De Amsterdamse studentenzeilvereniging Orionis is de enige studentenvereniging ter wereld die een skûtsje bezit. Dat kan binnenkort echter verleden tijd zijn. De Tiid Sil ’t Leare heeft namelijk een scheur in de mast. Reparatiekosten? 18.000 euro. UvA-student geneeskunde Bart Schueler vertelt over zijn plannen om het vlaggenschip van Orionis te redden.
Anno Domini 1905. De Friese schipper Ulbe Melliuszoon de Jong geeft opdracht tot de bouw van een gloednieuwe vrachtschuit. De Tiid Sil 't Leare doopt hij zijn skûtsje. Acht jaar later verkopen hij en zijn vrouw Gerritje Hiemstra de Tiid aan hun provinciegenoot ds Zijlstra.
De platboot wisselt daarna veelvuldig van eigenaar, bewijzen zorgvuldig bijgehouden archieven. Tijdens de crisis in de jaren dertig doet de Tiid dienst als noodslaapplek voor berooide gezinnen.
Acht decennia later komt het skûtsje in handen van Amsterdamse studenten. ‘Bij ons leren nieuwe generaties de kunst van het skûtsjesilen. We varen wedstrijden tegen Friese veteranen of organiseren speciale studentenevenementen. Zo houden we de sport jong. Zeker is dat iedereen hier heel trots is op de Tiid, want we zijn de enige studentenvereniging ter wereld met een eigen skûtsje,’ vertelt Orionis-lid Bart Schueler (24), die aan de UvA geneeskunde studeert.
Bart, klopt het dat die trots ook een beetje plaats heeft gemaakt voor zorgen?
‘Helaas wel. Tijdens het winteronderhoud twee jaar geleden kwam er een probleem aan het licht. We haalden de mast van de boot af en begonnen hem te lakken. Op dat moment zei iemand: “Hey, kijk dit eens. Dit ziet er niet goed uit.”’
Wat was er mis?
‘Hij zag een scheur in de mast. Een verticale. Met het oog op wat er kort daarvoor in Harlingen was gebeurd - toen drie Duitse skûtsjesilers stierven door een mastbreuk - hebben we er experts bijgehaald. Die kwamen tot een onverbiddelijk oordeel: De mast moet volledig vervangen worden.’
Is de mast niet studentikoos te repareren? Een beetje duct-tape enzo?
‘Was het maar zo makkelijk. We zien de scheur met eigen ogen groeien. Er kruipt daardoor vocht in de mast. We hebben geen andere keuze dan een nieuwe mast te laten bouwen. We zijn al langs verschillende Friese mastenmakers gegaan voor offertes. Een apart wereldje trouwens. Elke mastenmaker blijkt te zweren bij zijn eigen constructiewijze. Maar allemaal kwamen ze met een vergelijkbaar prijskaartje. Zo’n 18.000 euro.’
Oei!
‘Ja, dat was wel even slikken. De voornaamste reden voor dat hoge bedrag is dat er speciaal Canadees hout vereist is voor die krachtige mast. Western Red Cedar No.2 Clear and Better heet dat hout. Hoe dan ook, we beschikken nu niet over de noodzakelijke financiële slagkracht. Daarom ben ik samen met enkele andere leden van Orionis dit jaar alles in het werk aan het stellen om het bedrag bij een te sprokkelen.’
Hoe doe je dat?
‘Zolang de boot nog vaarveilig is verhuren we hem bijvoorbeeld voor dagtochten. Ondertussen neem ik veel contact op met bedrijven. Eerlijk gezegd hou ik er helemaal niet van om anderen om geld te vragen PR, sponsoring, media, onderhandelen – het is niet mijn wereld. Maar het gaat om de Tiid, dus stort ik me er vol op. Ik probeer na te denken wat wij bedrijven kunnen bieden en doe daarna voorstellen. We hebben ook een professionele website gebouwd, en zijn een gestructuurde crowdfunding-campagne begonnen. Mensen of bedrijven die vijftien euro doneren krijgen bijvoorbeeld een speciaal armbandje, door ons zelf gemaakt. Gullere donoren mogen een dagje meevaren, of krijgen een naamplaatje die in de Tiid wordt gebeiteld.’
Volgens de teller op de site is nog niet de helft van het benodigde bedrag binnen. Komt het wel goed met de Tiid?
‘Ik ben optimistisch, want het hoofdevenement moet nog komen. Komende vrijdag organiseren we in Mediamatic de speciale Bene-Tiid borrel, met onder meer prijsvragen en optredens. We hopen van harte dat iedereen die dan langskomt kan helpen om deze speciale boot te redden. We zullen zien zien hoe het gaat aflopen!’