Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: HvA
actueel

Eén van deze zeven HvA'ers wordt Docent van het Jaar

Nina Schuyffel,
23 maart 2016 - 10:43

Alle studenten van de HvA konden in februari stemmen op hun favoriete docent. Uit de verkiezing zijn zeven faculteitswinnaars gerold. Zij dingen nu mee naar de Docent van het Jaar-prijs, die op 7 april tijdens de HvA Onderwijsconferentie in Carré wordt uitgereikt. Wat onderscheidt deze winnaars van andere docenten? Over betrokkenheid, fouten maken en het belang van praktijkervaring. ‘Ik wil studenten graag leren een goed mens te zijn.’

Freke Heideman

Faculteit Onderwijs & Opvoeding: Freke Heideman (32), docent lerarenopleiding exact en beroepsonderwijs, werkt sinds 2014 bij de HvA 

 

‘Omdat mijn studenten later zelf voor de klas gaan staan, ben ik constant bezig met wat goed docentschap is en probeer ik altijd het juiste voorbeeld te geven. Ik wil studenten graag leren een goed mens te zijn, laten zien dat ze iets voor anderen kunnen betekenen. Dat vind ik misschien nog wel belangrijker dan het perfect overbrengen van de stof. In mijn lessen vertel ik vaak over mijn eigen ervaringen als biologiedocent in het voortgezet onderwijs. Ik laat zien dat ook ik dingen verkeerd doe. Zo hoop ik over te brengen dat fouten maken menselijk is.’

 

‘Ik had een studente die ontzettend met zichzelf in de knoop zat. Aan het einde van het jaar kreeg ik van haar een fles wijn met een kaartje. “Dankjewel dat je er zo voor me bent geweest,” stond erop. Ik kreeg er tranen van in mijn ogen. Op zulke momenten denk ik: yes, hier doe ik het voor.’

 

‘Voor de HvA-brede verkiezing tot Docent van het Jaar schat ik mijn kansen aardig in. Ik hoorde dat er nog nooit een vrouw is verkozen, daar moet maar eens verandering in komen. De zevenkoppige jury zal ik in alle hartelijkheid ontvangen in de klas. Ik heb ze wel alvast wat informatie toegestuurd. Ze moeten zich, net als mijn studenten, gewoon voorbereiden op de les.’

 

Freke Heideman werd vorig jaar door JongHvA gevolgd voor de documentaire Nieuwkomers, waarin drie nieuwe docenten van de HvA werden geportretteerdBekijk de documentaire hier..

Sharida Mohamedjoesoef

Faculteit Business & Economie: Sharida Mohamedjoesoef (50), docent Engels, werkt sinds 2010 bij de HvA

‘Toen ik bij de HvA kwam werken, was er op onze faculteit net een collega uitgeroepen tot Docent van het Jaar. Ik weet nog dat ik daar best van onder de indruk was. Nu, zes jaar later, ben ik zelf uit een paar honderd docenten verkozen. Als ik aan de HvA-brede verkiezing denk, krijg ik meteen klamme handen. Het lijkt me onmogelijk dat ik win, omdat ik denk dat er docenten zijn die zichzelf veel beter kunnen “verkopen” dan ik.’

‘Na de bekendmaking kreeg ik mailtjes van collega’s met de vraag of ze er in de klas een keer bij mogen komen zitten. Ze denken misschien dat ik elke les een konijn uit de hoge hoed tover, maar ik ben echt maar een heel simpel docentje. Ik denk dat studenten op mij hebben gestemd om wat er buiten het klaslokaal gebeurt. Ze kunnen altijd bij mij terecht, ook naast de lesuren. Veel studenten zijn met me bevriend op Facebook. We hanteren de ongeschreven regel dat privézaken privé blijven, maar als ze vragen hebben die met school te maken hebben, kunnen ze die altijd via de chat aan me stellen.’  

‘Ik sta hier vandaag de dag alleen maar omdat er in mijn leven mensen waren die in mij geloofden. Op dezelfde manier probeer ik er voor mijn leerlingen te zijn. Als ze een onvoldoende hebben gehaald, vraag ik: hoe gaan we dat oplossen? We, niet jij. Ze moeten weten dat ze er niet alleen voor staan. Een paar weken geleden was er een derdejaarsstudent waar een collega maar weinig vertrouwen in had, omdat het de student toch niet zou lukken om boven mbo-niveau uit te stijgen. De jongen had een 5,5 gehaald voor zijn mondeling. Ik zei: je kunt het zo laten, of je komt morgen met je laptop naar school en dan ga ik je helpen. Uiteindelijk heb ik van half drie tot zeven uur ’s avonds met hem gezeten. Voor de herkansing haalde hij een ruime voldoende. Hij zei dat mijn hulp hem had gemotiveerd om weer met positieve zin zijn studie te hervatten. Van dat soort uitspraken word ik nou echt blij.’

Vince van Coolwijk

Faculteit Techniek: Vince van Coolwijk (30), docent wiskunde en statistiek, werkt sinds 2007 bij de HvA

 

‘Kort nadat ik was verkozen tot Docent van het Jaar heb ik een bericht op Facebook gezet, waarin ik schreef dat ik deze eerste plaats deel met alle andere docenten van mijn opleiding. We werken allemaal hard en zetten ons allemaal in voor de studenten. Ik zie mezelf dan ook niet als een meer terechte winnaar dan een ander. Dat gezegd hebbende, moet er toch iets zijn waarin ik me onderscheid, anders had ik niet gewonnen.’

 

‘Wat misschien meespeelt, is dat ik altijd bereikbaar ben voor studenten. Ze hebben mijn telefoonnummer en kunnen altijd bellen of whatsappen als er wat is. Ook ’s avonds laat. Ook zou ik niet zo snel zeggen dat een student iets fout doet. Als een student een verkeerde berekening maakt in de klas, zeg ik niet dat het niet klopt wat hij doet, maar stel ik een vraag. “Wat zou jouw antwoord in de praktijk betekenen?” En aan zijn medestudenten: “Hoe zien jullie dat?” Dat vind ik een positievere insteek. Studenten zijn hier immers om te leren. Als ze elke dag veertig keer van de leraar horen dat ze het fout doen, motiveert dat niet echt.’

 

‘Statistisch gezien is de kans een op zeven om op 7 april uitgeroepen te worden tot Docent van het Jaar van de hele HvA. Maar al zou ik zevende worden, dan ben ik daar helemaal niet rouwig om. Het is al hartstikke leuk om in dit rijtje te staan. Ik ga in ieder geval geen campagne voeren, of mijn lessen opeens anders inrichten. Dat zou ik manipulatief vinden. Ik blijf mezelf, de terechte winnaar zal vanzelf boven komen drijven.’

Hendrik Jan Walrave

Faculteit Maatschappij & Recht: Hendrik Jan Walrave (51), docent sociaal juridische dienstverlening, werkt sinds 2015 bij de HvA

 

‘Ik werk pas driekwart jaar op de HvA en wist niet eens dat deze verkiezing bestond. Daarom was ik helemaal sprakeloos toen ik hoorde dat ik Docent van het Jaar was geworden. De reden weet ik niet, daar heb ik nog geen feedback over ontvangen. Blijkbaar doe ik iets anders dan andere docenten. Ik ben hiervoor 24 jaar als advocaat werkzaam geweest, dus veel dingen die in het curriculum voorbijkomen heb ik in de praktijk gezien. Daarom kan ik regelmatig voorbeelden geven van mijn eigen ervaringen in de rechtszaal. Ik denk dat studenten dat leuk vinden.’

 

‘Eind jaren negentig stapte ik over naar de sociale advocatuur. Je staat dan mensen bij die zelf geen geld hebben om een advocaat te betalen en bijvoorbeeld van een uitkering leven. Ik deed met name verblijfsvergunningszaken, maar ook zaken voor vrouwenopvangorganisaties en jeugdrechtzaken, zoals uithuisplaatsingen bij moeilijke gezinnen. Door de bezuinigingen werd het steeds moeilijker om ons hoofd boven water te houden. Daarom moest ons kantoor er op een gegeven moment commerciële zaken bij doen. Ik begon echtscheidingen te doen, maar dat vond ik verschrikkelijk. Op een feestje sprak ik een oud-collega die op dat moment opleidingsmanager was van SJD. Hij zei: “We zoeken een ervaren docent, is dat niets voor jou?” Ik had al enige ervaring met lesgeven, maar nog niet voor studenten van deze leeftijd. Ik vind het ontzettend leuk. In de advocatuur word je elke dag geconfronteerd met problemen van anderen. Nu ben ik met hetzelfde vak bezig, maar dan op een veel positievere manier, namelijk door het delen van mijn kennis.

 

‘Ik gaf afgelopen jaar een vak waarbij studenten iets moesten vertellen over een SJD-organisatie. Ik merkte dat veel studenten een organisatie kozen waar ze in hun leven zelf mee in aanraking zijn gekomen. Op de HvA zitten veel jongeren met een heftig verleden, ze zijn bijvoorbeeld hun land ontvlucht of hebben een moeilijke jeugd gehad. In de klas vertelden deze studenten over hun eigen ervaringen. Ze gaven zich echt bloot, daardoor ontstond er een mooie, warme sfeer. Ik vond het bijzonder te beseffen dat deze studenten een opleiding hebben gekozen waarbij ze de doelgroep gaan helpen waartoe ze vroeger zelf hebben behoord. Ik ben apetrots op ze. Het zijn echte survivors.’

IJbelien Jüngen (midden) met twee studenten

Faculteit Gezondheid: IJbelien Jüngen (61), docent geneeskunde, werkt sinds 2001 af en toe als gastdocent op de HvA

 

‘Ik ben voor de tweede keer bij de HvA terechtgekomen toen er een nieuwe opleiding intensieve zorg begon. Naast mijn werk als arts-opleider in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis geef ik er zes tot tien uur per week les. Ik vind het ontzettend leuk, ik kan goed opschieten met de studenten en zij met mij. Het enthousiasme dat ik voel voor mij vak probeer ik over te brengen in de klas. Ik gebruik geen PowerPoints, maar leg de theorie uit aan de hand van voorbeelden uit de praktijk. En af toe teken ik wat op het bord.’

 

‘Verpleegkunde is een beroepsopleiding: studenten worden opgeleid tot verpleegkundige. Of het nou in het ziekenhuis is, de thuiszorg of in de psychiatrie, uiteindelijk krijgen ze allemaal te maken met patiënten. Daarom vind ik het belangrijk dat de casussen die we in de klas bespreken echt zijn gebeurd. Ik leg ze bijvoorbeeld een situatie voor van een 93-jarige vrouw die vanuit het verpleeghuis op de spoedeisende hulp terecht komt. Ze zit te klappertanden, haar bloeddruk is laag. “Wat denk je dat hier aan de hand is?” vraag ik dan. En: “Welk aanvullend onderzoek gaan we aanvragen?” Samen komen we, al argumenterend, tot de eindconclusie. Ik wil dat studenten goed leren kijken naar de patiënt, en dat ze door alles wat die patiënt vertelt en wat ze zelf opmerken, klinisch leren redeneren. Dat is de kern van dit vak.’

 

‘Natuurlijk zijn er altijd wel een paar die het niet halen. Maar studenten die goed meedoen in de les, slagen bijna altijd. Ik heb gisteren weer dertig toetsen nagekeken, tot nu toe zit er geen onvoldoende bij.’

Fabian Broers

Faculteit Beweging, Sport & Voeding: Fabian Broers (26), docent bij de Academie Lichamelijke Opvoeding, werkt sinds 2015 bij de HvA

 

‘Ik ben meestal meer bezig met het overbrengen van de stof dan met de stof zelf. Ik vind het belangrijk dat studenten zelf nadenken en niet elke theorie zomaar klakkeloos overnemen. Ze zijn zo jong, de meeste negentien of twintig, het is best lastig voor ze om als broekie voor een klas te staan en de leiding te nemen. Dan is het belangrijk dat je jezelf goed kent. En dat je vanuit je eigen karakter redeneert, in plaats van uit aangeleerde technieken.’

 

‘Mijn lessen zijn altijd heel actief. Dat is nodig, want de aandachtspanne van de studenten duurt meestal niet langer dan tien minuten. ALO-studenten zijn sporters, ze willen bewegen, en dan komen ze bij mij opeens in een theorielokaal.  Het is best een uitdaging om ze een uur lang te boeien. Toch lukt dat aardig, ik gebruik er didactische werkvormen voor. Zo vertel ik aan het begin van de les altijd over mijn achtjarige nichtje die van alles meemaakt in het werkveld van de lichamelijke opvoeding. Ze hoort bijvoorbeeld een liedje van de Vengaboys, Boom, boom, boom, boom, I want you in my room, en vraagt: wat betekent dat? Aan de studenten vraag ik hoe ze ermee om zouden gaan als een leerling zoiets zegt. Vaak komen er op zo’n moment verhalen naar boven over hun eigen ervaringen in de gymzaal. Eén student had een keer een jong meisje dat vroeg wat een condoom was. Andersom hebben studenten die lesgeven in de Bijlmer wel eens te maken met agressieve leerlingen die hen uitschelden voor klootzak. Hoe ga je daarmee om? Wat zeg je wel en wat zeg je niet? Dat bespreken we dan in de klas.’

 

‘Het zou leuk zijn om op 7 april uitgeroepen te worden tot Docent van het Jaar van de hele HvA. Maar ik denk niet dat het gebeurt. Ik kom pas net kijken, andere docenten hebben veel meer ervaring dan ik. Toch zou het goed zijn voor mijn baan: ik heb een tijdelijk contract en weet nog niet of ik mag blijven. Een benoeming tot Docent van het Jaar zou mijn kansen aanzienlijk kunnen vergroten.’   

Foto: Janet Hofstra
Ferry Rietveld (tweede van rechts)

Faculteit Digitale Media & Creatieve Industrie: Ferry Rietveld (55), docent hbo-ICT, werkt sinds 1987 bij de HvA

 

‘Ik wist dat ik populair was, maar niet zo populair. Ik denk wel te weten waarom studenten mij gekozen hebben. In mijn lessen maken ze een enorme sprong. Ze leren in korte tijd iets te ontwikkelen. Ze krijgen bijvoorbeeld een computertje ter grootte van hun duim, waar ze een spelletje op moeten maken. Als ze dat lukt, hebben ze een apparaat gemaakt waar intelligentie in zit. Dat is waarom ze voor dit vak gekozen hebben. Dus ja, dan word je vanzelf populair.’

 

‘Ik denk dat ik best een relaxte docent ben. Als er dingen fout gaan in de klas, vind ik dat prachtig. Ik leg studenten niet mijn mening op, ze mogen zelf ontdekken hoe ze het moeten doen. Dat geeft vertrouwen. Een voorbeeld: bij een vak krijgen studenten een ledcube, een kubus van lampjes. Daar moeten ze bewegend beeld in maken. Bij één student ging het een keer helemaal mis: alle lampjes vielen uit en de elektronica liet hem in de steek. Het stonk enorm in het lokaal. Maar die student bleef eraan sleutelen. Uiteindelijk is het een heel leuk product geworden. Hij heeft zelfs meegewerkt aan de Sphere of AmsterdamBekijk hier een impressie van Sphere of Amsterdam., een kunstwerk dat op het Amsterdam Light Festival is getoond. Zoiets begint dus bij lampjes waar rook uit komt en eindigt bij een groot kunstproject. Dat is toch top?’

 

‘Ik werk al 29 jaar bij de HvA. Wat me van al die jaren het meest is bijgebleven, is de invoering van het projectonderwijs. De verandering van klassikaal college en huiswerk naar onderwijs waarbij studenten zich moeten bewijzen door iets te maken, was echt een verbetering. Ik heb heel wat studenten zeer succesvol zien worden. Zoals Remy Blokker: hij ontwikkelde in 1994 de voorloper van WiFi en werd een van de eerste internetmiljonairs. Sommige van die studenten kom ik nog wel eens tegen. Ze zeggen dan: ik weet het nog hoor, die lessen van u. Als ik dat hoor, denk ik: ja, hier doe ik het voor.’