Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Publiek domein
actueel

Kwaliteit en prijs cateringbroodjes UvA weer ter discussie

Dirk Wolthekker,
11 februari 2021 - 10:09

Het contract met cateraar Cirfood is verlengd, maar omdat een heropening van de UvA-restaurants nog ver weg lijkt is er alle tijd om de prijs van de broodjes weer eens op de agenda te zetten. ‘Sommige broodjes kosten vier euro, eigenlijk wel wat duur.’

Het lijkt een discussie van alle UvA-tijden: de prijs van de broodjes in de kantines. En hoewel die momenteel dicht zijn en de campussen uitgestorven is het misschien toch tijd om er maar weer eens over te beginnen, te meer daar net de verlenging van het cateringcontract is afgesloten met Cirfood. De centrale studentenraad (CSR) heeft de kwestie maar weer eens op de agenda gezet. ‘Sommige broodjes kosten vier euro, eigenlijk wel wat duur. Je zou eigenlijk willen dat er geen winstoogmerk op een broodje zit, al begrijp ik wel dat de cateraar ook omzet moet maken. We zouden graag weer eens in gesprek gaan met de UvA,’ zegt CSR-voorzitter Nina Hol.

‘Sommige broodjes kosten vier euro, eigenlijk wel wat duur. Je zou eigenlijk willen dat er geen winstoogmerk op een broodje zit’

Bert Zwiep, hoofd facilitair management en aan de UvA-kant verantwoordelijk voor de catering, wil graag weer om de tafel met studenten, maar zegt gelijktijdig: ‘Wij zijn permanent in gesprek met studenten en het contract dat we hebben afgesloten met Cirfood gaat ook nadrukkelijk uit van de wensen van de gebruikers, medewerkers en studenten.’ De CSR zou naar de broodjesprijs willen kijken in relatie tot de kwaliteit. Wat de studenten betreft moet er ook ‘meer vegetarisch of veganistisch’ bij zijn, en dan natuurlijk ook tegen een acceptabele prijs, desnoods door reguliere broodjes iets duurder te maken.

 

Meer goede eiwitten

‘Duurzaamheid is zeer zeker onderdeel van het nieuwe verlengde cateringcontract,’ zegt Zwiep. ‘Dat betekent meer goede eiwitten, meer plantaardige en minder dierlijke. Maar ik verwacht niet dat we helemaal vegetarisch zullen worden. Voor de generatie van 18 tot 24 jaar hoort vlees eten er gewoon bij. Hoewel dertig procent van die generatie zegt niet meer dagelijks vlees te eten, noemt slechts 5 procent zich vegetariër, inclusief veganisten. Dit beeld van het Food Service Instituut Nederland komt overeen met ons eigen onderzoek onder 3.500 UvA-HvA-studenten. Misschien dat dit percentage aan de UvA iets hoger of lager ligt, maar als we geen vleesproducten meer zouden verkopen, zouden we nog maar een zeer beperkte groep van de bezoekers over houden.’

 

Voorlopig wordt het percentage van 5 procent niet eens gehaald nu de restaurants al bijna een jaar zo goed als dicht zijn. Wanneer de restaurants weer open gaan kan Zwiep niet zeggen. ‘Alles hangt van de (versoepeling van de ) coronamaatregelen af. Tot die tijd – en ook daarna – blijven we met elkaar in gesprek over de wensen van de gebruikers en het aanbod van onze leverancier,’ zegt Zwiep.