‘Studenten moeten zeggen: dit kan niet, onderwijs is belangrijk voor ons’
Alba van Vliet (21), derdejaars in Politics, Psychology, Law & Economics, is de nieuwe voorzitter van Asva studentenunie. Hoe kijkt ze naar het nieuwe bestuursjaar? ‘We gaan ons vooral bezighouden met duurzaamheid en diversiteit.’
Kon het interview om twee uur? Of nee, toch om kwart over twaalf? Dan had ze precies drie kwartier, zei Alba van Vliet (21) vooraf aan de telefoon. Daarna moet ze per fiets naar de demonstratie tegen renteverhoging op de studielening, op de Dam. ‘Dat onderwerp spreekt veel mensen aan. Ik probeer zulke momenten aan te grijpen om te laten zien: let op, dit staat niet op zichzelf, maar past in het patroon van onderwijsbezuinigingen.’
De Amsterdamse Van Vliet, derdejaars student Politics, Psycology, Law & Economics (PPLE), is de voorzitter van Asva Studentenunie 2018/2019. De overige bestuursleden: UvA-student Anouke Voet, HvA’er Lisa de Lange, Maarten Kiers van de Vrije Universiteit en Maarten Albers van het Amsterdam University College. ‘Mijn ouders zaten ook bij Asva, dus ik hoorde er als kind al veel over,’ zegt Van Vliet. ‘Over acties die zij voerden rond het aanpassen van de studiefinanciering. Die debatten zie je nu weer terugkomen.‘
Waarom stelde je je kandidaat voor het voorzitterschap?
‘Ik vind het leuk om bezig te zijn met de verbetering van onderwijs. Ik begon bij Asva als coördinator van het trainingsbureau, Asva Academy, en in maart werd ik coördinator onderwijs WO. Daarna wilde ik fulltime verder. Ik vind het belangrijk dat studenten zich kritisch uitspreken over de onderwijssituatie in Nederland en over de universiteit. Onderwijs is een manier om kritische burgers op te leiden en de maatschappij verder te helpen. Volgens mij komt dat niet genoeg naarvoren in het regeringsbeleid.’
Je doelt op de doelmatigheidskorting van 183 miljoen.
‘Daar zie je dat in het groot. Op microniveau zie je dat veel kleine opleidingen worden wegbezuinigd, zoals Nieuwgrieks. Het is juist belangrijk dat onderzoek in die specialisaties – kleine talen, kritische theorievakken in genderstudies – blijft bestaan, ook als het niet per se een baan oplevert. Die kennis mag niet kwijtraken. Als je kritische burgers wil opleiden, moeten die vanuit verschillende perspectieven kritisch naar de wereld kunnen kijken.’
Wordt de huidige generatie studenten te weinig kritisch opgeleid, vind jij?
‘Als werkgroepen groter worden en colleges voor duizend man tegelijk gegeven worden, zoals bij Business Administration, verlies je tijd om aandachtig na te denken over dingen die je leert. De denktank Rethink Economics stelde vorig jaar dat vooral classical economics werd geleerd, en in het curriculum van PPLE wordt veelal vanuit westers perspectief geschreven. Het is goed om ook andere perspectieven te laten zien.’
(Lees verder onder de afbeelding)
Ligt de oplossing daarvoor bij de UvA of in Den Haag?
‘De UvA kan een belangrijke rol spelen in de veranderingen, in hoe het curriculum eruitziet, de mate van diversiteit of de mate van toegankelijkheid voor studenten. Maar ja, voor veel problemen moeten we ook naar Den Haag, ja. Ik hoop dat het College van Bestuur daar met studenten voor wil vechten. Ze hebben vorig jaar een brief geschreven, dat was fijn, maar ik hoop dat ze erop doorgaan en zeggen: die bezuinigingen, dat kan gewoon niet.’
Jullie relatie met het bestuur was vorig jaar wat onstuimig te noemen. Hoe is die relatie nu?
‘Ik denk wel goed. We zijn het vanzelfsprekend niet altijd met elkaar eens. Zo vinden wij het heel belangrijk dat het diversiteitsrapport wordt geïmplementeerd en dat het eens duidelijk wordt welke stappen worden ondernomen. Daar hebben we al lang niets van gehoord.’
Waar ligt – naast het diversiteitsrapport – jouw focus in het komend jaar?
‘Nog even over dat diversiteitsbeleid: dat vind ik heel belangrijk, en vorig jaar ben ik er veel mee bezig geweest. Ik ben vaak naar het diversity forum gegaan en heb veel gepraat met University of Colour, ik vind het vanuit mijn genderstudies-achtergrond een belangrijk onderwerp. Waar we ook mee bezig willen gaan, is duurzaamheid. Hoe duurzaam is de universiteit, hoe vaak wordt bijvoorbeeld gevlogen? Maar ook: hoe past duurzaamheid in het curriculum? Als je een economiestudie volgt, moet er ook ruimte zijn voor sustainable economics.’
Wanneer kun jij terugkijken op een geslaagd bestuursjaar?
‘Als we veel studenten ervan hebben overtuigd dat je altijd moet nadenken over de inrichting van het onderwijs en de universiteit, en dat je daar als student zeggenschap over hebt en kritisch moet blijven nadenken. Ik wil dat studenten de problemen begrijpen en weten dat ze er ook iets aan kunnen doen. Ik denk dat steeds meer studenten snappen: ik moet steeds meer geld betalen voor onderwijs, het wordt steeds minder toegankelijk, dus als je ouders minder geld hebben kun je het je bijna niet veroorloven. Dat ze zeggen: dit kan zo niet, want onderwijs is belangijk voor ons.’
