Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Lauren Fritts (cc, via Flickr)
actueel

‘Verwacht niet dat je in de derde wereld het verschil gaat maken’

Marleen Hoebe,
26 maart 2019 - 11:10

UvA-alumnus Judith van de Kamp deed onderzoek naar de kortstondige inzet van westerlingen in ontwikkelingslanden, ook wel vrijwilligerstoerisme genoemd. Ze heeft nu een boek met tips geschreven voor mensen die erover nadenken het ook te doen. ‘We zeggen vaak: “Het schijnt cultuur te zijn,” als we iets in een ontwikkelingsland niet snappen.’

Medisch antropoloog Judith van de Kamp deed tijdens haar master en promotie onderzoek naar de inzet van westerlingen in ontwikkelingslanden, omdat ze erachter kwam dat bijvoorbeeld veel Nederlandse artsen voor een paar weken in een ontwikkelingsland werken, maar helemaal niet zo veel bijdragen aan een lokaal ziekenhuis. Ze wilde weten hoe deze artsen wel zinvol werk kunnen leveren.

Foto: Yuri van der Meer
Judith van de Kamp

Westerlingen willen vaak dingen duiden

Voor haar onderzoek ging ze naar Ghana en Kameroen. Ze had daar interviews en discussiegroepen, maar haalde voor haar onderzoek ook informatie uit blogs van mensen die in ontwikkelingslanden werkten. ‘Ik ontdekte dat veel studenten en professionals blogs bijhouden,’ vertelt Van de Kamp. ‘Deze zijn natuurlijk niet bedoeld voor onderzoekers, maar elke gek kan het lezen. In interviews zijn mensen vaak diplomatiek, in een blog neem je juist geen blad voor de mond. Je vertelt wat je verdrietig maakt. Die blogs vergeleek ik met de interviews.’

 

‘Wat me opviel tijdens mijn onderzoek is dat westerlingen vaak dingen willen duiden. Een voorbeeld is dat een Nederlandse student zag dat een baby overleed en daarna in een wasmand werd gelegd, omdat hier geen speciale kist voor beschikbaar was. Zij schreef op haar blog dat ze dit respectloos vond en “dat het cultuur schijnt te zijn”. Vaak zeggen we dat als we iets niet snappen. Verder moet je het helemaal niet als een respectloze handeling zien, want de lokale betrokkenen zijn ook verdrietig als een baby overlijdt, maar mensen in ontwikkelingslanden hebben helemaal geen geld voor een babykistje.’ Mensen gaan er vaak vanuit dat het kennisniveau in deze landen niet hoog is, maar het gaat meestal juist om een gebrek aan middelen, wil Van de Kamp maar zeggen.

 

Eenzijdig beeld van leven in ontwikkelingslanden

Veel mensen vinden het heel spannend om naar een gebied te gaan met veel armoede. Van de Kamp: ‘Toen ik naar Ghana ging, had ik van tevoren paniekaanvallen. Ik was bang dat ik ontvoerd zou worden, dat mijn resultaten verbrand zouden worden en dat mensen mij aan een boom zouden ophangen. Ik schaamde me voor deze gedachten en durfde het niet te zeggen. Deze gedachten krijg je toch door de focus in westerse beeldvorming op armoede en conflicten. Het is goed om je bewust te zijn van deze beelden en dat ze ons een eenzijdig beeld van het leven in ontwikkelingslanden geven.’

‘Als je met een open houding gaat, krijg je meer begrip. Zo toon je ook meer respect’

Mensen weten niet zo goed wat ze moeten verwachten. Als Van de Kamp na haar onderzoek colleges gaf over werken in ontwikkelingslanden, kreeg ze dan ook veel vragen. ‘Wat zijn de do’s-and-don’ts? Mensen wilden praktische tips, maar ik had die informatie niet zomaar paraat.’

Vijf tips voor werken in ontwikkelingslanden:
  • Het is goed om je in te lezen, bijvoorbeeld of een land een kolonie is geweest en van welk land, dat moet je gewoon weten. Je moet je een beetje verdiepen in de geschiedenis en politiek van een land. 
  • Wees je bewust van de gevaren van bloggen. Je hart luchten is goed, maar pas op voor stereotypering en onjuiste verklaringen voor lokale situaties.
  • Verwacht niet dat je een verschil gaat maken.
  • Vraag voor je aan de slag gaat of er bepaalde regels zijn waar je je aan hoort te houden.
  • Hang nooit ofte nimmer de betweter uit. Als mensen je suggesties willen horen, vragen ze er wel om.

De derde wereld op je cv

Van de Kamp schreef een proefschrift, maar ‘dat is niet echt een praktisch boek’. Daarom schreef ze het boek De derde wereld op je cv voor mensen die een stage gaan doen in een ontwikkelingsland en voor mensen die er gaan werken. ‘Het boek is opgebouwd als een reis,’ zegt Van de Kamp. ‘Ik neem de lezers mee in mijn boek. Het begint bij het inpakken van de koffers, dan het settelen, het werken en het eindigt bij dat je uiteindelijk weer terug in Nederland bent.’

 

In het boek staan tips die je voor, tijdens en na je reis kunt gebruiken. Eén van die tips is dat het belangrijk is dat je met open houding naar een ontwikkelingsland gaat. ‘Je kunt het gewoon vragen als je iets niet begrijpt. Je kunt vragen stellen over hoe het zit met de hiërarchie en wat voor kleding je het beste kunt aantrekken. Als je met open houding gaat, krijg je meer begrip. Zo toon je ook meer respect.’

 

Dat is best lastig, weet Van de Kamp uit eigen ervaring. ‘Ik dacht: als iemand kan inburgeren, dan is dat een antropoloog. Maar ook ik ben een outsider. In Kameroen had ik mijn baby van 10 maanden mee. Daardoor merkte ik extra dat ik mijn eigen grenzen heb. De jonge kinderen uit de buurt waar we woonden vonden de witte baby erg interessant en wilden haar het liefst de hele dag overal mee naartoe nemen, op hun rug. De eerste keer dat een meisje van een jaar of negen mijn dochtertje op haar rug zwaaide, kwam mijn moedergevoel meteen in opstand: “Ho ho ho, hier blijven jij!”’

Zelf keuzes maken

‘Mijn boek geeft tips, maar uiteindelijk moeten mensen zelf keuzes maken over hun reis, wel op basis van kennis. Ik kan me voorstellen dat mensen na het lezen van dit boek denken: werken in zo’n ontwikkelingsland, dat is niets voor mij. Dan moet je het ook niet doen. Je moet goed de informatie over de organisatie waar je naartoe gaat bekijken. Hoe wordt het project omschreven? Op wat voor plek kom je terecht? Wat is jouw rol? Zo haal je er namelijk veel meer uit, niet alleen voor jezelf, maar ook voor de lokale betrokkenen.’

 

Judith van de Kamp ‘De derde wereld op je cv’, Uitgeverij Nieuw Amsterdam.

Lees meer over