Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Aart-Jan Venema
actueel

UvA-promovendi geven hun promotietraject gemiddeld een 7min

Sija van den Beukel,
7 februari 2023 - 17:08

UvA-promovendi geven hun promotietraject gemiddeld een 6,85. Tegelijkertijd rapporteren promovendi gemiddeld gezien vaker een verslechterd welzijn dan twee jaar geleden. En internationale PhD-kandidaten voelen zich nog altijd geregeld buitenstaander in de onderzoeksgroep. Dat blijkt uit de resultaten van de tweejaarlijkse promovendi-enquête van de Centrale Promovendiraad (CPC) van de UvA.

De enquête werd gehouden onder alle promovendi van de UvA, inclusief het Amsterdam UMC en Acta (al was daar de respons het laagst met slechts 1 procent van het totaal). Iets meer dan tien procent van de 4000 UvA-promovendi vulden de enquête van de Centrale Promovendiraad (Central PhD-Council, CPC) in, meer dan de helft van hen was vrouw.  In de enquête kwamen onderwerpen aan de orde als begeleiding, voortgang, welzijn en sociale veiligheid. 

 

Rapportcijfer 7 min
Gemiddeld gaven UvA-promovendi een 6,85 voor hun promotieproject, zegt maar een 7-min. Promovendi met een Nederlandse nationaliteit gaven gemiddeld tien procent vaker een 8 of hoger dan promovendi met een niet-Nederlandse, met name niet-Europese nationaliteit.

In 2020 omschreven 6 procent van de promovendi hun welzijn als ‘slecht’, in 2022 was dat 16 procent

In eerdere promovendi-enquêtes werd de respondenten niet gevraagd om een gemiddeld cijfer over het promotietraject te geven. Deze vraag werd toegevoegd om aan te kunnen sluiten bij de landelijke evaluatie van promotieopleidingen, laat Benthe van Wanrooij, voorzitter van de CPC en promovendus onderwijswetenschappen, weten. Daarom kunnen de cijfers niet worden vergeleken met voorgaande jaren.

 

Verminderd welzijn
Wel constateert Van Wanrooij gemiddeld gezien een vermindering in het welzijn van de promovendi. In 2020 omschreef 6 procent van de promovendi hun welzijn als ‘slecht’, in 2022 was dat 16 procent. Daarom moet er meer aandacht komen voor het welzijn van promovendi, aldus de opstellers van het rapport. Veel promovendi kennen de studentenpsychologen niet. Een campagne die PhD-kandidaten wijst op de studentenpsychologen speciaal voor promovendi, zou een uitkomst kunnen bieden.

Benthe van Wanrooij

Sociale veiligheid
Ongeveer een kwart van de respondenten maakte het afgelopen jaar sociaal ongewenst gedrag mee. Dat overkwam vrouwen twee keer zo vaak als mannen. Ondanks de instrumenten die de UvA de afgelopen jaren in het leven riep om veiligheidsproblemen te melden, is het het aantal PhD-kandidaten dat sociaal ongewenst gedrag meemaakte, stabiel gebleven. Daarom moet de UvA meldingsinstrumenten nog beter onder de aandacht te brengen bij promovendi, vindt de CPC. De UvA moet haar promovendi ‘een gevoel van vertrouwen en onafhankelijkheid inboezemen, zodat promovendi daadwerkelijk gebruik gaan maken van de meldingsinstrumenten.’

 

Buitenstaanders
Internationale promovendi voelen zich vaker dan Nederlandse promovendi een buitenstaander in de onderzoeksgroep: 15 procent van de internationale PhD’s voelt zich niet geïntegreerd in de onderzoeksgroep; 21 procent is niet tevreden met de sociale relaties op het werk. De UvA zou meer kunnen ondernemen om internationale promovendi bij de groep te betrekken. aldus de rapporteurs.

 

Beurspromovendi

‘Tweederde van de beurspromovendipromovendi met een beurs van een buitenlandse beursverstrekker (5 procent in 2022), ontvangt een beurs die minder is dan 1.500 euro per maand. Sinds maart 2022 is er daarom nieuw UvA-breed beleid vastgesteld: faculteiten kunnen de buitenlandse beurs aanvullen tot 1.500 euro. Het door de UvA vastgestelde minimumbedrag wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de consumentenprijsindex. De indexatie voor 2023 volgt nog.

Toch krijgen nog niet alle PhD-kandidaten die voor maart 2022 begonnen zijn deze toelage, staat in de promovendi-enquête. Van Wanrooij: ‘Inmiddels is dit in bijna alle faculteiten opgelost, dus nog niet overal.’

 

Daarnaast staat in datzelfde UvA-brede beleid dat er onder andere meer aandacht moet komen voor inclusie, binnenboord halen aan en kennismaking met de UvA van internationale PhD-kandidaten. In de praktijk wordt dat beleid nog niet overal perfect uitgevoerd, schrijft Timo Schenk, promovendus econometrie en secretaris van de CPC. ‘De UvA houdt daarom toezicht over de uitvoering van dit beleid in alle faculteiten.’

 

Trager dan wenselijk
De aanbevelingen komen overeen met die van voorgaande jaren, constateren Van Wanrooij en Schenk: ‘Wat ons betreft is dat een indicatie dat verandering veel tijd nodig heeft en soms trager dan wenselijk gaat.’ 

 

In november werd het rapport gepubliceerd en in december werden de resultaten besproken met het CvB. De bevindingen in het rapport over het welzijn en de positie van promovendi baren het CvB zorgen, staat op de medewerkerswebsite van de UvA. ‘Samen met de faculteiten zal het CvB daarom weer extra aandacht schenken aan het bestaande beleid rondom de begeleiding, het welzijn en de sociale veiligheid van alle UvA-promovendi,’ laat een woordvoerder van de UvA weten.

Lees meer over