UvA-student Geertje Hulzebos (27), oud-voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond, was jarenlang slachtoffer van huiselijk geweld door haar ex-vriend. Inmiddels voert ze actie voor ‘anderen die niet gezien worden.’ ‘Het is belangrijk dat mensen beseffen dat zo’n situatie niet bepaalt wie je bent.’
‘Ik kwam mijn ex-vriend tegen bij de demonstratie tegen de 1040-urennorm op het Museumplein. Hij ging niet naar school, hij had alleen de basisschool afgemaakt. Hij was lang, blond en een jaar of achttien. Ik was veertien en net uit huis geplaatst door Jeugdzorg omdat ik gedragsproblemen had. Ik woonde afwisselend in Alkmaar, Groningen en Zaandam bij familie en kennissen.
Geertje Hulzebos is masterstudent filosofie bij de UvA en Research Fellow op het gebied van sociologie bij de Vrije Universiteit. Ook is ze panellid namens studenten bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie. In het verleden was ze onder meer actief als voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond en van de facultaire studentenraad van de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen. Hulzebos begon haar middelbareschooltijd op het vmbo.
Ik vond hem niet eens leuk, ik zocht gewoon veiligheid. Hij had een appartement in West boven het computerwinkeltje van zijn vader. Daar gingen we samenwonen toen ik vijftien was – ik had weinig contact met mijn ouders, het leek een oplossing voor iedereen. Ik werkte parttime bij de Xenos en hij deed niets, dus we hadden weinig geld. Ons avondeten bestond vaak uit Euroshopper-brood. Al snel ging ik niet meer naar school.
De financiële situatie veroorzaakte spanningen. Dat werd gauw fysiek. Aanvankelijk probeerde ik me nog tegen zijn klappen te verdedigen, maar dat werd er al snel uitgeslagen. Hij was vreselijk jaloers: ik mocht bijvoorbeeld niet met andere mannen praten. Wekelijks stonden drie keer politieagenten aan de deur, dan hadden de buren het alarmnummer gebeld omdat hij mijn fiets in de sloot had gepleurd of hij mijn spullen van het balkon had gegooid. Ik bagatelliseerde alles tegenover de politie, ik was bang dat eventuele hulpverleners voor gezeik zouden zorgen. Mijn honden, Jah en Migi, waren mijn lichtpuntjes. Zij sprongen voor me als ik klappen kreeg, en andersom deed ik dat ook.
Verblind
Op een dag was het weer raak: er was een salontafeltje door de kamer gevlogen en mijn ex-vriend had koffie over me heengegooid. Opeens stond het hele trappenhuis vol politieagenten. Mijn ex had heel veel openstaande schulden en verkeersboetes en dat was aanleiding om hem op te pakken. Hij schreeuwde nog dat ik moest betalen, maar een agente drukte me toen op het hart om dat vooral niet te doen. Zij gaf me plotseling inzicht in wat er eigenlijk gebeurde, daarvoor was ik verblind door de situatie. Natuurlijk had ik al gewild dat hij wegging, maar als ik dat zei zou ik een mes op mijn keel krijgen. Ook had hij mijn collega’s en ouders uitgescholden. Ik zag niet meer dat er een uitweg was, dat ik zelf volledig in staat zou zijn iets nieuws op te bouwen.
Twee weken later kwam hij al vrij omdat iemand zijn boetes had betaald. Ik heb hem daarna nog drie keer gezien, waarvan een keer bij de Febo. Mijn maag draaide om, mijn lichaam sloeg op hol, daar schrok ik van. Toen realiseerde ik me pas dat ik zwaar getraumatiseerd was, ik had constant nachtmerries. Ik zocht toen contact met de studentenpsycholoog, waar ik brieven moest schrijven om mijn woede en verdriet te verwerken. Mijn hondjes heb ik naar het asiel moeten brengen omdat ik studeerde, stage liep en daarnaast nog moest werken. Dat vond ik verschrikkelijk, ik had het gevoel dat ik ze in de steek liet terwijl ze mijn leven hadden gered.
Erkenning
Ik heb de situatie overleefd, maar het heeft me wel gevormd tot wie ik ben. Je tienerjaren zijn superbelangrijk voor je ontwikkeling. Ik hoop dat mensen zich in mijn verhaal herkennen en dat duidelijk wordt dat slachtoffers van huiselijk geweld ook mensen zijn van wie je het helemaal niet verwacht. Sinds het verbreken van die relatie is mijn hele leven veranderd. Ik wil laten zien dat het écht beter kan worden – zo’n relatie hoeft absoluut niet bepalend te zijn voor wie je bent. Het doorbreken van zo’n afhankelijkheidsrelatie is heel moeilijk, maar uiteindelijk heb ik actie ondernomen en mijn leven vormgegeven zoals ik dat zelf wilde. Dat gun ik anderen ook.
Soms denk ik: vroeger relde ik tegen mijn ouders en ex-vriend, nu tegen minister Van Engelshoven. Ik word vooral boos als mensen niet gezien worden. Als studenten meer geld vragen voor onderwijs en de minister heeft het over een Holle Bolle Gijs-mentaliteit, kan ik razend worden. Je ontkent daarmee de miserabele staat van leven van sommige studenten en de werkdruk, terwijl je juist zou moeten erkennen dat er heel hard gewerkt wordt en dat mensen er mogen zijn. Dat heb ik juist zo gemist. Het is belangrijk dat mensen beseffen dat hun gevoelens legitiem zijn.
Overigens vind ik actievoeren ook gewoon hartstikke leuk. Sinds ik studeer voelt het alsof ik eindelijk jong mag zijn. Ik heb tijd om na te denken en boeken die me daarbij helpen. Ik vind het belangrijk dat dat voor iedereen mogelijk is, daarom zet ik me ook in voor bekostiging van schakeltrajecten en toegankelijk onderwijs: niet iedereen heeft een koninklijke route. Dat is iets waarvoor ik me de rest van mijn leven wil inzetten.’
Heb je advies of hulp nodig? Bel met Veilig Thuis op 0800-2000, gratis en 24/7 bereikbaar (ook via chat). Hulpverleners van Mind Korrelatie zijn bereikbaar via 0900-1450 (15 cent p/m) van maandag tot vrijdag (9.00 tot 18.00 uur) of via WhatsApp, chat en e-mail.