Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Foto: Fred van Diem (archief Folia)
actueel

‘Homoseksualiteit hoeft niet zichtbaar te zijn’

Maartje Geels,
28 september 2016 - 17:38

‘Ben ik wel lesbisch genoeg? ‘ Die vraag stelde Simone van Saarloos (columniste en schrijfster) zichzelf toen ze gevraagd werd voor de jaarlijkse Mosse-lezing. ‘George Mosse was hoogleraar homostudies maar hij is wel vooral binnen bepaalde homokringen bekend. Daardoor bedacht ik me hoe belangrijk zichtbaar zijn als homo eigenlijk is.'

‘Je bent pas homo als je uit de kast bent’, vertelt van Saarloos  (25) over de telefoon geanimeerd. We spreken haar kort voor de Mosse-lezing. ‘Zodra je je naam aan een zaak verbindt, komt automatisch de vraag of je wel legitiem kunt spreken. Heb je de ervaring wel om over zulke onderwerpen te praten? Ik heb mannelijke en vrouwelijke partners gehad, maar ben ik dan wel lesbisch genoeg om een lezing in zo’n instituut en over zo’n onderwerp te mogen geven? Telt mijn ervaring wel genoeg mee?’

Van Saarloos (1990) studeerde literatuurwetenschap en filosofie aan de UvA. Dat filosofie nog steeds een belangrijke rol in haar leven speelt, blijkt al meteen tijdens het gesprek. ‘Ik wil het over de productie van kennis hebben.’ Maar wat bedoel je daar dan mee? ‘De kennis van de homogeschiedenis en cultuur in Nederland. Want de manier waarop we daarmee omgaan, is vreemd. We zien homoseksualiteit als hokje, als aparte categorie. Het is wel een onderdeel van de indentiteit, maar die identiteit bestaat uit veel meer lagen die allemaal met elkaar samenhangen. Wanneer ben je dan homo en wanneer pas je binnen bepaalde kaders? Die vragen fascineren mij. Is dat wanneer je als man uitsluitend met mannen zoent? Of als jouw brein als man meer op dat van een vrouw lijkt dan op het brein van een heteroseksuele man?’

 

Niet enkel hersenen

Dat het allemaal in het brein zit, wijst van Saarloos resoluut af. ‘Zeggen dat homo’s zo geboren zijn vind ik eigenlijk denigrerend. Het impliceert dat we er niks aan kunnen doen want ‘zo zijn we nou eenmaal geboren’. Ook zeg je ermee dat heteroseksualiteit de standaard is. Ooit was dit standpunt emancipatoir, maar voor mij werkt het niet meer. Je kunt homo-zijn niet reduceren tot hersenen, net zo goed tot je het niet kunt reduceren tot gedrag alleen.’

‘We wonen in een ultra-hetero- maatschappij, maar vergeten dat hetero-zijn niet neutraal is’

Het onderwerp raakt haar persoonlijk, zoveel is duidelijk. Maar waarom eigenlijk? Van Saarloos: ‘Laatst was ik in de Trut, een café voor lesbiennes en homo’s in Amsterdam. Ik was daar met een biseksueel stel en zoende eerst met de vrouw. Dat was allemaal prima, tot ik met de man zoende. Toen moest ik er ineens uit. Als wat ik me identificeer, maakt in die situatie dus niet uit. Het gaat er dan blijkbaar om wat ik doe.’

Even is het stil. ‘Nog meer dan van die breinfanaten zijn er mensen denken dat het om gedrag alleen gaat – gedraag je je gay of niet? De kast staat daarin centraal. Er zijn zoveel programma’s over uit de kast komen op TV, je bent pas homo als het zichtbaar is. Out and proud, dan doe je het goed. Maar zolang je dat niet bent – ook al vóel je je wel gewoon homo – hoor je alsnog bij de hetero’s.’ En juist daar gaat het mis, vindt van Saarloos.

 

Geslachtsloze wereld

Homo – of in haar geval biseksueel zijn  - is in Nederland gelijk aan zichtbaar zijn. Veel mensen vinden homo's op Gay Pride overdreven zichtbaar. Of er ook andere versies van emancipatie mogelijk zijn – versies waarbij zichtbaarheid geen rol speelt – vindt ze moeilijk te zeggen. ‘Hetero’s lopen op straat hand in hand en zijn in iedere film vertegenwoordigd. Zij lopen ermee te koop, maar als bi kan ik dat niet. Dan moet het allemaal extra benadrukt worden om mee te tellen en geaccepteerd te worden.’

 

Hoe moet het dan anders? Van Saarloos: ‘Het liefst leef ik in een geslachtsloze wereld. In een wereld waar geaardheid niet meetelt, maar zo is het helaas niet. Waar ik voor pleit is om heteroseksualiteit – in plaats van de norm – in ieder geval ook gewoon als zo’n hokje te gaan zien, en niet als de standaard. We wonen in een ultra heteromaatschappij, maar vergeten dat hetero-zijn niet neutraal is.’

 

De Mosse-lezing begint om 17.30 uur.