Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Privéarchief Doortje van Leeuwen
actueel

‘Hij ging met zijn hand in mijn broek toen we op de bank zaten’

Marleen Hoebe,
3 februari 2020 - 10:07

Volgens de Landelijke Studentenvakbond weten studenten vaak niet waar ze seksuele intimidatie op de universiteit kunnen melden. Maar wat als je niet weet of er sprake is van seksuele intimidatie en of je het moet melden? Rechtenstudent Doortje van Leeuwen werd een aantal jaar geleden aangerand toen ze bestuurslid was van haar dispuut. Ze schreef het op in haar dagboek, maar sprak er jarenlang met niemand over. ‘Ik vond het heel moeilijk om te zeggen dat er dit keer iets was gebeurd wat ik niet wilde.’

Doortje van Leeuwen (nu rechten, 24) studeerde toegepaste psychologie aan de HvA toen ze bestuurslid van haar gemengde dispuut aan een Amsterdamse studentenvereniging was. Tijdens een van die avonden dat ze op de vereniging tot sluit aanwezig was, wilde een zesdejaars met haar mee naar huis.

Slechte informatievoorziening

De LSVb deed onderzoek naar de informatievoorziening van Nederlandse universiteiten en hogescholen omtrent ongewenst gedrag. Uit haar onderzoek bleek dat op 16,7 procent van de universiteiten online geen informatie over ongewenst gedrag te vinden is. Een woordvoerder van de UvA vertelt aan Folia dat er een aparte pagina over vertrouwenspersonen op de website is, en dat die ook regelmatig in haar nieuwsbrief vermeldt. ‘De informatie is goed vindbaar. Ook kun je op de UvA bij vertrouwenspersonen van verschillende faculteiten terecht. Je mag zelf kiezen met wie je contact opneemt.’ Voor studenten zijn er 10 verschillende personen beschikbaar. Volgens de LSVb kun je maar bij 35,7 procent van de universiteiten in Nederland uit meer dan twee vertrouwenspersonen kiezen.

‘Eigenlijk had hij zichzelf een beetje mijn huis in geluld. Ik kende hem al en vond hem heel leuk, maar ik wilde verder niets van hem. Ook vertrouwde ik erop dat ik dit duidelijk aan hem had verteld. Ik dacht: misschien probeert hij me nog te zoenen, maar dan kan ik wel nee zeggen. Als ik had geweten dat het zo ver zou gaan, had ik hem niet binnen gelaten.’

 

Slutshaming

In haar huis ging hij over haar grens heen. ‘Hij ging eerst met zijn hand in mijn broek toen we op de bank zaten. Later duwde hij me tegen de muur aan. Daarna zat ik in een soort trance. Ik heb hem niet weggestuurd, maar toen ik ’s ochtends wakker werd was hij weg.’

 

Doortje vertelde het aan niemand, ze schreef het alleen op in haar dagboek. ‘Binnen mijn dispuut deden ze veel aan slutshaming. Daar was ik vaak het onderwerp van. Daardoor vond ik het heel moeilijk om te zeggen dat er dit keer iets was gebeurd wat ik niet wilde. Ik denk dat het een te grote drempel was.’

 

De ouderejaars kwam ze nog weleens tegen op de vereniging. Ze voelde zich niet bang of verdrietig, maar wilde wel afstand van hem houden. Ook had ze de behoefte om anderen te waarschuwen. ‘Als hij achter jonge meiden van de vereniging aan ging, wilde ik zeggen: “Misschien is dit niet een heel goed idee.” Ik was bang dat hij hetzelfde bij anderen zou doen omdat hij bij mij volgens mij gewoon niet het besef had dat hij een grens over was gegaan. Hij was heel dronken, denk ik. Ik heb niemand gewaarschuwd, want ik had het idee dat ik hierdoor jaloers over zou komen omdat ze dan wisten dat ik hem leuk vond of leuk had gevonden.’

‘Ik denk dat als ik er meer over had gepraat, ik eerder het idee had gehad dat dit niet oké was’
22 meldingen van seksuele intimidatie

Uit onderzoek van EenVandaag blijkt dat in 2018 de UvA aan kop ging op het gebied van meldingen van seksuele intimidatie. Het gaat om 22 gevallen, waarvan 10 studenten en 12 medewerkers, meer dan aan alle andere universiteiten die gegevens verstrekten. Een woordvoerder van de UvA laat verder weten dat het lastig is om er nu achter te komen waardoor het aantal meldingen in 2017 is gestegen van 16 naar 22 in 2018. ‘Het gaat om 10 meldingen onder 36.000 studenten en 12 meldingen onder 6.000 medewerkers. De stijging kun je misschien wel interpreteren als dat je nu beter met je melding op de universiteit terecht kunt of dat het de laatste tijd meer aandacht heeft gekregen.’

Grijs gebied

Op een gegeven moment vertelde ze haar huidige vriend wat er gebeurd was. Ze had wel al eerder anderen over dit voorval verteld, maar meer een beetje tussen neus en lippen door. ‘Mijn vriend zei dat dit heel heftig was; dat het aanranding was. Toen ben ik er pas zelf op die manier naar gaan kijken. Het is niet alleen een beetje vervelend of zo.’

 

‘Ik denk dat als ik er meer over had gepraat, ik eerder het idee had gehad dat dit niet oké was. Ik had het gevoel dat ik iemand iets verschuldigd was of me aanstelde. Er zit natuurlijk wel een groot verschil tussen iemand die je uit de bosjes trekt en de vervelende dingen die dagelijks tussen mensen gebeuren. Maar dat laatste is een grijs gebied. Dat vind ik lastig.’

 

‘Je vertrouwt bijvoorbeeld iemand, en je wil diegene te vriend houden, maar je voelt je ergens niet comfortabel bij. Dan mag je dat gewoon zeggen. Ook al kende ik die zesdejaars, ook al was het in mijn eigen huis, iemand heeft aan me gezeten toen ik dat niet wilde. Ik denk dat het belangrijk is om dit te realiseren, om schuldgevoel en stigma weg te halen.’

‘Het is een grijs gebied. Dat vind ik lastig’

Doortje probeert nu met jonge meiden van haar vereniging een open discussie over dit onderwerp te houden. Die vinden het fijn dat ze erover praat. ‘Er zijn meiden die hetzelfde hebben meegemaakt en daar ook over willen vertellen. Verder praten we heel open over seks. We hebben het erover dat het niet erg is om maagd te zijn. Dat dit niet de reden moet zijn om seks te hebben. Of dat als je juist seks wilt, dat gewoon kan. Je hoeft niet te wachten op de ware als je dat niet wilt. Wij mogen best wel iets willen met z’n allen, ongeacht hoe de maatschappij erover denkt.’

Lees meer over