Via beschreven palmbladeren, koloniale schoolboeken en pamfletten vertelt de tentoonstelling Gordel van Papier het verhaal van discriminatie en de onafhankelijkheidsstrijd van Indonesië. Op 22 september opende de door UvA-onderzoekers samengestelde expositie in Den Haag. ‘In het drukwerk zie je de geluiden van verzet en het verlangen naar onafhankelijkheid.’
‘Ik heb al wel gemerkt dat niet iedereen weet waar Gordel van Papier naar verwijst,’ zegt UvA-hoogleraar boekwetenschap Lisa Kuitert. Het is donderdagmiddag en Kuitert spreekt voor een overvolle zaal in Huis van het Boek in Den Haag voor de opening van de tentoonstelling. Kuitert en haar collega promovendus Eline Kortekaas stelden de tentoonstelling samen op basis van hun onderzoek naar de boekcultuur in Indonesië. ‘Gordel van Papier is een verwijzing naar Gordel van Smaragd - de bijnaam voor Nederlands-Indië bedacht door de schrijver Multatuli vanwege het groene aanzicht van de eilanden vanaf het water.’
Kuitert: ‘Het laat maar zien wat de tentoonstelling beoogt: meer kennis over de geschiedenis van het boek en überhaupt de geschiedenis van de Nederlandse koloniale overheersing in Indonesië.’
Zee van drukwerk
Die achterstand willen Kuitert en Kortekaas inhalen met de informatiedichte tentoonstelling in Huis van het Boek. Tekstborden op bamboestaven loodsen de bezoeker door de zee van drukwerk afkomstig uit de collecties van het Allard Pierson, de Koninklijke Bibliotheek en de Universitaire Bibliotheken Leiden.
De tentoonstelling is gebaseerd op een boek van Kuitert Met een drukpers de oceaan over, het eerste boek dat een eerste overzicht geeft van de opkomst van de drukpers in voormalig Nederlands-Indië vanaf 1816 tot 1920. In deze periode kwam de drukpers, een machine waarmee teksten en afbeeldingen in grote mate geproduceerd konden worden, door de koloniale overheersing van Nederland ook in Nederlands-Indië terecht. Dat had grote gevolgen.
Want door de massaproductie die met de drukpers mogelijk werd, konden teksten in Indonesië opeens een veel groter publiek bereiken. Promovendus Kortekaas beschrijft de periode daarna tot 1957, toen de Nederlandse uitgeverijen in Indonesië werden genationaliseerd. Haar onderzoek maakt deel uit van een NWO-project over het dekoloniseren van de Indonesische kenniscultuur.
Pijnlijk en gênant
‘We hebben geprobeerd te voorkomen dat het een Nederlands verhaal zou worden,’ vertelt Kortekaas na de opening aan de telefoon. ‘Het idee dat de drukpers beschaving zou brengen vind ik heel pijnlijk en gênant.’ Daarom opent de tentoonstelling met de Indonesische boekcultuur, zoals handgeschreven inkt op boomschors, bamboe en palmblad. ‘De Indonesische boekcultuur bestond al voor de komst van de drukpers en bestaat nog steeds. Daaroverheen heeft er een laag koloniale geschiedenis gelegen.’
De introductie van de boekdrukkunst pakte dan ook anders uit dan de Nederlanders bedoelden. Kortekaas: ‘De Nederlanders hadden de illusie dat ze de drukpers onder controle hadden. Dat was niet zo. Het was meer een kwestie dat de Nederlanders de drukpers inbrachten en iedereen in de kolonie met een interesse in drukken ermee aan de haal ging. Niet voor niets zie je in het drukwerk de geluiden van verzet en het verlangen naar onafhankelijkheid.’
Ook maakt de tentoonstelling pijnlijk duidelijk hoe er in die koloniale geschiedenis gediscrimineerd werd. Zo liggen er twee verschillende wetboeken van strafrecht naast elkaar: een voor ‘Inlanders’, de ander voor ‘Europeanen’ van Nederlands-Indië. Ook is er het ‘Nederlandsch-Indisch Oorlogsspel’ - een soort ganzenbord van de Atjehoorlog voor op de Nederlandse familiekalender. En dan de schoolboeken voor Indonesiërs met voorbeelden van de Nederlandse kledingstijl.
De Indonesiërs zelf worden niet graag herinnerd aan die periode van Nederlandse inbreng, vertelt Kuitert bij de opening. Bij een bezoek aan een tentoonstelling over de boekcultuur in een Indonesische bibliotheek is de komst van de drukpers bijna helemaal weggelaten, zag Kuitert. ‘Al blijkt dat niet het hele verhaal. De boekdrukkunst heeft wel degelijk bijgedragen aan de onafhankelijkheidsstrijd.’
Suggereert dat, dat zonder de boekdrukkunst Indonesië pas later onafhankelijk zou zijn geworden? ‘Dat is een complex vraagstuk. Maar je moet niet vergeten dat de onafhankelijkheidsbeweging er al zo vroeg inzat,’ relativeert Kortekaas. ‘Het merendeel van de mensen in Indonesië kon niet lezen, dus die strijd werd ook gevoerd via andere middelen: verhalen, radio, muziek. Dat is echt niet alleen de drukpers geweest.’
‘Gordel van papier. De opkomst van het gedrukte boek in Indonesië’ is van 22 september 2023 t/m 25 februari 2024 te zien bij Huis van het Boek in Den Haag.