Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Stella Vrijmoed
actueel

UvA-gebouwen | Werken tussen de oude boeken en documenten in het IWO-boekendepot

Stella Vrijmoed,
22 december 2022 - 08:30

Vandaag deel twee in een tweeluik over het IWO, waar zowel een tentamenzaal is gevestigd als de boekenopslag van de Universiteitsbibliotheek. Kashmindra Vrede (44) werkt in het boekendepot, waar ‘elke meter telt’.

‘Het IWO-boekendepot behoort tot de bibliotheek (UB) voor de UvA (en de HvA). Wij zorgen ervoor dat alle boeken, scripties en kranten uit het depot bezorgd worden bij de juiste UB-locaties in Amsterdam. We beginnen de dag met aanvragen die tussen vijf uur ‘s middags de vorige dag en dat moment zijn gedaan. Die boeken halen we dan allemaal uit het depot. Die ordenen we zodat ze naar de juiste locaties kunnen. Er komen ook weer boeken terug die we in de kasten moeten zetten. We labelen nieuwe boeken en scripties die bij ons binnenkomen en repareren boeken die kapot zijn. En als we eraan toekomen hebben we letterlijk “doorschuifwerk”: elke meter telt in het IWO. Dus als het ons lukt om één meter aan ruimte in de boekenkast vrij te maken, dan doen we dat. Maar daar ben je wel even mee zoet, want het zijn veel, veel meters.’

 

Spookverdieping

‘We hebben drie verdiepingen met heel veel boeken. Elke verdieping is ongeveer zo groot als een voetbalveld. Er ligt bijna 100 kilometer aan boeken hier. Ik werk door het hele pand, de boekenkasten staan boven en achter in het gebouw. Aan de voorkant labelen en stickeren we de boeken en lenen we ze uit. Daar komen ook de bezoekers om boeken te lezen. Wij zorgen dat ze die krijgen.’

 

‘Niemand heeft hier een vaste werkplek, want we rouleren alle taken, zodat iedereen inzetbaar is op alle mogelijke manieren. Aan het begin van de dag bespreken we wie wat gaat doen. We werken echt allemaal samen en als de één klaar is dan krijgt de ander hulp. Het kan dat je een hele dag gewerkt hebt en aan het eind van de werkdag een collega tegenkomt die roept: “Hey, was jij er ook?!”. Het depot is echt gigantisch. Je zou denken dat we op een gegeven moment uit onze voegen barsten, maar er is ook nog een vierde verdieping. Daar ben ik nog nooit geweest, dus voor mij is het een spookverdieping. Maar we kunnen er nog een tijdje tegenaan hier.’

 

1861

‘Ik hou van oude boeken... daar hou ik echt van. Ik hou van dingen die al bestonden vóór mij. Dus ik vind het heerlijk om af en toe iets te pakken uit 1861. Ik kijk weleens in de boeken, maar wel minder dan in het begin. Toen was het telkens: “Oh wauw, ik zie allemaal oude dingen en ik mag ze zien en aanraken.” Nu wordt het iets normaler. Maar als ik tijd heb dan gluur ik nog wel eens. Maar je bent echt af en aan bezig met die boeken, dus het is niet dat je uitgebreid kunt gaan zitten lezen. Ik ben nu iets meer geïnteresseerd in hoe je bepaalt wat we wel in de collectie opnemen en wat niet, en waar alles komt te staan.’

 

‘Ik vind het hier ook fijn: er wordt geluisterd. Als mensen initiatief tonen, dan wordt er iets mee gedaan. Zo heeft een collega van mij de kans gekregen om dit ding te ontwikkelen en te produceren: de “swindle”. Daarmee kunnen we handig de kasten opendraaien en wordt het minder zwaar.’

 

Ver van alles

‘Het is hier wel een beetje ver van alles. Niet zo ver van mijn huis, in een kwartiertje ben ik op mijn werk. Maar alle andere afdelingen van de UB zitten natuurlijk meer in de binnenstad. En daarnaast is het ook nog een stukje lopen vanaf de metro als je met het openbaar vervoer komt. En ja, na een tijdje had ik die oude boeken wel gezien, maar maakt dat je werk minder leuk? Ik vind het nog steeds leuk als alles klokslag drie uur klaar staat. En om dan terug te horen van mensen dat ze zo snel geholpen werden door ons, daar doen we het voor, toch?’

 

Dit is een geactualiseerde versie van een interview dat Stella Vrijmoed enige jaren geleden had met Kashmindra Vrede.