Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Emma Mamisoa Nomena
actueel

Voor promovendus Emma Mamisoa Nomena is onderzoek niet genoeg: ‘Ik wil impact hebben’

Femke van Lonkhuizen,
10 mei 2021 - 11:47

De roep om oplossingen voor de klimaatcrisis is luider dan ooit. Dat weet ook UvA-promovendus Emma Mamisoa Nomena (27), zij houdt zich bezig met het zoeken naar een oplossing voor de klimaatverandering. Met haar onderzoek naar groene materialen bemachtigde ze een plek in de Forbes 30 under 30. ‘Mensen zijn niet het centrum van het universum.’

Over de vraag hoe oud ze is, moet Emma Mamisoa Nomena even nadenken. Ze lacht en legt vervolgens uit: ‘In Madagaskar, waar ik vandaan kom, is leeftijd anders dan in de westerse wereld. Hier wordt er geteld vanaf het moment dat je bent geboren, maar in Madagaskar tellen we vanaf het moment dat de eicel is bevrucht. In Madagaskar ben ik dus 28, maar hier ben ik 27.’

 

Mamisoa Nomena staat met haar onderzoek naar plastic dat gemaakt wordt van citrusschillen in de Forbes 30 under 30-lijst. Dit is een lijst samengesteld door Forbes magazine van jonge Europeanen die uitblinken in een vakgebied. Eerder won Mamisoa Nomena ook al de Green Talent Award. Daarnaast heeft ze een eigen non-profitorganisatie Wise With Waste én helpt ze vrouwen met een studie in de bètawetenschappen in haar geboorteland Madagaskar.  

 

Hoe vind je het om in de 30 under 30 list te staan?

‘Toen ik voor het eerst hoorde van deze lijst, was ik erg onder de indruk van de interessante mensen die erop staan. Ik wil ook zo zijn, dacht ik meteen. Daarom besloot ik om mezelf hiervoor aan te melden. Deels heb ik me aangemeld voor de erkenning van anderen en deels om mezelf wat erkenning te geven. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik extra hard moet werken voor de dingen die ik doe. Dat dingen altijd een beetje moeilijker zijn voor mij, in tegenstelling tot bijvoorbeeld iemand die uit Nederland komt.’

‘Soms voelde het alsof ik alleen maar hier was vanwege een quotum’

Waar komt dit gevoel vandaan?

‘Op mijn 16e kreeg ik een scholarship en ging ik studeren in Frankrijk. Ik was jong en moest een nieuwe wereld ontdekken. Daarnaast voelde het soms alsof ik alleen maar hier was vanwege een quotum. Dat er bijvoorbeeld een bepaald aantal vrouwen nodig is of iemand die uit een ander land komt. Het voelde alsof ik het niet écht verdiende om hier te zijn en daar werd ik onzeker van. In de loop van de tijd ben ik steeds harder gaan werken. Eigenlijk ben ik een beetje gaan overcompenseren, zodat ik iedereen kan laten zien dat ik het wél verdien. Ik zie dit om me heen ook gebeuren. Vrouwen van kleur doen vaak mee in competities en wedstrijden, om maar een zo goed mogelijke CV te hebben.’

 

Je helpt ook andere vrouwen die hebben gekozen of willen kiezen voor de bètawetenschappen. Waarom vind je dit belangrijk?

‘Bètawetenschappen lijken een echte mannenwereld. Als je een vrouw bent, ben je vaak de enige vrouw. Ik kan me voorstellen dat veel vrouwen daarom kiezen voor een andere richting. Ik heb zelf ook veel uitdagingen gehad in mijn carrière en daarom wil ik nu graag andere vrouwen helpen. Ik geef nu workshops over hoe je kunt netwerken, hoe je proposals schrijft en hoe je een goed cv kunt opbouwen. Gelukkig zie ik steeds meer organisaties en bewegingen die vrouwen stimuleren om voor bètavakken te kiezen. Ik ben dan ook erg hoopvol voor de toekomst.’

 

Als promovendus doe je onderzoek naar biobased plastic. Wat is dat precies?

‘Ik doe onderzoek naar de productie van biobased materialen met behulp van citrusschillen, zoals sinaasappelschillen en citroenschillen. Dit zijn bijproducten van de sapindustrie en worden normaal gesproken weggegooid, maar van deze materialen kun je ook plastic verpakkingen maken. Dit kan een vervanging zijn voor voedselverpakkingen die vaak op fossiele brandstoffen zijn gebaseerd. De verpakkingen, die mijn team en ik hebben gemaakt, lijken erg op gewoon plastic. Ons bio-plastic heeft zelfs een bonus ten opzichte van normaal plastic. Doordat we kurkuma, het hoofdingrediënt in currykruiden, hebben toegevoegd, heeft ons plastic antioxiderende en antibacteriële eigenschappen. Heel handig als je voedsel wilt verpakken.’

Heb je je altijd beziggehouden met het milieu?

‘Toen ik stages ging kiezen, koos ik ook elke keer bewust voor “groene onderwerpen”. Zo was mijn eerste stage in de VS. Hier probeerde ik om beton te maken zonder cement. Cement is het meest voorkomende bouwmateriaal en zorgt daardoor voor 8 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot. Ik heb ook stagegelopen bij Nestlé waar we een alternatief voor palmolie in KitKat-repen zochten.’

 

Het milieu is een rode draad door je carrière. Waar komt je ambitie voor dit onderwerp vandaan?

‘Eigenlijk gewoon door om me heen te kijken. In Madagaskar hebben we een sterke band met de natuur. Alles wat we daar doen, heeft invloed op de natuur. Als we de bomen kappen, sterven er bepaalde diersoorten uit en dit heeft uiteindelijk invloed op het hele milieu. De mens is niet het middelpunt van het universum. We moeten daarom heel voorzichtig omgaan met de natuur. Voor mij is het heel gewoon en natuurlijk om hiermee bezig te zijn.’

‘Dan ben ik een tijd bezig met een onderzoek en moet ik vervolgens stoppen omdat de ontwikkeling en de implementatie niet aan mij zijn. Ik wil graag een echte impact hebben in de wereld’

Je doet ontzettend veel verschillende dingen. Wat doe jij als je niet werkt, studeert of vrijwilligerswerk doet?

‘Slapen… Vraag maar aan de mensen om me heen, ik slaap heel veel. Ik houd ook wel erg van eten, maar dat vind ik in Nederland wat moeilijker. Zo was elke dag lunchen met brood even wennen.

Verder stop ik al mijn vrije tijd in mijn organisatie die ik samen met anderen heb opgericht. Hiermee willen we een zero waste-wereld creëren. We willen mensen leren over hun afvalvoetafdruk, concrete stappen voorstellen om hun hoeveelheid afval te verminderen, en opruimactiviteiten op het zuidelijk halfrond financieren.’

 

Heb je het gevoel dat je met je onderzoeken iets kan bijdragen aan het verbeteren van de klimaatcrisis?

‘Ik doe onderzoek en probeer telkens opnieuw achter antwoorden te komen. In de zes maanden dat ik stage loop vind ik vaak veel antwoorden, maar dat betekent helaas niet dat er ook echt iets verandert. Weten wat je moet doen en wat goed is, is niet altijd genoeg. We weten dat er een klimaatcrisis is, maar het oplossen gaat nog heel lang duren. Ik ben blij dat ik kan zeggen dat ik bijdraag aan het vinden van oplossingen, maar of ik al resultaat heb gezien… Zijn de KitKats nu palmolievrij? Hebben de supermarkten nu allemaal bio plastic? Nee, helaas niet.’

 

Hoe ziet de toekomst voor jou als wetenschapper eruit?

‘Als wetenschapper word je blij als je iets nieuws hebt ontdekt en dat is voor veel mensen genoeg. Ik ben er in de laatste jaren achter gekomen dat dit voor mij niet genoeg is. Soms is het zelfs een beetje frustrerend. Dan ben ik een tijd bezig met een onderzoek en moet ik vervolgens stoppen omdat de ontwikkeling en de implementatie niet aan mij zijn. Ik wil graag een echte impact hebben in de wereld. Daarom denk ik dat consultant in het bedrijfsleven uiteindelijk beter bij mij past. Dan hoop ik echt een verschil te kunnen maken.’