‘Ik dacht dat UvA-studenten een beetje saai waren, maar ze zijn net zo levendig als de rest’
Negentig Amsterdamse studenten organiseren samen een festival. Maar het zijn niet alleen maar UvA’ers: zij werkten samen met collega’s van het ROC en de hogeschool. Het zijn drie groepen die meestal niet samenwerken. Wij vroegen Amber, Joanna en Sam naar hun vooroordelen en in hoeverre die klopten.
Het festival, genaamd Vlechtwerk X OBA, vindt zaterdag plaats in de grote OBA, naast Amsterdam Centraal. Het wordt georganiseerd door Over bruggen, een intiatief van de Bildung Academie waarin Amsterdamse studenten van alle opleidingsniveau’s samenkomen. Amber (UvA), Joanna (ROC) en Sam (HvA) zijn drie van hen. Ze zijn de afgelopen vijf maanden bezig geweest met het organiseren van het Vlechtwerk x OBA-festival, waarin de grote OBA is omgetoverd tot een festivalterrein met workshops, muziek, expo’s en meer.
Verschillende niveaus
Amber Bosse (21, studeert rechten aan de UvA) had voordat ze bij Over bruggen kwam weinig vrienden die niet aan de universiteit studeerden, zegt ze. ‘Ik had ook wel vooroordelen. Ik had altijd het idee dat universitair onderwijs boven mbo-onderwijs staat. Nu denk ik dat universiteit, hbo en mbo drie verschillende niveaus zijn die op andere manieren fungeren. En we hebben elkaar ook nodig. Ik ben bijvoorbeeld insane goed in plannen, maar ik kan minder goed dingen in elkaar zetten. En als mijn fiets kapot is, kan ik die niet repareren, maar genoeg mbo’ers kunnen dat wel.’
Ook vindt ze dat hbo’ers bijvoorbeeld dingen kunnen die universiteitsstudenten niet kunnen. ‘Met mensen werken, dat leren we echt niet op de universiteit. We leren uit een boek lezen en dingen schrijven, maar weinig om met mensen om te gaan. Op mijn studie moet ik denken in oplossingen en snel reageren. Hbo’ers kunnen veel rustiger met dingen omgaan, veel menselijker naar problemen kijken: “Wat vind jij?” in plaats van “Wat is het probleem?”’
Of de hbo’ers en mbo’ers vooroordelen over haar hadden? ‘Als ik zeg dat ik rechten studeer, reageren ze zo van: “Oh, wow, slimme meid”, Ze denken dat mijn studie heel moeilijk is, dat ik elke dag aan het lezen ben in een wettenbundel, met vijf boeken om me heen. Dat is zeker niet zo. En ik denk ook dat er vooroordelen zijn over de linkse, academische bubbel. Daar willen sommige mensen niks mee te maken hebben.’
Nerds
Joanna Donau (18, studeert aan een ROC in Amsterdam) vindt het ‘dope’ dat studenten op de universiteit zoveel bezig kunnen zijn met school. ‘Dus mijn vooroordelen zijn niet negatief. Nou ja, misschien dacht ik dat ze een beetje saai waren. Ik zou niet zeggen nerds, maar eerder mensen die meer op zichzelf zijn en meer lezen of leren dan doen. Waar ik achter ben gekomen is dat ze eigenlijk net zo levendig zijn als de rest. Tussen hbo en mbo is het verschil minder groot, denk ik. Maar op het hbo doe je onderzoeken, dat zijn wel heel andere dingen. Het is meer dat mbo’ers nog een speelsheid hebben, die is bij hbo’ers wel weg.’
Wat ze dacht dat anderen over haar denken? ‘Mbo’ers worden vaak gezien als lui of minder intelligent. Dat komt omdat mbo’ers, hbo’ers en universiteitsstudenten niet heel erg veel in conctact staan met elkaar. Maar ja, ik ga nu juist het tegendeel bewijzen!’
Ze heeft van hbo’ers en universitaire studenten wel wat geleerd, zegt ze: ‘Dat het belangrijk is om te plannen en met elkaar te communiceren. Dat is wel iets wat ik een beetje mis op het mbo.’
Op elkaar bouwen
Sam Licht (20, culturele maatschappelijke vorming op de HvA) vindt dat mbo, hbo en uni elkaar goed aanvullen. ‘Je bouwt echt op elkaar. Mensen die theoretischer denken zijn beter in planning en puntjes op de i zetten. Mensen uit het praktijkgericht onderwijs, die zijn goed in keihard werken en echt dingen maken.’
Ook hij had vooroordelen, geeft hij toe. ‘Mbo-studenten worden altijd laaggeschoold genoemd. Het beeld van hen is dat ze weinig doen, dat ze naar school gaan met de intentie zo min mogelijk te leren. Maar dat bleek totaal niet waar te zijn. Mbo-studenten zijn hardwerkende mensen die praktijkgericht worden opgeleid. Zij zijn in staat om direct te handelen en iets prachtigs neer te zetten. Dat is op alle fronten hartstikke nodig in onze samenleving.’
Zijn mening over UvA’ers is eveneens veranderd: ‘Ik ben altijd overtuigd geweest dat zij zichzelf heel goed voelden, omdat de universiteit het hoogste is wat je kan bereiken. Ik dacht, zij voelen zich beter dan de rest. Maar bij Over bruggen leerde ik juist dat dat helemaal niet waar is en dat universiteitsstudenten ook heel veel plezier kunnen beleven, ook iets kunnen doen met hun handen, ook creatief kunnen zijn - als ze hun best ervoor doen.’
Het festival Vlechtwerk X OBA vindt morgen - 30 juni - van 12 uur in de middag tot 10 uur in de avond plaats in de Centrale Bibliotheek van de OBA.
