Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Kristine Wook (Unsplash)
actueel

‘Ex-coronapatiënten maar één keer prikken kan helpen bij vaccinschaarste’

Marleen Hoebe,
3 februari 2021 - 12:26

Hoe kunnen we slimmer met het tekort aan vaccins omgaan? Is het wijs om de periode tussen twee vaccins op te rekken? We legden acht vaccinvragen voor aan viroloog Menno de Jong (Amsterdam UMC). ‘We moeten de periode tussen de twee vaccinaties zo klein mogelijk maken, om te voorkomen dat de vaccins straks niet meer bestand zijn tegen virusvarianten.’

Er is veel kritiek op het Nederlandse vaccinatiebeleid. Het duurt lang voordat ouderen een vaccinatie krijgen en deskundigen begrijpen niet waarom zestigplussers met medische indicatie nu weer later een injectie krijgen. Kunt u uitleggen waarom het zo loopt?
‘De vaccinatie van onze zorgmedewerkers in het Amsterdam UMC die met name op covid-afdelingen werken ging snel; binnen een week was dat gebeurd. De GGD’en en huisartsen zijn verantwoordelijk voor het inenten van de rest. Ik kan niet beoordelen op welke manier dat sneller zou kunnen, omdat ik niet in die organisatie zit. Wel weet ik dat men zich de pleuris werkt om het snel gedaan te krijgen.

Het vroeger vaccineren van het zorgpersoneel was tegen het oorspronkelijk advies van de Gezondheidsraad in. Maar de capaciteit van de zorgmedewerkers staat onder druk. Ze lopen risico en veel zitten ook thuis door de verplichte quarantaine. Daarom hebben zij eerder een vaccin gekregen. Verder geven we nu prioriteit aan ouderen boven de zestig jaar, te beginnen met de oudsten, omdat we hiermee de ziektelast en mortaliteit verlagen. Na de leeftijd van zestig jaar neemt het risico op ziekenhuisopname en overlijden exponentieel toe. 
Het liefst vaccineer je de hele bevolking in een keer, maar vaccins zijn vooralsnog schaars en dus moeten we verstandige keuzes maken. Die schaarste geeft natuurlijk wel zorgen en de onzekere en steeds veranderende vaccinaanvoer stemt niet bepaald gerust.’

Foto: Jonas Briels
Menno de Jong

Hebt u nog meer zorgen?
‘Ja, ik maak me zorgen over het plan om het interval tussen de twee vaccinaties te verlengen. Het eerste vaccin beschermt namelijk nog niet en is bedoeld om het immuunsysteem te trainen. Je bouwt dan een geheugen van de immuniteit op en maakt ook wel wat antilichamenAntilichamen zijn eiwitten die je lichaam aanmaakt wanneer er lichaamsvreemde stoffen binnenkomen. Wanneer ze die stoffen herkennen gaan ze daaraan binden. aan maar niet genoeg om goed te beschermen. Vaccin 2 is er om het getrainde immuunsysteem een boost te geven. Na die tweede vaccinatie ben je pas goed beschermd. Dat betekent dat je tussen de twee vaccinaties nog wel besmet kunt raken. Bij een infectie gaat het coronavirus vermenigvuldigen in het lichaam waarbij altijd mutaties ontstaan. In aanwezigheid van de nog niet beschermende antilichamen kunnen dan virusvarianten ontstaan die resistent zijn tegen de antilichamen. Wanneer zulke varianten ontstaan en gaan verspreiden, zijn de huidige vaccins minder effectief. Daar moeten we dus voor oppassen.’

Dit vindt Menno de Jong
  • Rek de termijn tussen twee prikken niet op naar meer dan drie weken.
  • Vaccineer ex-coronapatiënten later, en misschien maar één keer.
  • De kans op aangeboren afwijkingen door de vaccins is nihil.
  • Ga niet aangeschoten of dronken naar een vaccinatiepunt.

Beschermen de vaccins nog wel goed genoeg tegen de virusvarianten die er nu zijn?
‘Voor de besmettelijkere Engelse variant blijkt er geen probleem te zijn. De vaccins zouden wel wat minder effectief kunnen zijn tegen de Braziliaanse en Zuid-Afrikaanse varianten, omdat hierbij het viruseiwit – waartegen antilichamen worden opgewekt – meer veranderingen heeft doorgaan.’

 

Hoe groot is de kans dat zo’n besmettelijkere variant ontstaat?
‘Het virus verandert continu. Het opmerkelijke aan de Engelse, Braziliaanse en Zuid-Afrikaanse varianten is dat ze een behoorlijk aantal veranderingen tegelijkertijd hebben doorgemaakt. De kans dat dit gebeurt is heel klein. Het moet haast wel gebeurd zijn in een situatie waarin het virus langdurig kans had om te vermenigvuldigen, bijvoorbeeld in een patiënt met verminderde afweer – dat kan voorkomen bij iemand die een orgaantransplantatie heeft gehad. In gezonde mensen krijgt het coronavirus relatief korte tijd om te veranderen, omdat zij binnen een week het virus kwijt zijn. Bij mensen met een verstoord immuunsysteem kan het vele weken blijven vermenigvuldigen.
Als het virus lang genoeg de tijd heeft om te muteren, is het nog steeds een kwestie van een lot uit de loterij dat een besmettelijkere variant ontstaat. Maar steeds meer mensen raken geïnfecteerd, dus over de tijd wordt de kans wel steeds groter dat het een keer gebeurt.’

 

Hoe kunnen we voorkomen dat de coronavaccins niet meer opgewassen zijn tegen virusvarianten?
‘Het is belangrijk om goed te monitoren of er nieuwe varianten ontstaan. Het mooie is dat we daar nu de technieken voor hebben. Verder is het verstandig om de wachtperiode tussen de twee vaccinaties zo klein mogelijk te maken. In Engeland is het idee om de tweede prik pas drie maanden na de eerste vaccinatie te geven. Zelf ben ik voorstander van drie weken, omdat er geen bewijs is dat na drie maanden een tweede vaccinatie geven een goed plan is. Ik vind drie maanden gevaarlijk, maar de Engelsen zijn wel creatief bezig om de vaccinschaarste aan te pakken. Ik denk alleen dat er een veiligere oplossing is.’

‘Het is mogelijk dat bij genezen coronapatiënten één vaccin al genoeg is voor de opbouw van goede immuniteit’

Wat voor andere oplossingen zijn er om de schaarste aan te pakken?
‘Als je een corona-infectie doormaakt, bouw je immuniteit op. We weten nog niet hoe lang die immuniteit beschermt tegen het virus. Maar inmiddels weten we wel dat de meesten heus wel drie maanden beschermd zijn, misschien zelfs wel zes maanden. Je kunt dan overwegen om geen vaccin te geven aan iemand die de afgelopen drie maanden een infectie heeft doorgemaakt. Dan kun je dat vaccin van diegene mogelijk beter aan iemand anders geven.

Een andere optie is om ex-coronapatiënten maar één keer te vaccineren. We weten dat, net als na de eerste vaccinatie, mensen een immuungeheugen opbouwen na infectie. Als je diegene dan een vaccin geeft, gaan de “B-geheugencellen” – oftewel het geheugen van je immuunsysteem – enorm snel antilichamen produceren. Het is mogelijk dat bij genezen coronapatiënten één vaccin al genoeg is voor de opbouw van goede immuniteit omdat het immuunsysteem dan weer een boost krijgt, net zoals dat bij mensen gebeurt na vaccin 2.

Het Amsterdam UMC kan dat in samenwerking met de GGD onderzoeken bij een grote groep ex-coronapatiënten die we al lange tijd volgen. Binnen een maand zouden we kunnen weten of eenmalige vaccinatie na een doorgemaakte infectie een veilige en haalbare strategie is om vaccins te sparen.’

 

Waarom is het nog niet mogelijk om dit te onderzoeken?
‘Nee, we moeten voor het onderzoek minimaal vierhonderd vaccins hebben en die zijn op het moment hard nodig op andere plekken. Aan de andere kant kan het onderzoek op de iets langere termijn veel opleveren. Ongeveer één miljoen Nederlanders zijn sinds de eerste golf positief getest in teststraten. Die mensen hebben dus allemaal een bewijs dat ze een corona-infectie hebben gehad.

Als uit ons onderzoek blijkt dat je inderdaad bij alle genezen coronapatiënten een effectieve boostrespons ziet na één vaccinatie – zie dit even als rekenen op een bierviltje – dan zal dat dus op de bevolking één miljoen vaccins schelen. Zij hebben dan namelijk maar één vaccinatie nodig. En die één miljoen vaccins kunnen weer naar anderen. In tijden van schaarste is dat een hele hoop.’

‘Het is flauwekul dat coronavaccins invloed hebben op de vruchtbaarheid’

Er gaan verhalen dat vrouwen door de vaccins misschien niet meer zwanger kunnen raken, dat de vaccins gevaarlijk zijn tijdens de zwangerschap en dat alcohol effect heeft op de werkzaamheid. Kloppen die verhalen?
‘Het is flauwekul dat de vaccins invloed hebben op de vruchtbaarheid. Ik denk dat deze zorgen komen doordat de huidige twee vaccins, van Pfizer en van Moderna, gebaseerd zijn op mRNA, een stukje codering voor het spike-eiwit van het covid-19-virus. Hierdoor gaat het lichaam zelf dat viruseiwit maken waarna dit vaccin werkt als elk ander vaccin: het immuunsysteem krijgt dat spike-eiwit te zien en gaat erop reageren. Het mRNA beïnvloedt de vermenigvuldiging van ons DNA niet. Dat kan ook niet, want dat gebeurt in de celkern en daar komt dat mRNA niet. Bovendien verdwijnt het mRNA snel weer, omdat je lichaam het afbreekt. De kans dat de coronavaccins voor aangeboren afwijkingen kunnen zorgen is dus ook nihil. 
Formeel gezien zijn keiharde uitspraken over de veiligheid van de vaccins tijdens de zwangerschap nog niet mogelijk, omdat in de grote onderzoeken naar de veiligheid en effectiviteit van de vaccins bijna geen zwangere vrouwen zaten. Wel lijken zwangere vrouwen die covid-19 doormaken een iets verhoogd risico op een ernstiger ziektebeeld en vroeggeboorte te hebben. Zwangere vrouwen moeten dus in overleg met hun huisarts de risico’s van covid-19 en vaccinatie op de zwangerschap afwegen. Voor vrouwen die extra kwetsbaar zijn, vanwege een onderliggende ziekte, ligt de drempel om te vaccineren bijvoorbeeld wellicht wat lager.

Wat betreft de invloed van alcohol op de vaccins: veel alcohol is niet goed voor het immuunsysteem. Je kunt dus beter niet dronken naar een vaccinatiepunt gaan.’