Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Publiek domein
wetenschap

UvA’er onderzoekt: zijn geluiden bij emoties aangeleerd of aangeboren?

Sterre van der Hee,
20 september 2019 - 12:41

UvA-onderzoeker Disa Sauter (psychologie) deed een klassieke nature-/nurture-studie: ze onderzocht of de geluiden die we maken als we emoties uitdrukken zijn aangeleerd of aangeboren. Haar onderzoek werd gepubliceerd in het Amerikaanse wetenschapsblad Emotion. ‘We zochten mensen die tweezijdig doof waren, en ook nog eens vanaf de geboorte.’

Waarom hebt u dit onderzoek gedaan?
‘De onderliggende vraag gaat over de manier waarop we onze emoties hoorbaar tot uitdrukking brengen, oftewel de ‘vocalisatie’ ervan. Is die aangeleerd of aangeboren? Daarvoor kun je zuigelingen bestuderen, die hebben niet veel leermogelijkheden gehad, maar we kunnen hun gevoelens ook niet verifiëren. Of je kunt naar andere culturen kijken, waarin mensen opgroeien met andere leermogelijkheden – als je soortgelijke uitdrukkingen vindt, is dat een soort van bewijs. Tegelijkertijd lijken veel aspecten van het menselijk leven op elkaar, zelfs bij cultureel geïsoleerde groepen.
Daarom bestudeerden we mensen die doof geboren waren. Bij vocalisatie van emoties is het gehoor het belangrijkste leerkanaal. Doofgeborenen hebben die leermogelijkheid niet gehad. Als jij in een rumoerige ruimte bent en je stapt eruit, ontdek je dat je hard praat en pas je je geluidsniveau aan. Doofgeborenen missen die feedback van zichzelf omdat ze zichzelf en anderen niet kunnen horen.’

Foto: UvA
Disa Sauter

Acht doven deden mee aan uw studie. Hoe kwam u bij hen terecht?
‘Voor dit onderzoek werkte ik samen met Onno Crasborn van de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij is gespecialiseerd in gebarentaal. Zijn onderzoeksassistent is doof en hielp mogelijke deelnemers benaderen. De criteria waren streng: we zochten mensen die tweezijdig doof waren, en ook nog eens vanaf de geboorte. Daarbij kwam dat dove mensen vaak hebben gehoord dat hun geluiden “raar” zijn, en dat ze dus een negatieve connotatie hebben bij dit onderwerp. Sommigen hebben vele uren training gehad om überhaupt te kunnen spreken. Ook op dat gebied was het een leerzame studie voor ons.’

Hoe ging het onderzoek in zijn werk?
‘We brachten de proefpersonen individueel naar het lab en legden de procedures uit in gebarentaal. Ze kregen scenario’s die een bepaald gevoel moesten oproepen: woede, angst, walging, verdriet, amusement, triomf, opluchting, genot en verrassing. Bijvoorbeeld: “Je vindt rottend eten. Welk geluid zou je maken?” Of: “Welk geluid zou je maken als een kind je kietelt?” Dit deden we ook met niet-dove mensen zodat we konden checken of proefpersonen de bedoelde emotie daadwerkelijk begrepen.
We lieten de geluiden van dove mensen horen aan niet-dove mensen. Wat bleek: zeven van de negen soorten vocalisaties werden herkend als de juiste emotie. De uitzonderingen waren woede en triomf: daar produceerden dove mensen geluiden die moeilijk te classificeren waren in een emotiecategorie, zoals “Uh!”.’

‘Taal is erg gecompliceerd. Als je iemand ziet spreken, maar je hoort het niet, kun je dat niet zomaar kopiëren’

Kunnen doven de geluiden in de andere gevallen – bijvoorbeeld bij ‘walging’ – niet hebben gekopieerd van niet-doven?
‘Ik geloof zeker dat je kunt leren van visuele informatie, maar het is erg lastig. Dat merk je als doven spreekles krijgen: het kost duizenden uren aan gespecialiseerde training. Taal is erg gecompliceerd – als je iemand ziet spreken, kun je dat niet zomaar kopiëren. Vergelijk het met vioolspelen: je moet het veel doen, en je wordt niet beter in viool door het spelen van een ander instrument. Visuele informatie kan dus zeker een rol spelen, maar wel een beperkte.’

‘Als we boos zijn, moeten we vaak iets zéggen. Het heeft geen zin om te grommen naar je collega’   

De conclusie is dus: geluiden bij veel emoties zijn aangeboren, maar niet die van triomf en woede.
‘Klopt. Toevallig heb ik weken geleden een paper gepubliceerd met een collega uit Japan, waarin we dezelfde negen emoties onderzochten. Japan heeft, als het om emoties gaat, strenge normen: emoties als woede en triomf worden er niet veel gerapporteerd, omdat ze gezien worden als gevoelens die de sociale relaties verstoren. “Het is individualistisch om trots te zijn.” We ontdekten toen dat, van die negen emoties, de Japanse vocalisatie van woede en triomf niet wordt herkend door Nederlanders, maar wel door andere Japanners. Als een Japanner boos is, klinkt dat voor een Nederlander meer verrast. Hier bleek dus óók dat de vocalisatie van woede en triomf niet eenduidig is, en dus waarschijnlijk niet aangeboren.
Wellicht liggen deze emoties meer in het verlengde van sociale normen. Als we boos zijn, moeten we vaak iets zéggen: het heeft geen zin om te grommen naar je collega. Bij een beschimmelde broccoli kun je rustig walgen, dan hoef je niet te praten.’
 
Wat vond u het leukste aan het onderzoek?
‘Het was opwindend om te proberen zo’n basale, fundamentele nurture-/nature-vraag te beantwoorden.’
 
Wat was het moeilijkste?
‘De proefpersonen vinden. Ik ben extreem dankbaar voor de mensen die hebben meegedaan. We hebben veel interessante gesprekken gevoerd over het belang van de studie. Er zijn wel eerdere studies gedaan, in de jaren twintig en vijftig, waarbij één of twee mensen die doof én blind waren werden geobserveerd door een wetenschapper. Die had vaak zijn hypothese al klaar. Deze methode is objectiever.’

Lees meer over