Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: UvA
actueel

Juristen bezorgd om ethische aspecten bij aanstelling bijzonder hoogleraren

Dirk Wolthekker,
17 december 2021 - 09:00

Een twintigtal (postdoctorale) onderzoekers aan de rechtenfaculteit heeft vandaag een brief gestuurd aan decaan Nollkaemper waarin zij hem oproepen de benoeming en financiering van bijzondere hoogleraren tegen het licht te houden.

Aanleiding voor de brief is een publicatie op 10 december op het online journalistieke onderzoeksplatform Follow the Money (achter betaalmuur hier). In dat artikel worden benoemingsprocedures en financieringsconstructies van bijzonder hoogleraren aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de UvA doorgelicht, in het bijzonder gaat het om hoogleraren belastingrecht. Volgens de briefschrijvers, die aan Folia zeggen 'bijzonder geschokt' te zijn door het artikel, raken de beschreven casussen ‘(mogelijk) de onafhankelijkheid van onderwijs en onderzoek’ aan de rechtenfaculteit.

‘Als onderzoekers aan dezelfde faculteit vrezen wij dat ook ónze geloofwaardigheid als onafhankelijke onderzoekers in het geding is’

‘Dit reikt echter verder dan alleen maar de onderzoekers en hoogleraren die direct door dergelijke financieringsconstructies gesponsord worden. Als onderzoekers aan deze zelfde faculteit vrezen wij dat ook ónze geloofwaardigheid als onafhankelijke onderzoekers in het geding is,’ aldus de schrijvers.

 

Bijzonder hoogleraren zijn wetenschappers met een veelal specifieke kennis die namens een bedrijf of organisatie onderzoek doen en/of onderwijs verrichten aan een universiteit, maar daarvoor niet door de universiteit, maar door het bedrijf in kwestie worden betaald, waardoor de onafhankelijk van de onderzoekers in het geding zou komen en daar komen deze briefschrijvers tegen in het geweer.

 

De briefschrijvers zeggen verder: ‘Dergelijke onafhankelijkheid kan onzes inziens niet worden gewaarborgd door alleen maar een academische vrijheidsclausule op te nemen in de respectievelijke financieringsconstructie. Daarom vernemen wij graag of de faculteit voornemens is om een aanvullende, uitgebreidere verklaring te publiceren. Daarnaast hopen wij dat de faculteit tevens van deze gelegenheid gebruik maakt om een duidelijk, robuust en open beleid te formuleren betreffende financiering door de privésector.’

 

Zie hier voor de hele brief in het Nederlands en Engels.