijn taken als leider van het onderzoekscentrum waarbinnen het project wordt uitgevoerd. 

‘De enige evidente noemer is dat sprake is van medewerkers die met één voet in de ene partij staan en met een relatief kleine voet in de universiteit’

Een kleine voet binnen de UvA

Het is niet de eerste keer dat de het gesprek over integriteit gevoerd wordt binnen de afdeling belastingrecht. Vorig jaar liet Dijkgraaf een onafhankelijke commissie al onderzoeken of de gedragscode wetenschappelijk integriteit nog voldeed, onder andere naar aanleiding van een artikel dat Folia publiceerde over de UvA-vakgroep belastingrecht, waaruit bleek dat er aanwijzingen waren dat Zuidaskantoren invloed uitoefenden op de publicaties van UvA-medewerkers.

 

Na de vragen over dubbele petten op de afdeling zijn drie onderzoeken uitgevoerd waarin onder meer werd geconcludeerd dat geen invloed van kantoren kon worden aangetoond. Desalniettemin is in januari een set maatregelen aangekondigd om de integriteitscultuur binnen de sectie te borgen, zegt Nollkaemper. ‘Die maatregelen worden met kracht uitgevoerd: denk aan het zoeken naar een leidinggevende die volledig binnen de faculteit aanwezig is, het terugdringen van het aantal parttime functies, en het actief werken aan de integriteitscultuur door medewerkers bijvoorbeeld “dilemmagesprekken” te laten houden.’

 

Je kunt zeggen dat de memo’s dateren van vóór het nieuwe beleid en nu komen bovendrijven, aldus de decaan. ‘De vraag is of er een gemeenschappelijke noemer tussen de twee gevallen bestaat. De enige evidente noemer is dat sprake is van medewerkers die met één voet in de ene partij staan en met een relatief kleine voet in de universiteit. We moeten ervoor zorgen dat júist bij medewerkers die niet volledig aan de universiteit werken, de standaarden van integriteitscodes en wetenschapsbeoefening gewaarborgd zijn.’