Het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP), waar alle werknemers van de UvA sparen voor hun oude dag, gaat alle beleggingen in producenten van fossiele brandstoffen (olie, gas en kolen) beëindigen. ‘Fossiele brandstofbedrijven zijn niet meer de toekomst.’
Het ABP, een van de grootste pensioenfondsen ter wereld, heeft op dit moment 15 miljard euro geïnvesteerd in producenten van fossiele energie, bijna drie procent van het totaal belegd vermogen. In het eerste kwartaal van 2023 moet ‘het merendeel’ ervan verkocht zijn. Een deel van de beleggingsportefeuille kan echter niet zo snel verkocht worden, vertelt ABP-woordvoerder Asha Khoenkhoen. ‘Gezien de belofte met betrekking tot behoud van rendement, moeten we er het juiste moment voor vinden. Beursgenoteerde bedrijven kun je snel van de hand doen, maar met de minder liquide bedrijven gaat dat moeilijker, en daar nemen we dan ook de tijd voor.’
Bij actiegroep UvA Fossielvrij, dat bijna 1.100 handtekeningen van UvA-medewerkers onder een petitie kreeg, is men overdonderd door het nieuws, zegt Nathan van Kleij. ‘We hoorden via via dat er binnen ABP stappen in de goede richting werden gezet, maar het de-investeren in de fossiele industrie hadden we nog niet verwacht.’
Invloed uitoefenen
Tot voor kort was het beleid van het ABP gestoeld op het behouden van beleggingen in fossiele bedrijven, om op die manier invloed uit te oefenen. Maar de recent gepubliceerde rapporten van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) en het VN-klimaatpanel (IPCC) hebben het tij doen keren, aldus het ABP. ‘In het verleden waren er natuurlijk al rapporten van deze instanties, maar de meest recente zijn heel alarmerend en laten zien dat er een radicale verandering nodig is. Fossiele brandstofbedrijven blijken die omslag niet snel genoeg te kunnen maken,’ vertelt Khoenkhoen.
Volgens Van Kleij is dat een marketingtruc. ‘Dat de urgentie opeens tot het ABP is doorgedrongen is nonsens. Ik denk dat we het vooral te danken hebben aan actiegroepen zoals ABP Fossielvrij, die hier jaren voor gevochten hebben, en ook met een rechtszaak hebben gedreigd. We weten allemaal hoe dat voor Shell afgelopen is.’
Geen garantie
De vraag is hoe het nu verder gaat. Het ABP benadrukt dat de beleggingen in producenten van fossiele energie zullen worden beëindigd, maar beleggingen in bedrijven die grootverbruiker van bijvoorbeeld kolen of olie zijn, blijven vooralsnog buiten schot. Van Kleij vreest dat het geld via die beleggingen alsnog indirect doorstroomt naar de oliegiganten.
Volgens Khoenkhoen zal de 15 miljard die nu vrijkomt, niet naar bedrijven gaan die veel fossiele brandstoffen gebruiken, al kan ze daar geen garantie voor geven. ‘Wij willen het vrijgekomen geld vooral steken in hernieuwbare energie. Zonnepanelen, windmolenparken, en startups op het gebied van duurzaamheid. Fossiele brandstofbedrijven zijn immers niet meer de toekomst, en dus zit er aan die beleggingen een risico verbonden. Wij willen ons geld bestemmen in bedrijven die wél de toekomst hebben.’
Banden met Shell
Van Kleij benadrukt dat het met deze overwinning nog niet voorbij is. ‘Voor de UvA spelen meer kwesties dan alleen het pensioenfonds. Fossielvrij NL vindt bijvoorbeeld dat we als universiteit ook geen banden meer moeten hebben met bedrijven als Shell. Als UvA Fossielvrij hebben we hier nog geen standpunt over ingenomen, maar mij lijkt het een goed idee om de financiële banden tussen universiteiten en fossiele industrieën, en hun wederzijdse invloed, onder de loep te nemen.’
Wat de ambities van de UvA zijn op het gebied van fossiele energie en duurzaamheid, is volgens Van Kleij onduidelijk. De UvA heeft zich in de campagne voor een fossielvrij pensioen op de achtergrond gehouden, vindt Van Kleij. ‘De UvA heeft, in ieder geval voor de bühne, geen aandeel gehad in deze strijd,’ zegt hij.
Wel riep de Vereniging van Universiteiten, waar de UvA deel van uit maakt, een commissie in het leven die het ABP zou adviseren over maatschappelijk verantwoord beleggen.