In een gloednieuw Demonstrator Lab krijgen studenten en medewerkers de kans om hun onderzoek door te ontwikkelen in een product of dienst. Hoewel het lab gisteren werd geopend, zijn de eerste vier onderzoekers al van start gegaan met hun project.
Maandagmiddag opende Jan Lintsen van het College van Bestuur (CvB) de tweede Amsterdamse locatie van het Demonstrator Lab. Dat Demonstrator Lab is er voor de allereerste fase van onderzoek naar een toepassing. Studenten en medewerkers van de UvA, VU, HvA en Amsterdam UMC kunnen er terecht om een op onderzoek gebaseerd idee te ontwikkelen tot een product of dienst. Het Lab biedt begeleiding, een werkruimte met apparatuur en hulp bij het vinden van startkapitaal.
De opening van het Demonstrator Lab op het Science Park, die door een strakke organisatie gemoedelijk en ontspannen verliep, werd ingeleid door Chris Slootweg van het achtkoppige Science Park-team. Ook CvB-lid Jan Lintsen, bèta-decaan Peter van Tienderen en de vier starters kwamen aan het woord.
Zuidas
Eerder was er al een locatie van de VU op de Zuidas, gefinancierd door de gemeente Amsterdam via het programma IXAIXA staat voor Innovation Exchange Amsterdam-next. Het was een van de projecten van de VU waar de UvA al lange tijd met een jaloers oog naar keek, aldus Lintsen. Daar haakt Van Tienderen bij aan: ‘Ik dacht altijd dat demonstreren typisch iets was voor de UvA, maar wij kunnen dat nu ook,’ grapt hij.
De locatie op het Science Park is belangrijk, want als iets in de buurt is worden mensen sneller geïnspireerd en krijgen ze het gevoel dat het ook voor hem of haar is. Lintsen: ‘Het is heel belangrijk om ook op het Science Park zelf te zitten. De stap naar de Zuidas is voor veel UvA-onderzoekers te groot.’
Nieuwe opleiding
Voor het lab is een ruimte van tweehonderd vierkante meter vrijgemaakt tussen de onderzoeksgroepen van natuurkunde. De whiteboard vol met formules tonen daar nog de sporen van. Er is ruimte voor zeker tien tot twintig projecten. Op de VU lopen op dezelfde oppervlakte inmiddels al vijftig projecten. Daarnaast heeft de ruimte ook een functie als makerslab voor de nieuwe opleiding Science & Design, die van start moet gaan september 2023. Het zal de Amsterdamse variant worden van industrieel ontwerpen.
Er zijn al veel initiatieven om spin-offs van wetenschap te stimuleren verspreid door Amsterdam. Zo is er het Humanities Lab, broedplaats voor juridische dienstverlening de Law Hub, IXA, de incubator van het Amsterdam Center for Entrepreneurship, en het Demonstrator Lab op de Zuidas. Die initiatieven werken veel samen, benadrukken de sprekers: Amsterdam is te klein is om alles los te doen. Het Demonstrator Lab moet één verhaal vertellen en bruggen bouwen in plaats van eilandjes creëren. Dat sluit ook mooi aan bij het FNWI-faculteitsthema ‘connecting science,’ zegt Van Tienderen.
Urinemonitor
Er zijn al vier projecten van start gegaan bij het Demonstrator Lab Science Park. Eddy Lite onder leiding van UvA’er Rudolf Sprik is overgestapt van de VU-locatie en ontwikkelt goedkope manieren om de eigenschappen van carbon (koolstofvezels) te testen. De markt van carbon zit in de lift omdat het materiaal door zijn sterke en lichte eigenschappen steeds vaker ijzer vervangt in onder andere wielrenfietsframes of vliegtuigen. Tom Brouwer, dokter bij Amsterdam UMC ontwikkelt met Flowsure een urinemonitor om de urineproductie van patiënten in het ziekenhuis bij te houden. Deze hangende weegschaal die de tijd bij houdt, verbetert de veiligheid van de patiënten en vermindert de werkdruk bij verplegers die dat nu elk uur moeten controleren.
Projecten van het Demonstrator Lab hoeven nadrukkelijk niet altijd een succes te worden. Of het lukt of niet is minder belangrijk dan of je er wat van geleerd hebt en of je er plezier aan hebt beleefd. Van Tienderen kijkt al uit naar de nieuwe prototypes die gebouwd zullen worden. ‘Als er een prototype mislukt, stuur hem dan naar mij, dan zet ik die op mijn bureau.’