Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Publiek domein
opinie

Op z’n Duits | Baas in eigen zak

Linda Duits,
12 mei 2017 - 07:54
Deel op

Sinds de invoering van de pil in de jaren zestig is anticonceptie definitief de verantwoordelijkheid van de vrouw. Dat lijkt ook logisch: zij is degene die met de gebakken peren zit als er ongewenste bevruchting plaatsvindt. Bovendien zijn mannen niet te vertrouwen, toch?

Voor mannen zijn er drie technieken: vroegtijdig terugtrekken, het condoom en sterilisatie. Voor het zingen de kerk uit gebeurt al zolang mensen weten dat je baby’s krijgt van zaad; penishoesjes bestaan al eeuwenlang, in verschillende vormen en veiligheden; vasectomie werd in de negentiende eeuw ontwikkeld. Sindsdien staat het stil aan de mannenkant. Voor de vrouw werd er verfijnd: wij kunnen ondertussen naast pillen ook kiezen voor pleisters of prikken, voor ringen of spiraaltjes.

 

Dat is raar. De man heeft het pistool en de kogels, en schiet daarmee dat het een lieve lust is. Om zich te beschermen moet de vrouw maar een kogelvrij vest aantrekken. Is het niet veel slimmer om dit probleem bij de bron te tackelen, bij de toevoer van het zaad?

Alle jongens van 10 jaar en ouder dienen een schakelaar geïmplanteerd te krijgen

Vanaf de jaren zeventig verschijnen er met regelmaat berichten in de media over de mannenpil, maar steeds komt die maar niet op de markt. Dat ligt niet aan de werkzaamheid maar aan de praktijk van het slikken. Sinds de anticonceptiepil is het dominante verhaal in onze cultuur dat het de verantwoordelijkheid van de vrouw is – wij dragen de kogelvrije vesten, zo zal het zijn. In een oud maar zeer lezenswaardig artikel met de fantastische titel ‘Astronauts in the Sperm World’ laat Nelly Oudshoorn zien dat dit alles te maken heeft met hoe wij denken over mannelijkheid. Ze onderzocht mannen die deelnamen aan klinische testen met de mannenpil, en de manier waarop wetenschappers hen benaderden.

 

In het wervingsmateriaal werd sterk de nadruk gelegd op gedeelde verantwoordelijkheid. Dat was ook wat de mannen die zich aanmeldden aansprak: ze wilden hun steentje bijdragen. Deze mannen moesten zich echter verdedigen tegenover andere mannen: waarom zou je die last overnemen? Oudshoorn betoogt dat de mannenpil niet aansluit bij hegemonische mannelijkheid, een term die verwijst naar de dominante opvatting van hoe een man zich hoort te gedragen. Daarbinnen is nauwelijks plek voor zulke zorgzaamheid.

 

Gek genoeg, zo stelt Oudshoorn, is controle geen onderdeel van het verhaal over mannen-anticonceptie: degene die de pil slikt, heeft de macht. Dat komt volgens haar omdat een dergelijk beeld strijdig is met het feministisch vertoog dat vrouwelijke autonomie benadrukt. Tijd voor feministen om een ander lied te gaan zingen.

 

Een Duitser uitvinder heeft een schakelaar ontwikkeld waarmee je de toevoer van zaadcellen aan en uit kan zetten. Het werkt niet heel anders dan vasectomie, met het grote voordeel dat de spermaspuiter beslist of hij met kogels schiet of met schuim. Het is de oplossing van vele wereldproblemen. Alle jongens van 10 jaar en ouder dienen deze switch geïmplanteerd te krijgen. Dat betekent geen ongewenste (tiener)zwangerschappen meer en geen bijwerkingen van de pil, geen abortussen en geen christenen die daar verdrietig van worden. Zijn zaad, zijn zaak.