Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Sake Rijpkema (Folia)
actueel

‘De UvA beschouwt de HvA nog steeds als inferieur’

Dirk Wolthekker,
24 maart 2016 - 09:40

Als directeur van de Universiteit en Hogeschool van Amsterdam (UHA) stond Hans van Hout aan de wieg van de onderwijsinhoudelijke samenwerking tussen UvA en HvA. De UHA bestaat niet meer en samenwerking op onderwijsgebied is uit het zicht geraakt. Moeten UvA en HvA nu wel blijven samenwerken? Vijf vragen aan eremitus-hoogleraar onderwijskunde van het hoger onderwijs Hans van Hout.

Hoe heeft het zo mis kunnen gaan tussen UvA en HvA?

‘De samenwerking is ooit opgezet om de onderwijskudige verschillen tussen wo en hbo op te heffen. Je hebt maar twee smaken opleidingen in het hoger onderwijs, het is of-of. Het hoger onderwijs kent gezien de diversiteit van studenten en de diversiteit aan banen op de arbeidsmarkt te weinig diversiteit in de aard van de opleidingen. Je zou vanuit de hogeschool en de universiteit gezamenlijk leerlijnen moeten ontwikkelen die aansluiten bij de verschillende kwaliteiten van studenten en de diversiteit aan loopbanen na het bachelor of mastertraject.’

 

‘De UHA heeft daarmee tussen 1998 en 2003 een begin gemaakt. Er kwam onder meer een oriëntatiejaar, de opleiding hbo-rechten werd ontwikkeld en er werden programma’s ontwikkeld rond culturele vorming. Docenten en programmamanagers die aan de projecten werkten ervaarden veel werkdruk en kregen behoefte aan een soort institutionele inbedding om het beleid ook op lange termijn te borgen, via decanen en het College van Bestuur. Dat is uiteindelijk gebeurd. Zo is die hele samenwerking op CvB-niveau terecht gekomen en werd de UHA afgeschaft. Daarna is de ontwikkeling van onderwijslijnen uit het zicht geraakt.

 

‘De programmatische ontwikkeling werd neergelegd bij de decanen van de UvA en domeinvoorzitters van de HvA, maar die hadden wel iets anders aan hun hoofd. Het gleed af tot een louter bestuurlijke samenwerking, maar daar was het nooit om begonnen. Als de bestuurlijke samenwerking in een gezamenlijk CvB een doel op zich wordt, ben je niet goed bezig. Structure follows strategy, hoort het adagium te zijn, maar dat werd het juist niet.’

 

Kan het nog goed komen?

‘Ja hoor, maar er moet een heel andere cultuur en onderwijsvisie ontstaan. Het is te makkelijk om te zeggen dat die na dertien jaar nog niet is ontstaan en wel nooit zal ontstaan. De kritiek komt vooral van de kant van UvA-medewerkers die vasthouden aan bestaande verschillen tussen hbo en wo. Ik vraag me af of iedereen wel in de gaten heeft hoeveel het hbo-onderwijs in de afgelopen tien à twintig jaar is veranderd. Het denken over het palet aan opleidingen in het hoger onderwijs moet los komen van die starre tweedeling. Die kaders moet je veranderen, als je dat doen dan zal er op den duur ook een andere cultuur ontstaan. Daar moet het CvB samen met decanen van UvA en HvA wel het voortouw in nemen en concrete plannen maken.’

‘De zeer eenzijdige focus op onderzoek is disfunctioneel voor onderwijs en zorgt ervoor dat hbo wordt gezien als inferieur’

Kaders veranderen? Leg eens uit.

‘De zeer eenzijdige focus op onderzoek die de UvA altijd heeft gehanteerd moet veranderen. Dat zie je ook aan de grote aandacht voor rankings. Voortdurend merk je dat de UvA zich erg richt op toponderzoek en daarvoor ook toponderzoekers aantrekt die navenant worden betaald. Dat is disfunctioneel voor het onderwijs, met name voor het bacheloronderwijs. Docenten kunnen nog zo hard zeggen dat hun hart bij het onderwijs ligt: de beloning krijgen ze op onderzoek. Als je voortdurend één smaak aanbiedt krijg je steeds mensen die maar van één smaak houden. De hbo-smaak wordt dan gezien als inferieur.’

 

We krijgen vermoedelijk een CvB-voorzitter die in onderwijs is gespecialiseerd. Is dat een goed begin om de kaders te veranderen?

‘Dat zou heel goed kunnen ja. Ik heb wel vertrouwen in Geert ten Dam, al is één persoon niet genoeg. Het héle CvB moet doordrongen zijn van het grote belang van onderwijs en van de samenwerking van hbo en wo, ook de twee rectores en ook de vicevoorzitter.’

 

Het nieuwe CvB moet de samenwerking tussen UvA en HvA evalueren. Goed plan?

‘Dat is de vraag. Men gaat een samenwerking evalueren die nooit goed gestalte heeft gekregen. Wat er had  moeten gebeuren – de ontwikkeling van een breder palet aan studiepaden, leerlijnen en programma’s – is nauwelijks van de grond gekomen. Dat kan moeilijk een zinvolle evaluatie opleveren. Beter is het om een taskforce op te zetten die een onderwijsvisie ontwikkelt en concreet maakt, iets als het Instituut voor Interdisciplinaire Studies, dat nieuw onderwijs maakt, los van bestaande kaders.’

Lees meer over