Folia telt af | Studentenhuisvesters en 'gewone' dakloze jongeren
Folia bestaat komend najaar 75 jaar. De redactie blikt dagelijks met een (deel van een) artikel of video letterlijk terug op elk van die jaren en telt zo af naar 13 oktober, de dag dat ‘het mededelingenblad voor de civitas’ precies 75 jaar bestaat. Vandaag deel 33: 4 oktober 1980.
“Je kunt de huizen van de DSH (Dienst Studentenhuisvesting, red.) wel opengooien voor alle jongeren,” zegt Wybe Zijlstra, CvB-lid voor studentenvoorzieningen, “en dat zouden we in principe ook wel willen, maar het lost helemaal niets op. Het aantal dakloze jongeren blijft er even groot door. Daar heeft de gemeente ook wel begrip voor. De gemeente zou, als puntje bij paaltje kwam, ons kunnen dwingen het toewijzingsbeleid te veranderen. Dan zouden we ook werkende jongeren moeten toelaten. Maar dat gebeurt dus niet. Alleen in de nieuwe huizen die we aan het bouwen zijn, moeten we voor driekwart niet-studenten toelaten. Die wijst het SIKH en het MAIC toe. In goede verstandhouding overigens, hoor.”
Op het oog vreemde uitspraken voor een universitaire bestuurder. De belangen van de universiteit liggen niet bij jongerenhuisvesting in het algemeen, maar bij de studenten? Eén logische gedachte en een die hier en daar in den lande met kracht verdedigd wordt, maar die in Amsterdam niet meer geldig is. Althans, zo denkt Zijlstra erover.
Een maand geleden stuurde hij namens de SSH een brief aan de Tweede Kamer. Het ging daarin over de moeilijkheden waarin de studentenhuisvesting was geraakt als gevolg van de nieuwe huurbescherming. Officieel is het nu ook zo dat de verhuurder, en dus ook de DSH niet, zijn huurders op straat kan zetten zonder vervangende woonruimte aan te bieden. Afgestudeerden en personen die hun studie staken kunnen daardoor niet langer de huur opgezegd worden – iets dat vroeger nog wel eens effect had, al is het nooit tot uitzetting gekomen.
Die wetgeving is lastig, erkent Zijlstra, maar op zichzelf een groot goed. Dat het bestand van de DSJ met ouderejaars en afgestudeerden verstopt raakt, komt volgens hem niet door de nieuwe wet, maar door het feit dat er gewoon geen vervangende woonruimte is in Amsterdam.
Bedreiging
“Uiteraard is het ontbreken van een voldoende ruim aanbod van huisvesting voor een- en tweepersoonshuishoudens (een nieuwe woonvorm die enkele jaren geleden door Marcel van Dam werd ingesteld, met een afwijkende financiering en afwijkende bouwnormen – rb) de belangrijkste belemmering voor een dergelijke doorstroming,” schrijft Zijlstra aan de Kamer. “Ondanks de relatief geringe privacy en komfort die in de studentenhuizen tegen toch niet geringe huren geboden kan worden, blijft een deel van de bewoners er ook na beëindiging van de studie wonen bij gebrek aan een alternatief.”
Fragment uit:‘De noodgedwongen solidariteit van studentenhuisvesters met gewone dakloze jongeren’. Folia, 4 oktober 1980.
